H. REPKO REGULIERSBREESTRAAT 24 - TELEF. 37324 EXCLUSIEVE HERENMODE De bestuurderen van onze bond, onze K.N.V.B., hebben zich uitgesproken. Geen professionalisme, in welke vorm ook. Prach tig! Een commissie ter verdediging van het amateurisme komt in het geweer. Er zal geschoten worden. Laten we hopen, met scherp, want gezien, of beter gelezen, de opvatting van sommige lieden over het amateurisme, is dat broodnodig. Wat b.v. te denken van een clubleider, die alleen maar naar het eerste elftal ziet, plus wat reserves en naar de rest niet omkijkt. Een wed strijd van juniores niet de moeite waard vindt en de opvatting huldigt, dat spelers van het eerste elftal driemaal per week moeten trainen. Jawel, U leest het goed, moeten trainen. We hebben wel eens gehoord van een werknemer, die een opdracht krijgt, die dus het een of ander werk moet doen, maar van een voetballer, die moet Waarom word ik lid van een voetbalclub Wel, omdat ik voet ballen een gezellig tijdverdrijf vind. Nu kan ik in één der lagere elftallen mijn partijtje meeblazen en daar mijn voetballust mee bevredigen. Als eerzuchtig jongeling wil ik hoger op de voetbal ladder staan, wil mijn clubgenoten voorbijstreven, wil in het hoogste, dus het eerste elftal, terecht komen. Wat ligt daarin opgesloten Dat ik mijn spel zal moeten verbeteren, dat ik van de middelen daartoe aangeboden door mijn club gebruik zal moeten maken en dat ik dus zal moeten trainen. Niemand dwingt mij daartoe, alleen mijn eerzucht heeft hier het woord. Heb ik die eerzucht niet, wel, dan trap ik een balletje en verder punt. Ik mis dan alleen de „uitjes", die een speler uit het eerste elftal heeft. Ik ga b.v. niet met de keurploeg gratis voor niemendal naar het buitenland, zit bij festiviteiten nooit op de eerste rij, krijg nooit een uitnodiging voor een schouwburg avondje, voor mij is er geen stoel, als er „feest-gegeten" moet worden, een kaart voor een kampioens-receptie valt nooit bij mij in de bus en een vrijkaart voor een semi-interland-match of een bokswedstrijd zie ik alleen uit de verte. En zo kunnen we nog wel een tijdje doorgaan. Voelt U het verschil tussen mij en mijn clubgenoot, l.w.z. Pietersen? Pietersen heeft eerzucht en ik niet, of Pietersen trapt toevallig wat harder tegen de bal dan ik. Voelt U de fijne nuance? Voelt U nu, waarom ik aan de trein sta als Pietersen met de keurploeg plus bestuur naar het buiten land vertrekt? Voelt U nu, waarom een deel van de (sport)pers het zo broodnodig vindt, dat die arme amateurs, die iedere Zondag voor hun verdriet het veld in gaan, klinkende vergoe ding moeten hebben? Ja, voelt U het, nou ik niet en de kei uit Ajax drie, vier, vijf of zes waarschijnlijk ook niet. En het kleine mannetje, dat iedere Zondag met de lagere elftallen er op uit trekt weer of geen weer hoogstwaarschijnlijk, om niet te zeggen heel zeker, ook niet. Amateurs Eerlijk, amateurs in de ware zin des woords zijn we niet. Zodra de club mijn spoor kaartje betaalt ben ik amateur af. Maar waarom zullen we ons daarover nu plotseling druk maken? Door wat gezwam van lieden, die van onze sport leven Die week in week uit met een vrijkaart op de beste plaatsen van de tribunes der sportvelden gaan zitten, met éen vriendelijk grijnslachje handjes geven en de volgende dag in hun krantjes schimpscheuten afvuren aan het adres van bonds- en clubbesturen. Voor die „kakkineuze" lieden? Neen, dank U! Dus? Stil laten zwammen enhand jes blijven geven. Mensen met karakter doen dat laatste altijd! Het voorlopig Nederlands elftal heeft gewonnen. Van Engelse profs met 41. Onze vlagU weet wel, of beter, U herinnert zich nog wel dat verhaal na de nederlaag tegen de Belgen over onze voetbaldriekleuris weer gered. Er zit weer perspectief in (volgens krant en radio) we gaan weer goed. De tranen van de heertjes zijn gelukkig opgedroogd. Let op, over een paar weken mogen we uitsluitend en alleen tegen profs spelen. 't GooiAjax 11. De altijd moeilijke uit-wedstrijd tegen 't Gooi zit er weer op. We zijn er beter afgekomen, dan het vorig seizoen. Toen een nederlaag de eerste na een lange reeks successen en nu een gelijk spel. Een gelijk spel waarmede we, niettegen staande een onmiskenbare veldmeerderheid na de rust, dik con tent konden zijn. Eerlijk, we hadden een kwartier voor het einde de hoop op een doelpunt allang opgegeven. Er waren zoveel kansen om zeep gebracht, de met Rinus Schaap -de beste man van het veld versterkte 't Gooi-verdeding bleek zo hecht, dat we ons al hadden verzoend met een onverdiende nederlaag. Maar zie, kort voor het einde gebeurde dan, wat dit seizoen reeds vele malen is gebeurd. (Hengelo, Vitesse, Heracles). Het onwaar schijnlijke werd waarheid. Jan Potharst mocht vanaf de mid denlijn een vrije schop nemen. Jan deed, wat iedere Ajacied hoopte, n.l. de bal met een forse trap naar het 't Gooi-doel zen den. In hun ijver het gevaar te keren, liepen de Hilversumse backs elkander plus hun doelman in de weg, waarvan Michels profiteerde om met een achterwaartse kopbal de gelijkmaker te produceren. Honderden Ajax-supporters ook nu het ons niet voor de wind gaat blijven ze onze club trouw staken hun vreugde niet onder stoelen of banken enwij ook niet. Een kostbaar punt rijker konden we naar Mokum terugkeren, maar als Drager een kort na het begin toegekende penalty had benut, dan waren het er misschien twee geweest. De ploeg, die onze kleuren verdedigde, zag er als volgt uit J. van Drecht J. Potharst G. v. Mourik J. A. Bouwens J. Looijen C. v. d. Hoeven Th. Brokman M. Michels G. Bruins G. v. Dijk G. Drager Ajax't Gooi 13. Een week later vond de return-match plaats. We traden met hetzelfde elftal aan, alleen stond Michels, nu op de rechtsbinnen plaats, Van Dijk centreforward en Bruins linksbinnen. Weer ging de strijd gelijk op en weer gelukte het 't Gooi de leiding te nemen. De Gooi-er Poort loste een keihard schot, waarvan onze jeugdige doelman niet terug had. Luttele minuten later moest Jan opnieuw de bal uit zijn net peuteren. Een van flinke afstand ingeschoten bal zag hij te laat, doordat zijn uitzicht werd be lemmerd en nagestaard door een pluk voor ons doel staande Ajacieden verdween de knikker tussen de palen. Dat was dus twee nul binnen een kwartier en probeer in deze knock-out competitie zo'n achterstand maar eens in te halen. Onze jongens hebben zich het vuur uit de sloffen gelopen om de zaak nog te redden. Vlak na de rust ging het er op lijken, dat zij het zouden halen. Een goal van Michels en een fel offensief, dat de 't Gooi-verdediging aan het wankelen bracht, wettigde de hoop op een nieuw doelpunt. Het kwam, maaraan de andere kant. Een plotselinge aanval bracht een der 't Gooi-ers alleen voor Van Drecht. Jan kreeg geen kans (13). Hevige protesten van onze captain en linesman. Buitenspel, meenden zij, maar de heer Bronkhorst geloofde daar niet in (wij ook niet). Het pu bliek wel en liet dat met onsportief gejoel en gefluit even weten.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1951 | | pagina 4