Van het vijfde.
Het zesde kampioen.
Via overwinningen op T.O.G. 3 (111), A.E.D. 2 (71),
De Spartaan 5 (31) en door op 5 Maart j.l. A.S.V.K. 2 met
30 te kloppen, is het ons ook dit jaar wederom gelukt het
kampioenschap te behalen van de reserve le klasse A der af
deling Amsterdam van de K.N.V.B. en wel voor de derde maal
in successie.
De hiernavolgende spelers zorgden er voor, dat de titel weer
in onze handen viel:
Jan de Boer
W. F. Schoevaart A. van Dijk
J. Neefjes T. de Jong H. Velder
R. Been E. Schetters A. Staubach D. Keijzer H. Pieters
Graafland
Verder droegen ook Cees de Vlieger, A. Grahmbeek, W.
Blom, J. van Dijk, Boerkool, C. Bekker, J. v. d. Berg en Theo
de Groot een belangrijk steentje bij.
De wedstrijd zelf stond niet op hoog peil. Grahmbeek ver
ving Pieters Graafland, die weer eens in het vierde opgesteld
was. Wij moesten winnen om kampioen te zijn, een gelijk spel
was niet voldoende. Het leek er in de eerste helft geheel niet
op, dat er iets op het spel stond. Er werd te veel gepingeld en
slecht geschoten, zodat met blanke stand de rust inging. Na
de thee werden de zaken echter beter aangepakt en er ont
stonden gevaarlijke situaties voor het A.S.V.K.-doel. Bij zo'n
aanval veroorzaakte een der backs een strafschop, welke door
linkshalf Hannie Velder onberispelijk werd benut (10). Toen
was het ijs gebroken en kort daarop gaf Robbie Been een van
zijn afgemeten voorzetten en André Staubach's hoofd deed de
rest (20). Dick Keyzer scoorde een kwartier voor het einde
de goal van de dag door van ver buiten het penalty-gebied een
gloeiende kogel te lossen, waar de keeper tevergeefs naar
greep (30). Jan de Boer, de backs en de halflinie hielden
achter de deur dicht en toen het eindsignaal klonk, waren wij
ongeslagen kampioen geworden met nog drie wedstrijden voor
de boeg. De dames Staubach en Keyzer stormden het veld op
en overhandigden onze captain een bos seringen en tulpen in
in onze clubkleuren, welk gebaar zeer op prijs werd gesteld.
Daarna zochten wij de douches op, om vervolgens opgefrist
naar boven te gaan, waar Tinus ons liet proeven hoe fijn een
kampioensborrel smaken kan.
AJAX 5—DE GERMAAN 3 0—1.
De 26ste Maart kwam nummer twee van de ranglijst, De
Germaan, op bezoek, bracht bloemen mee voor de kampioenen
en slaagde er na felle harde strijd in ons de enige nederlaag
toe te brengen, door middel van een doelpunt, na twintig
minuten spelen gescoord door hun linksbuiten. Ons elftal was
gehandicapt door het ontbreken van Henny Pieters Graafland,
Dick Keyzer en Hanny Velder. De invallers Cor Welling, Spet
en Grahmbeek werkten hard en lieten zich van hun beste
zijde zien, vooral na half-time. Het gelukte ons echter niet de
gelijkmaker te scoren, alhoewel het vijandelijk doel meermalen
op miraculeuze wijze aan doorboring ontsnapte.
Bij een der vele aanvallen op De Germaan-veste schoot Tom
de Jong juist naast om direct daarop knock-out van het veld
gedragen te worden, daar de knie van de linksback onzer
tegenstanders onzacht in aanraking was gekomen met het
hoofd van onze spil.
Daar bleef het bij en zo werd onze nederlaag een feit. Rest
ons nog te vermelden, dat Hanny Velder, zo vernamen wij van
zijn vader, in het Wilhelmina Gasthuis was opgenomen, men
vermoedde, dat hij roodvonk had. Wij wensen onze half-back
een spoedig herstel toe. Hanny, word gauw beter, boy, zodat
je spoedig weer in onze ploeg terug bent.
CENTRUM 2—AJAX 5 1—6.
De 2 April trokken wij naar de Kruislaan om Centrum te
tonen, dat de nederlaag tegen De Gërmaan een slip of the pen
was geweest. We begonnen de strijd aanvankelijk met negen
man. Waar waren De Jong en Neefjes? Toen de heer Couton,
Schouten en Schimmsheimer, resp. linksback en rechtshalf,
van ons veld had opgehaald, was de stand reeds 40 in ons
voordeel.
AJAX 5—WATERGRAAFSMEER 4 5—2.
Ook in de laatste wedstrijd voor de competitie verschenen
wij zonder Neefjes, De Jong, Velder en H. J. Pieters Graaf
land, terwijl ook Arie van Dijk op het appèl ontbrak, waar
voor resp. Schimmsheimer, Ter Beek, W. Blom, Grahmbeek en
Jan van Dijk invielen.
Wij wonnen de toss en begonnen met de storm mee, tegen
een fel op de bal zittend Watergraafsmeer, dit in tegenstel
ling met onze jongens, die het kalm aan deden. Onze halflinie,
onder leiding van Schetters, zette de voorhoede telkenmale aan
het werk, voorlopig echter zonder resultaat. Eerst na een half
uur spelen was het linksbinnen Blom, die met een keurig schot
de vijandelijke keeper het nakijken gaf. 10. André Staubach
volgde dit voorbeeld en scoorde na fraai driehoekspel tussen
Ter Beek, Been en Blom met een pracht omhaal onze tweede
goal. 20. Dadelijk hierna kondigde de arbiter het einde van
de eerste speelhelft aan.
Na de aftrap is het weer Blom (deze knaap was goed op
schot die dag), die met een uitstekend schot de stand op 30
bracht. Onze rechtervleugel BeenKeyzer bracht de blauw
witte verdediging vele malen in moeilijkheden, zonder echter
direct tot doelpunten te komen. Succes kwam aan de andere
kant, toen de Watergraafsmeer-midvoor een misverstand in
onze achterhoede uitbuitte en de achterstand verkleinde. 31.
Toen was de beurt weer aan ons en André zorgde er voor,
dat ons vierde doelpunt een feit werd. 41. Weer scoorde
Watergraafsmeer tegen, ditmaal door hun rechtsbinnen. 42.
Linksbinnen Blom maakte een kwartier voor tijd aan alle on
zekerheid een einde met een verrassende boogbal (5—2) en
daarmede was de strijd voor dit seizoen gestreden. Laten wij
nu de cijfers eens bekijken, m.i. zijn ze wel een leuke trip
waard. Wat denkt onze penningmeester er van?
gesp. gew. gel. verl. pnt. v.t.
Ajax 5 18 15 2 1 32 83—18
W. S.
Even voor het ter perse gaan van dit blad legde ons zesde
elftal via een beslissingswedstrijd tegen V.V.A. 4 beslag op de
ere-titel, waarmede wij onze zesde-elftallers van harte feli
citeren.
BESLISSINGSWEDSTRIJD AJAX 6—V.V.A. 4 2—1.
Onze naaste concurrent V.V.A. verspeelde in haar laatste
wedstrijd een belangrijke punt. Immers, deze misstap beteken
de voor ons 6e elftal, dat er op 23 April een beslissingswed
strijd moest worden gespeeld, doordat wij nu met een gelijk
aantal winstpunten de competitie beëindigden.
Deze, op het Shell-terrein, gespeelde wedstrijd is emotioneel
verlopen, vooral aan de zijde van onze tegenstanders, daar zij
met de zege in zicht toch nog vóór de finish struikelden.
Met wilskracht en doorzettingsvermogen zetten onze jon
gens zich in de strijd, door V.V.A. met een hoog tempo aan
gevangen. Maar onze verdediging, met de backs Klopper en
Ben Ras, vingen de eerste schoten op en doelman Kolder
bracht redding door goed ingrijpen, doch kon niet voorkomen,
dat V.V.A. met een goed schot scoorde (10). Dit ontmoe
digde ons geenszins, onze aanvallen werden gevaarlijk, doch
de voorzetten van Wepner, schoten van Elly Keyzer hadden
geen resultaat en een goede trap van Jan Kuiper tegen de
paal, bracht ons slechts een scrimmage voor het vijandelijke
doel, welke werd afgeslagen.
Na de thee gingen onze jongens onmiddellijk tot de aanval
over. De door de lucht geplaatste passes, welke onze voorhoede
aan het werk moest zetten, kwamen herhaaldelijk in het bezit
van de physiek sterkere tegenstanders, hetgeen het spel onzer
voorhoede danig beïnvloedde. Een omzetting in deze linie
bracht al dadelijk succes, na goed doorzetten scoorde Henk
Visser tot onze grote vreugde de gelijkmaker. Dit doelpunt
bracht ons tot het Ajax-spel waar weinig tegenstanders een
antwoord op weten. Een tweede doelpunt van Visser werd ge
annuleerd, een harde kopbal van Klein ging over de lat en een
mislukt schot van Kuiper werd het voorspel tot een tweede
doelpunt. Keijzer gaf de bal door naar Klein, deze speelde de
bal naar rechtsbuiten Otto Been, een korte ren en even later
lag de bal in het net (2—1). In de resterende minuten hadden
we nog enige verwoede aanvallen van V.V.A. te verduren, doch
Eric Prestor en Massing-Holstein gaven geen krimp. Toen
klonk het eindsignaal van scheidsrechter Degen, die goed
leidde. Ajax 6 kampioen!
Na de douche gingen we met de heer Bruijnesteijn naar het
Ajax-stadion om in gezellig samenzijn na te praten en te drin
ken, over dit zwaarbevochte kampioenschap. A. K.