Van de Kascommissie. het hoofd „Verloren" in een één veranderden. Dat waren de pessimisten. De tegenpolen spraken van „nou gaat-ie goed" en „het kan nog". Ze kregen gelijk. Acht minuten voor het einde zond Schoonenberg een pass door het midden. Gé van Dijk stond precies waar hij staan moest, spurtte met de bal aan zijn voet tussen de backs door en voor de uitlopende doelman het zich realiseerde, lag de gelijkmaker achter hem. Wat niet meer mogelijk leek, was geschied. Gelijk, 11. Ontsnapt uit de schaduw van een grijnzende nederlaag. De natte sluier van deze miezerige regen-Zondag zou onze eerste nederlaag in deze knock out-competitie niet bedekken. Eén punt was gered, we waren dik tevreden, Stoffelen en zijn mannen niet. Opge jaagd door het legertje brullende supporters, vielen zij ver woed aan. Een mismoedigd en enigszins ontredderd Hengelo verdedigde zich krampachtig, trachtte, nu haar op het laatste ogenblik de zege ontging, tenminste nog met een draw naar huis te gaan. Ze hadden het verdiend, maar ook dat werd voor de heel sportief spelende Oosterlingen ijdele illusie. Drie minu ten waren er nog te spelen, drie onnozele minuten. Toen klonk de fluit. Stoffelen mocht een vrije schop nemen. Joop gaf de bal de zelfde richting als Schoonenberg even te voren had gedaan. Weer stond Van Dijk op de juiste plaats. Vliegens vlug had Gé de bal onder controle, vloog met een ruk tussen twee verdedigers door en schoot langs de vergeefs duikende doelman hoog in het net, 21. Gewonnen. Verdiend? Neen! Sneu voor de Hengeloërs. Hardstikke sneu, maar wij misten Michels en Looyen. Dat is ook niet prettig. A propos! Bouwens, optredend als spil, deed het uitstekend, speelde rustig en zelfverzekerd. Schoonenberg's „maiden speech" in het eerste was geen donderrede, waarvan we ach terover vielen. Er zaten glanzende- en aanvechtbare passages in. Niet te vergeten echter, dat deze new-comer" van huis uit spilplaats-ambities heeft en het eerste optreden in andere omgeving om de dooie dood niet meevalt. In ieder geval zullen we nog wel eens naar hem mogen luisteren. Van Dijk trad dan op in een nieuwq creatie: rechtsbuiten. Het was een vinding van Jack. Gé deed het niet gek, maar een tweede Jan de Natris hebben wij in hem niet kunnen ontdekken. Als Wim Huis beter op dreef was geweest, was het misschien een succes nummer geworden. Nu beslist niet. Van der Pol kreeg niet veel te doen, daar zorgden Potharst en Beumer wel voor. Goed werk, mannen! Eén heel lastig schot hield onze doelman er prachtig uit. Vermoedelijk redde hij met deze save voor ons de match, want het gebeurde toen de stand nog 01 voor Hengelo was en een grotere achterstand hadden onze luitjes o.i. niet meer ingehaald. Van der Hoeven voelde zich op het drassige veld in z'n element, zwoegde voor twee en zorgde er wel voor, dat zijn tegenstander niet gevaarlijk kon worden. Het was weer O.K., Cor! Van Drager en Stoffelen hebben wij al iets verteld, dus gaan we sluiten. Tot de volgende maand. BROWN. Aan het bestuur der A.F.C. Ajax. Mijne heren, In vervolg op ons schrijven van 27 Juli j.l., delen wij U mede, dat wij thans gereed gekomen zijn met de gehele con trole van de boeken en bescheiden over het boekjaar 1949'50 van de A.F.C. Ajax. Aangezien wij deze boeken en bescheiden accoord hebben bevonden, verzoeken wij U de penningmeester algehele décharge te willen verlenen en hem dank te zeggen voor het gevoerde beheer. Gaarne spreken wij nog onze grote voldoening uit voor de duidelijke en overzichtelijke wijze, waarop deze uitgebreide administratie van ons feestjaar werd gevoerd. Hoogachtend, de Kascommissie 19491950, w.g. De Munnik, w.g. Exmann. P.S. Door ziekte is ons derde lid, de heer H. Delsen, niet in staat dit schrijven mede te ondertekenen.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1950 | | pagina 7