H. REPKO
REGULIERSBREESTRAAT 24 - TELEF. 37324
EXCLUSIEVE HERENMODE
grondbal van Rozendaal, die Van Lobberegt mogelijk een
betere kans op tegenmaatregelen zou hebben gegeven, werd
door Hordijk vallende gestopt, doch deze kon niet verhin
deren, dat Wey onder groot enthousiasme van de O.V.V.O.-
aanhang de vijfhoek ongerept overschreed. O.V.V.O. veroverde
hierdoor voor de tweede achtereenvolgende maal de eretitel.
De H.H.C.-ers verdwenen stilletjes, doch met de zekerheid,
dat onze ploeg zich tot het uiterste had geweerd.
Vreugde en leed op het sportveld. Van een begrafenisstem
ming was in onze gelederen echter geen sprake. Onze ver
tegenwoordigers wensten hun tegenspelers geluk met het
bereikte resultaat. De ondergetekende bood Ch. Urbanus
namens Ajax een bloemstuk aan en schilderde de prettige
geest, die de wedstrijden tussen beide verenigingen steeds
heeft gekenmerkt. In zijn dankwoord was de aanvoerder uiter
mate verheugd over de triomf van zijn club, doch aan de
andere kant speet het hem, dat Ajax nu voetstoots degradeer
de, gezien de kracht, die onze ploeg in de tweede helft van het
seizoen ontwikkeld had.
Verder deed het prettig aan, daty de honkbalsecretaris van
Blauw Wit, de heer Tau, ons in de kleedkamer kwam opzoeken.
Ook hij betreurde het, dat Ajax na een bijna 30-jarig verblijf
in de le klasse, thans in de overgangsklasse is beland.
Dat het 35-jarig O.V.V.O. ook op het gebied van feestvieren
heel wat in zijn mars heeft, is schrijver dezes onlangs gebleken.
Proficiat!
Na driemaal tegen A.B.C. te hebben gestreden, is het R.C.H.
gelukt tot de le klasse door te dringen, waarvan zij ongeveer
twaalf jaar geleden ook reeds deel heeft uitgemaakt. De
juniores van de Racing kunnen eveneens op een uitstekend
seizoen terug zien. Na enige tournooien te hebben gewonnen,
legden zij beslag op het jeugdkampioenschap van Haarlem en
sleepten voorts door een zege op Thor een der Amsterdamse
kampioenen de Norman Mc. Phailbeker voor een jaar in
de wacht. Dat de Haarlemmers deze successen konden boeken,
hebben zij mede te danken aan hun ijverig honkbalbestuur.
Blauw-zwarten, van harte gefeliciteerd.
Jeugdklasse C.:
Ajax
O.V.V.O
De Volewijckers
5 4 0 1 8
5 3 0 2 6
4 0 0 4 0
E. H. VAN TUIJL.
EINDSTANDEN.
le klasse:
O.V.V.O.
H.H.C
Schoten
Blauw Wit
V.V.G.A.
S.C. Haarlem
E.D.O
Ajax
Overgangsklasse A.
A.B.C
D.O.S
The Catchers
D.W.S
T.I.W
Ajax 2
De Spartaan
Watergraafsmeer
Jeugdklasse A.:
Ajax
T.I.W
Zeeburgia
Blauw Wit
V.V.G.A
14
14
14
14
14
14
14
14
15
15
14
14
14
14
14
14
10
10
6
6
7
3
4
2
12
11
9
6
5
4
3
1
2
3
4
5
6
8
10
10
2
3
5
6
6
8
10
10
22
21
16
15
15
9
25
23
18
14
13
10
7
4
14
13
5
4*
0
Twee punten in mindering w.n.o.
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1950.
Een dag met een zwarte rand.
Op deze dag werd de beslissende wedstrijd gespeeld O.V.V.O.Ajax.
In het kort ging het hierom: won O.V.V.O., dan was zij kampioen
en dan zou Ajax degraderen naar de overgangsklasse! Stop!
Het is zo gegaan ook.
Van de wedstrijd zal v. Tuijl wel een verslag geven. Laat ik er
alleen dit van zeggen. Er werd een spannende wedstrijd gespeeld en
tot enige minuten voor het einde was de stand nog 11. Er was
volop te genieten, al was het alleen maar om te kijken naar Urbanus,
de bowler van O.V.V.O. Volkomen rustig, overtuigd en beheerst,
stond die knaap op de plaat en gaf zijn gloeiende ballen weg. Wij
kunnen gerust zeggen, dat deze bowler, de speler is, die aan het
kampioenschap van zijn club wel het grootste aandeel heeft gehad.
Onze spelers hebben een goede wedstrijd gespeeld en is het, zoals de
heer Tau zei, in de kleedkamer na de wedstrijd: „Wanneer jullie het
gehele seizoen gespeeld zouden hebben als vandaag, zou er van
degradatie geen sprake geweest zijn
Maar in ieder geval, dankbaar als wij zijn voor de goede woorden,
die werkelijk gemeend waren, is het nu zo, dat Ajax het volgende
jaar in de overgangsklasse zal spelen.
En dat is iets, waar wij even aan moeten wennen. En dan denk ik
onwillekeurig aan clubs als Quick en Hercules, pioniers als wij, die
ook verdwenen uit de eerste klasse en regelrecht totaal verdwenen.
Dit is een vergelijking, die gelukkig niet helemaal opgaat. Want
genoemde clubs mankeerde het niet aan goede spelers, maar zij
verdwenen, omdat zij uiteindelijk moeite hadden, ook zelfs maar één
negental in het veld te brengen. Wat dat betreft staan wij er dan
nog gunstig voor. Spelers hebben wij voorlopig voldoende, altijd
genoeg om twee goede negentallen aan de competitie te laten deel
nemen. Zo bezien zijn wij dus nog lang niet afgeschreven. Wat de
animo betreft, geloof ik ook, dat die meer dan voldoende is om een
eventueel succes te behalen. Onze jongens willen wel, hebben inte
resse genoeg. Zijn ze dan in het begin van het seizoen als slaap
wandelaars naar de honken gewandeld? Zijn ze pas goed wakker
geworden, nadat ze eerst een paar flinke pakken slaag geïncasseerd
hadden?
In het volgende seizoen zal het moeten daveren van de honkslagen,
want wij, Ajacieden, zijn nu eenmaal niet gewend om ploegen te
hebben die degraderen en dan maar bij de pakken gaan neerzitten.
Wat bliksem, ze hebben ons lelijk te pakken gekregen, toegegeven.
We hebben een pracht van een opdoffer op ons rood-witte gezicht
gekregen, een slag, zo zwaar, dat ze onze club eigenlijk een beetje
onwaardig is. We zouden kunnen zeggen, dat het misschien wel eens
goed is, om te voelen hoe je zit op een houten plank, als je altijd
fluweel gewend bent! Laten wij het daarop houden. Een les moet
het zijn, die we duvels goed uit het hoofd leren.
Jongstleden Zaterdag was ik niet alleen naar de wedstrijd gekomen.
Er waren heel wat oud-honkballers van Ajax aanwezig. Die hadden
ook „help" horen roepen en, net als ik, waren z© allemaal te laat
gekomen. We hebben met deze laatste wedstrijd gewoonweg niets
anders gedaan dan, leunende over de verschansing, staan turen naar
de man, die over boord geslagen was.
Maar gelukkig, wij hebben kunnen constateren, dat de arme schip
breukeling niet verdronken is, maar nog zwemt. En hij zwom nog
goed ook, zonder vest aan! Dat is al heel wat.
En nu worden er de handen uitgestoken om de stakker weer aan
boord te helpen. En misschien komen er nog wat van die ouwe
rotten aanzetten, van de winter met de vooroefening in de zaal of
vroegtijdig op het veld, het volgend jaar. En dan zetten wij, oude
kerels, met de spelers van vandaag onze schouders er onder, want,
potdorie: één jaar in de overgangsklasse is lang genoeg!
De fouten gaan wij er uit halen, wij gaan een slagploeg vormen
met home-runs in de knuppels, de ballen van honk tot honk gewor
pen, zullen vliegen van schouder- tot schouderhoogte, zoals het hoort.
De overgangsklasse mag hoogstens een hindernis zijn, die ineens
genomen moet worden, dhdanks alles
Zo is dit seizoen anders geëindigd, dan menig honkballer zich had
voorgesteld. Ze zijn thuis gekomen om die ouwe vader Ajax te ver
tellen, dat ze op hun donder gehad hebben. En Ajax zette zijn helm
wat scheef, heeft toen schuin onder uit het hele stel eens goed
opgenomen en tegen ze gezegd: „Jongens, jullie hebt altijd een goede
opvoeding van mij gekregen, dit had ik niet van jullie verwacht. Als
je een echt kind van vader Ajax wilt blijven, dan weet jullie wat
je te doen staat, en dat is, te zorgen dat je heel vlug terug komt daar,
waar je hoort!"
En ze hebben allemaal gezegd: „Ja, Ajax!"
JOOP SMIT.