Ajax2-De Volewijckers2
Ajax II - De Volewijckers II. Één van de vele spannende momenten voor het Volewijckers-doel. Sonnevelt en v. d. Wel bedreigen
het doel der over-IJ'ers, dat echter ook in dit geval afdoend beschermd werd. Foto: Desmit
Een buitengewoon le vendige. wedstrijd, waarbij wel veel werd
geschoten, maar helaas de vijandelijke roos maar éénmaal
werd getroffen, terwijl Leentvaar twee maal werd gepasseerd.
De Volewijckers-keeper een pluim voor zijn prima werk. Toch
zou hij zeker drie maal zijn gepasseerd, als zijn backs èn
Juffrouw Fortuna niet zo ruimschoots hulp hadden verleend.
Onze reserves zetten er al dadelijk een behoorlijk vaartje in, en
het was werkelijk jammer, dat het doelpunt, dat Roozeboom
na een felle sprint, scoorde, niet werd toegekend, daar het
zéér effectvolle schot wèl de doellijn passeerde, maar weer in
het veld terugsprong, zodat de „onfeilbare" niet kon vast
stellen, dat de bal ook werkelijk „gezeten" had. En toen even
daarna Roozeboom weer alles was gepasseerd tot zelfs de
keeper toe wist hij die bruine voddenbaal helaas nog net
naast het doel te deponeren. Héél jammer, want geen seconde
hierna een snelle uitval van de Volewijckers, een voorzet, een
dekkingsfoutje, en de bal verdween in het uiterste hoekje van
ons doel. Inplaats van een verdiende voorsprong, een onver
diende achterstand. Toch was ons team niet ontmoedigd, en we
bleven in het offensief. Sonneveld en v. d. Wel verwisselden
blijkbaar van plaats en er volgde een periode van goed, mooi
open spel, waarbij onze vleugelspelers behoorlijk aan het werk
werden gezet. Looye# fungeerde als centervoor, maar deze
moeilijke plaats eist een zorgvuldige training, Jan, dus ver
zorg je sprint vooral nog eens extra. Voetballen kan je heus
wel, ook je kopwerk mag er zijn, maar wat schijnbewegingen,
switchen en nog zo een paar van die kleinigheden, komen
er ook nog aan te pas. Toch zou het zeker de moeite lonen op
deze onderdelen eens serieus te gaan oefenen, je bent enthou
siast, kan tegen een stootje, zodat het je spel alleen maar ten
goede kan komen. We noteerden een paar oer-harde schoten
van Sonnevelt, die net naast of over gingen, een paar dito's
van v. d. Wel, die mooi werden gestopt, en een dreun tegen
de deklat van linksbuiten Blits, maarnog steeds stonden
we met 10 achter. En weer waren het de groen-witten, die
voor de tweede maal scoorden, weer zo'n snelle uitval, een
voorzet en ook toen weer zagen we de bal in ons doel ver
dwijnen.
In de rust spraken we af, er nog eens alles op te zetten, en
laten we ook even constateren, dat er door het gehele team
geploeterd werd voor een tegen-goal. Toch duurde het wel een
half uur, voor we tegen konden scoren. Onze linksbuiten Blits
speelde zich mooi vrij ,trok de bal naar de vrijstaande Looyen,
die dan ook geen fout maakte. Ook de laatste vijftien minuten
stonden in het teken van het Ajax-offensief, ook al waren de
uitvallen van de Over-IJ-ers zeker niet van gevaar ontbloot.
Scoren konden we helaas niet meer en met een 21 achter
stand moesten we genoegen nemen.
Het zat ons ditmaal niet mee, maar mopperen doen we toch
zeker niet, daar er lichtpuntjes genoeg waren. Bap Fritz
speelde een opvallend goede back-partij, hij was trapvast, fel
en agressief. Jansen als spil verdient ook een dikke pluim,
denk er echter aan, dat springen met twee benen verboden is,
dat kwam ons bijna op een strafschop te staan. Van der Wel
kan er vast en zeker ook komen, onze nieuwe trainer moet er
de fijne puntjes maar aanslijpen. Ook Roozeboom heeft nog
wat extra-lessen nodig, maar de wil is er, en hij weet heus
wel, dat hij er nog niet is. Blits heeft alle capaciteiten voor
een goed vleugelspeler, zijn voorzetten en corners zijn prima,
maar heb wat meer zelfvertrouwen, kerel. En vooral schiet
katoen in je pantoffels, die poeiers verwarmen ons hart.
Sonnevelt zagen wij gaarne eens op de backplaats, stellig
geloven we, dat hij daar meer furore zou maken. Wenderhold
viel wat uit de toon, gelukkig weten we, dat hij beter kan.
Het was overigens weer een prettige ontmoeting tussen groen
en rood-wit, terwijl scheidsrechter Zevenboom tot aller ge
noegen floot.
J. S.
