Bij het zestiende afdelingskam pioenschap Onze revue „Ajax in het goud" De Watergraafsmeer en vijftig jaar Ajax. T entoonstelling 2 Clubgenoten, Als voorzitter is het mij een buitengewoon genoegen van deze plaats alle spelers en elftal-commissieleden van harte te feliciteren met het behalen van het zestiende afdelingskam pioenschap. Bij de aanvang van dit seizoen hebben Joop Stof- felen en zijn mannen het Bestuur beloofd, al het mogelijke te doen, om op 18 Maart 1950 het mooiste cadeau aan te bieden, dat er op dat moment te verkrijgen was, n.l. het kampioen schap van de Westelijke afdeling, waarin ons elftal was inge deeld. Wij, van onze kant, hebben aan dit plan natuurlijk onze volledige steun gegeven en onder de deskundige leiding van de elftal-commissie en de eminente training van Walter Crook is het captain Stoffelen en zijn teamgenoten gelukt, bijna precies op de vastgestelde datum, hun belofte waar te maken. Jongens, misschien mogen wij op 18 Maart, de dag van onze 50-ste verjaardag, stoffelijke bewijzen van waardering ont vangen, misschien zullen die bewijzen kostbaar zijn, maar, het schoonste cadeau, dat ons geschonken kon worden was het kampioenschap. Als voorzitter ben ik er trots op, dat juist nu, bij het bereiken van de gouden mijlpaal, jullie het record van onze „Gouden Ploeg" uit de twintiger jare hebt geëvenaard. Bijna hadden jullie het zelfs verbeterd, en al is dat dan niet gebeurd, de prestatie, die jullie hebben geleverd, zal met gou den letters in het Ajax-geschiedboek worden opgetekend. Straks wacht jullie de moeilijke strijd om de gouden medaille. Als met het zelfde élan gestreden wordt, als in dezelfde vriend schappelijke sfeer dit moeilijke werk ter hand genomen wordt, dan twijfel ik er niet aan, dat èn Walter Crook, èn de Elftal commissie, èn last but not least, het eerste elftal met reserves kunnen zeggen: 1950 was voor onze club, ook al door de prestaties der andere elftallen en commissies, een prachtig jaar. Clubgenoten, moge ik dan besluiten, met het uitspreken van de wens, dat de komende feestdagen, ter gelegenheid van ons gouden jubileum, in alle opzichten mogen slagen en op ge- noegelijke- en waardige wijze gevierd zullen worden. M. J. KOOLHAAS, Voorzitter A.F.C. Ajax. Hoera, nog maar enkele dagen, en onze revue loopt van stapel. Natuurlijk zijn we allemaal een tikkeltje zenuwachtig over de goede afloop, maar een première kan immers altijd alleen maar slagen als de hele santekraam in de war dreigt te lopen. Ach du lieber wat een gekkenhuis was het zo af en toe in ons Stadion, vooral de laatste weken. Hoe was het Letlandse Volkslied ook al weer, en de IJs landse hymne, klonk die ook niet anders? Welk Grietje heeft maat 7% van schoen, en wat voor kleur nylons moet er bij die zilverkleur worden gedragen? Stoffelen zet z'n witte pruik natuurlijk precies achterstevoren, en lijkt nu meer op een aftandse Schotse professor, dan op CUPIDO, die om zijn onfeilbare schoten altijd al beroemd was. Diverse schonen die de zevende voetbalhemel een goede schoonmaakbeurt geven schieten in een gierlach, en Joh. Boskamp, die juist met een drama bezig is, is woest. En dat wil comedie spelen, hoe kom ik aan zo'n stelletje ongeregeld, schimpt hij. Guus zijn soepjurk is te lang, dat rót-costuum vloekt hij en natuurlijk wil hij er maar meteen een stuk afknippen. Maar Jack Jr. bezweert hem de schaar buitenspel te zetten, dat hoort immers in je rol idioot. Jaap wil z'n rol van Janus Droogstoppel nog eens serieus doornemen, dat een, twee drie, daar-gaat-ie, loopt nog wat stroef, en hij heeft blijkbaar een prachtdorst. Die veteranen ook, altijd hebben die kerels dorst. En daar komen de dames-scheidsrechtertjes in het veld, en één van hen heeft haar fluitje vergeten. Onder daverend gelach alle ernst is nu helaas zoek komt het te voor schijn, maar dit nummer moet driemaal worden overgedaan, voor het volle respect voor dit vrouwelijke élite-corps weer aanwezig is. Maar hoor onze zangers en zangeressen eens kwinkeleren, het lijkt potdome wel een volière met allemaal bekroonde rol-kanaries. En geven die bliksemse ballenjongens hun nummertje niet charmant weg, en gaan oog en oor niet Alle Ajacieden moeten, Naar het mooie Waaggebouw, Want de Meer en de Rood-Witten, Zijn elkaar voorbeeldig trouw, Op die vette Meerse modder. Werd een hechte band gesmeed, Want waar wonnen wij de glorie, En verloren wij ons zweet??? De historie van dit stadsdeel, Van dit fijne voetbal-oord, Waar geleld en waar getrapt wordt, Waar gemist en wordt gescoord, Vindt U daar met zorg verzameld, In een notedop bijeen, Onze prijzen, kiekjes, kranten, Ziet héél AJAX dan meteen. Kijk, dat kleine adspirantje, Dat ben ik, zegt Pa voldaan, En hij ziet zich in gedachten, Zondag's vroeg de Meer ingaan, Hij herleeft de heldendaden, Uit zijn fijne voetbal-jeugd. Kom eens kijken Ajacieden, En beleef dezelfde vreugd. (TRIC-TRAC.) te gast bij die prachtige en helaas ouderwetse cadrille. Wat een chique en elegance, ja die mijnheer Lodewijk de Veertien de kon je gerust om een boodschap sturen. Een levenskunste naar eerste klasse, ook al sloeg dat jongmens z'n wekelijkse trainingsavond wel eens een keertje over. Daar wordt de melodie „Ajax in het goud" aangeheven, zelf heb ik deze moord-hit nu toch minstens honderd maal gehoord, maar steeds weer gaat er als „goed clubman" iets door je ribbekast, en zou je je Rood-Witte shirt zo waar aan willen trekken, om met de ouwe jongens het oorlogspad weer op te zoeken. Als nu de muziekde decorsde costuumsen dit en dat maar allemaal in/ orde komen, de tijd vliegt, maarBos kamp en Jack Jr. zijn waarachtig ook niet van gisteren, en we hebben toch per saldo met allemaal Ajacieden te maken. Helaas, ik mag niets meer verklappen, maar let toch ook even op de verzorging van het programma, de tekenares Nel Kuyt is een artiste tot en mèt. Al met al moet het dus een moord-revue worden, maar een tikkeltje nerveus zijn we toch wèl. Good luck, revue-artis- ten, bezorg de gehele Ajax-familie een paar dol-gezellige avon den, geef aan ons gouden feest glans en glorie, en als alles naar wens slaagt en roffels van applaus Uw deel worden, is niemand blijder gestemd dan J. S. ,,De Watergraafsmeer en vijftig jaar AJAX" in het prachtige en historische Waaggebouw, is geopend iedere werkdag van 10 tot 5 uur, 's Zondags van 1 tot vijf uur, en Dinsdag en Woensdagavond van half-acht tot 10 uur. De toegangsprijs is 25 cent, terwijl een eventueel batig saldo wordt afgedragen aan het Sanatorium voor noodlijdende kunstenaars.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1950 | | pagina 2