De Pers en ons jubileumboek. EEN HALVE EEUW AJAX. In een lijvig boek van meer dan 400 bladzijden, typografisch en fotografisch uitstekend verzorgd, heeft een speciale com missie, bestaande uit de heren F. H. W. de Bruyn, A. L. Desmit en j. Schoevaart, de gehele roemrijke geschiedenis van het jubilerende Ajax voor het nageslacht bewaard. Burge meester d'Ailly schreef een voorwoord en Karei Lotsy, de bondspresident alsmede de heer H. Putter, voorzitter van de afdeling Amsterdam van de K.N.V.B., zonden een bijdrage, die getuigt van de waardering voor Ajax in brede kring. Het boek volgt de geschiedenis vrijwel op de voet en wie be nieuwd is naar bepaalde data of naar de staat van dienst van spelers, die ook buiten Ajax, in het Nederlandse elftal, hebben geschitterd, vindt dit gemakkelijk terug in twee grafieken. De ene herinnert er aan, dat Ajax in drie jaar tijd (19001903) de sprong volbracht van de tweede klasse A.V.B. naar de tweede klas van de K.N.V.B. In 1911 volgde de promotie naar de eerste klas. Het eerste kampioenschap in die klasse viel Ajax in 1917-'18 ten deel, onmiddellijk gevolgd door het lands kampioenschap. Sindsdien speelde het onafgebroken in de hoogste afdeling met als resultaat nog 14 kampioenschappen en zeven landstitels. Namen? Fortgens, Buwalda, Hordijk, Brokmann, Gupfert, Van Dort, De Natris, Delsen, Volkers, Van Kol, Anderiesen, Van Reenen, De Boer, Keizer, Blomvliet, Schubert, v. d. Linden, Potharst, Stoffelen. En niet te vergeten trainer Reynolds en voorzitter Koolhaas. Hoe zegt burgemeester d'Ailly het ook weer in zijn voor woord: „heel Amsterdam stelt er prijs op Ajax als een van haar sportkinderen te mogen beschouwen". Geen wonder, een club met zo'n prachtig verleden, zo'n sterk heden en zo'n hoop volle toekomst. (Handelsblad). AJAX' GOUDEN BOEK. Schrijven over Ajax' jubileumboek is schrijven over Ajax' jubileum, dat daarin zo kleurrijk en in al zijn facetten met woord en beeld is herdacht. Maar al hebben wij vorige week dat jubileum van de Amsterdammers al belicht, wij ontkomen toch niet aan de verplichting om nog een enkel woord te wijden aan de welverzorgde, zeer „massieve" uitgave, waar mee de zestienvoudige kampioen van de eerste klasse zijn ge schiedenis bij deze gouden mijlpaal voor het nageslacht heeft willen vastleggen. Drie Ajacieden, doorkneed in de geschie denis van de club uit De Meer, hebben het prachtige jubileum boek samengesteld: F. H. W. de Bruyn, A. L. Desmit en J. Schoevaart. Het is niet alleen gedrukt op fraai papier met een sierlijke letter, niet alleen vorstelijk uitgegeven en overdadig met interessant en knap toegepast fotomateriaal verlucht, het is ook boeiend geschreven door tal van medewerkers wier levenswerk het schrijven zeker niet is, maar die door hun on verbreekbare banden met de geschiedenis van de Amsterdamse kampioensclub van deze jubileumuitgave het beste hebben ge maakt wat ervan te maken was. Gisteravond heeft Ajax de viering van zijn vijftigjarig be staan ingeluid met een buitengewone algemene vergadering in een der zalen van zijn stadion. Bij die gelegenheid is het gou den jubileumboek uitgereikt. (De Tijd). Gedenkboek, verzorgd en gedegen: „AJAX 1900—1950" GEHEEL IN EIGEN STIJL Compleet werk van 400 pagina's. AMSTERDAM, 16 Maart. „Ajax 1900—1950", het ge denkboek van de grote Amsterdamse voetbalclub, die zich van daag opmaakt voor de viering van haar 50-jarig bestaan, is gereedgekomen. Het is een boek in Ajax-stijl: verzorgd van uiterlijk, gedegen van inhoud. In een prachtige rood-witte band van kloek formaat zijn meer dan 400 pagina's kunstdrukpapier gevat, waarop in levendige stijl en met uitgebreide documen tatie van foto's, grafieken en tabellen verslag wordt gedaan van het vele „wel" en het weinige „wee" dat de vereniging heeft gekend. Burgemeester d'Ailly van Amsterdam, K.N.V.B.-voorzitter Lotsy, A.V.B.-voorzitter Putter en Ajax-praeses Koolhaas, lei den het prachtige werk in, dat is opgedragen „aan hen die in de loop van vijftig jaren het Ajax-shirt met ere droegen en hun krachten gaven om de rood-witte kleuren het aanzien te geven, waarop thans elke Ajacied met trots kan bogen". Bijna 200 pagina's zijn gewijd aan de rijke geschiedenis van Ajax, waarvan de crisis die de club teisterde in de jaren rond het derde lustrum, de glorierijke heropstanding die erop volg de, de „gouden eeuw" van 1929 tot 1939 (met acht afdelings- en vijf nationale kampioenschappen) en vanzelfsprekend de bouw van het eigen stadion in 1939, hoogtepunten zijn. Ajax' „hofjournalist" diepte uit zijn contact van veertig jaren met de jubilerende vereniging vlot geschreven portret ten op van de 28 internationals, die Ajax het Nederlandse voet bal heeft geleverd. Tijdnood maakte het onmogelijk Van der Hoeven, de 29e speler die behalve het rood-witte het oranje shirt draagt, in de galerij op te nemen. Een stevig verhaal over het jeugdwerk bij Ajax, een forse historie van de vele buiten landse reizen der club en enkele „intieme" bijdragen comple teren het boekwerk, dat warempel op zijn laatste pagina nog gewaagt van de terugkeer van Stoffelen en Potharst en de opneming van Van der Hoeven in het Nederlands Elftal. Alleen het zestiende afdelingskampioenschap, dat ook pas Zondag jongstleden een feit werd, ontbreekt derhalve in dit document. De heren F. H. W. de Bruijn, A. L. Desmit en J. Schoevaart, die het boek samenstelden en de N.V. De Wereldbibliotheek, die 't druk- en bindwerk verzorgde, hebben met „Ajax 1900 1950" een goed stuk werk geleverd, dat de reputatie der jubi lerende vereniging waardig is. (De Volkskrant) WEEKBLAD „SPORTIEF": De bevoorrechten, die in het bezit zijn gekomen van het schitterende Jubileumboek van Ajax, weten nu, dat deze 50-jarige club niet alleen lange series kampioenschappen achter haar naam mag zetten, maar dat zij tevens als een reis-club van grote allure mag worden beschouwd. Begonnen in 1912 met een toer naar Boedapest, werden achtereenvolgens de volgende steden en landen bezocht: Parijs Scandinavië Zwitserland Londen Scandinavië Londen Duitsland en Frankrijk Joegoslavië, Oostenrijk en Tsjecho-Slovakije Zwitserland Joegoslavië en Roemenië België (in 1935 winnaar van een sterk bezet tournooi in Brussel) - Letland en Litauen en na de laatste oorlog: Scandinavië Zwitserland en tot slot in 1949 IJsland. Eén van de drie redactieleden, n.l. Jan Schoevaart, beschrijft al die reizen in geuren en kleuren, versierd met talloze foto's, redacteur F. H. W. de Bruyn levert ook enkele bijdragen, o.a. over zijn troetelkind Jeugdvoetbal, maar verreweg het meeste werk is verricht door de derde van het trio, Dolf Desmit, die de geschiedenis van de club zó overzichtelijk en zó boeiend beschrijft, dat iedere rasechte Ajacied bij het lezen er van onbeschrijflijk heeft moeten ge nieten. De schrijver besluit zijn omvangrijke werk met de ken merkende zin: „Ajax is de moeite waard om in te spelen en voor te werken." Dit boek, ruim 400 blz. dik, op kunstdrukpapier en in een fraaie rood-en-witte band, is nagenoeg alleen door Ajax-men- sen geschreven. De enige uitzonderingen zijn: Burgemeester D'Ailly, Karei Lotsy, Henri Putter en onze collega Hoven, die alle Ajax-internationals onder de loupe neemt en tot het vol gende, buitengewoon sterke keur-elftal komt: De Boer; Fons Pelser, Van Kol; Hordijk, Anderiesen, Stoffelen; De Natris, Volkers, Van Reenen, Delsen, Gupffert. Verder hebben pro minente figuren als Koolhaas, Elzenga, Volkers, Knegt en Stoffelen bijdragen geleverd voor dit boek, dat door A. L. Desmit op vakkundige wijze is opgemaakt. Ónze hulde, Ajax! IR. VAN EMMENES SCHREEF AAN HET BESTUUR VAN DE A.F.C. „AJAX" HET VOLGENDE: Mijne heren, Nog geen half uur geleden mocht ik het Jubileumboek van Ajax in ontvangst nemen. Ik heb het even doorgebladerd en ik kan niet anders zeggen, dan dat ik van de ene verbazing in de andere viel. Wat hier tot stand is gebracht, kan in de volste zin des woords een monument worden genoemd. De rechtgeaarde trots, die in de harten van alle Ajacieden leeft en zo ten volle mèg leven zal nog worden vergroot door het bezit van dit schitterende boekwerk, dat alle roemrijke daden van de club heeft vastgelegd. Mijn hartelijke complimen ten, in het bijzonder aan het adres van de samenstellers, die voor Uw club een mooi en machtig stuk werk hebben verzet.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1950 | | pagina 8