Afdrukken van indrukken. Van het vijfde. Dorp op de Veluwe. Louwmaand 1950. Neen, géén „tien" voor Ajax! De knapen uit Rotterdam, die hun club naar de romeinse mythologie „god van de zeedoopten, wisten in de Meerse modder 'n hoekje af te knabbelen van onze toen nog hele koek! En daarom: géén „tien" voor Ajax! Het kleine déraillement heeft me echter 'n vrolijk ogenblik bezorgd, toen ik in onze brave sportkroniek las: en nu kan de wedstrijd tegen S.V.V. belangrijk zijn Prosit! De hele Nederlandse sportbroederschap, van Zoutelande tot vér ach ter de Grönniger contarijen, zit te wachten op dat éne heerlijke feit, dat maar niet komen wil. Maar... Ajax is toch niet ongenaakbaar, schreef de een! Ajax niet onfeilbaar, meende een andere persoon. En zó krijgt Ajax géén „tien"! Ajax krijgt straks van de schoolmeester(s) 'n geweldige uitbranderAls het gebeurt, jullie snapt me wel! Ik durf het gewoon niet te schrijven! Jullie zult er van langs krijgen. Neen, sorry, maar géén „tien" Beroepsvoetbal. Ik zie dat de brand uitgebroken is? Onze beste voetballers (of wat daar voor doorgaat), hollen, de een na de ander in de mollige armen van Marianne. Marianne is verleidelijk en ze behoeft zich niet eens druk te maken: chance genoeg! Waarom schreeuwen we echter brand? Het is toch normaal, dat iemand die stenen moet sjouwen z'n krui wagen er bij neer smijt, wanneer hij een paar honderd kilometer ver derop, 'n kant en klaar huisje voorgezet krijgt. Het is ieders goed recht om zijn maatschappelijke welstand te verbeteren, onverschillig of dat via een vulpen of 'n voetbalschoen gebeurt. En als het eigen land het niet biedt, doch een vreemd land wélnu, dan het vreemde land! En daarmede is de kous voor de emigrerende voetballers af. Ze nemen zélf de risico's en niemand heeft daarmede iets te maken, nóch de clubs, noch de bond. De zaak heeft echter een ander facet. Ons egoïsme gaat uit naar ons Nederlands voetbal en het is klontjes-klaar, dat onze reeds inge deukte representativiteit er niet beter op wordt, naarmate goede spelers eclipseren. Dat is héél beroerd, maar we willen volbloed-liefhebberij- voetballers blijven! God beware ons voor prof-voetbal is de leus. Laten we dan ook de consequenties daarvan aanvaarden, niet schamperen tegen vertrekkende voetballers (die in Holland vermoedelijk 'n slecht belegde boterham eten) en niet kankeren over het beroepsvoetbal als zodanig. Ik zie niet in, waarom wielrenners en biljarters etc. wél en voetballers niét voor hun brood zouden mogen opereren, 'n Andere vraag is of Nederland rijp is of ooit zal worden voor professioneel voetbal? We hebben driehonderdduizend voetballers in ons landje, 'n Prof-competitie van 10 elftallen met reserves, is zegge en schrijve 150 voetballers, dat is twee pro mille! Hebben we in Nederland 150 werkelijke eersteklas, d.i. allround, voetballers van formaat? Geen sprake van, zeggen de heren, die het weten kunnen. Dus wordt 'n prof.-afdeling een sof. En dan nog iets. Mag ik eens vragen: wat is nu eigenlijk het hoogste geluk in voet bal? Wat is de grote zaligheid? Internationaal uitblinken? Is het dié eerzucht? Nationale trots? Is het de droom van het oranje-shirt die 'n voetballer de inspiratie moet geven, alles op alles te zetten, zich harde training op te leggen, dag-in-dag-uit? Wat blijft er dan over van de illusie voor z'n eigen clubkleuren te strijden? Is die club maar 'n wip-plankje naar de hoogste regionen? We raken op dit tijdstip verward in epistels over prof-voetbal, over de wenselijkheid en de noodzakelijkheid of onvermijdbaarheid ervan. Het zal ons echter niets baten. Elke voetballer, die uitblinkt of gaat uitblinken en die in zijn beroep mineur leeft wat maatschappelijke wel stand betreft, zal zijn kans grijpen, of dat nu Italië, Spanje, Frankrijk of waar ook is. En ik geef hem schoon gelijk. Voetbal is vooral de sport geworden van de jongens uit het volk en Nederland maakt daarop géén uitzondering. Welnu, dan ligt de conclusie toch voor de hand! Feestjaar. Als de lente is in 't land Dan gaan we onze vijftigjarige rood-witte „amour" omhelzen! Dat wordt dringen, jongens! Ik ben 'n tikje inge licht over de plannen! Ik weet, dat onze bestuursmannen bezig zijn hun energie te accumuleren en onze ballerina's Terpsichore's glorie in wolken van rood-en-wit zullen uitdragen voor onze verbaasde ogen! Maar wat die knapen van ons binnen de krijtlijnen van plan zijn dat weten de voetbalgoden. 't Zou anders voor z'n roodwit-koperen zijn, lui!! D. K. AJAX 5—'t CENTRUM 2 6—1. Direct na de aftrap ontwikkelt zich een hoog tempo, met 't Centrum het meest in de aanval. Onze linkshalf, Hannie Velder, heeft griep, staat dik aangekleed aan de kant en ziet toe, hoe de hardwerkende Grahmbeek hem verdienstelijk ver vangt. Wij komen er beter in en Boerkool geeft ons met een ferm schot de leiding, 10. Weldra zijn nu de bordjes ver hangen en als Henny Pieters Graafland in het strafschopgebied wat te hardhandig op zij gezet wordt, benut hij de toegestane penalty zelf, volgens de regelen der kunst, 20. Maar Centrum geeft zich nog lang niet gewonnen. Onze verdediging, met Bob van Zon onder de lat, onze full-back Arie van Dijk, Jan Neefjes, de nuttige kanthalf en stopper Tom de Jong krijgen alle kans hun capaciteiten te tonen. Geheel onverwacht breekt Schetters, na een pass van André Staubach, door de vijande lijke verdediging heen en brengt de stand op 30. Luttele minuten voor half-time wordt André binnen de beruchte lijnen gemangeld, penalty, onze rechtsback mag zo'n grapje wel en schiet zuiver in, 40. Daarna gaan we teaën. Na de hervatting vergroten Robbie Been en André Staubach elk met een fraai doelpunt, onze voorsprong tot 60, waarna de Centrum-middenvoor een fout in onze verdediging afstraft en zodoende de eer voor zijn club redt, 61, met welke stand het einde komt. H.E.D.W. 2—AJAX 5 2—5. Weer enige wijzigingen in de opstelling. Jan de Boer in de goal, Wiegerd Blom linkshalf in plaats van de nog steeds zieke Velder, Jan Neefjes stopperspil, daar Tom de Jong vandaag in een hoger elftal uitkomt, Schetters daardoor rechtshalf en Theo de Groot rechtsbinnen. Hieronder in het kort het spelverloop: Een prettige wedstrijd tegen één van de sterkste teams uit de afdeling. Theo de Groot met twee en Henny Pieters Graaf land met drie goals groot aandeel in de overwinning. Vooral de drie diagonaalschoten van laatstgenoemde een lust voor het oog, behalve voor de H.E.D.W.-doelman, die heeft ze denk ik niet gezien. Rust 30. Even later 40 door toedoen van onze linksbuiten, na een cross-pass van Boerkool. Vervolgens scoort H.E.D.W. tegen, 41 en het wordt zelfs 42, wanneer midhalf en rechtsback elkaar niet begrijpen. Tot besluit een dreun van Henny, 52, en zijn wij nog steeds ongeslagen af delingsleider, hebben tevens een prachtkans voor de derde maal achtereen de kampioensvlag te kunnen hijsen. Situatie in de kopgroep momenteel als volgt: Ajax 5 8 15 Germaan 3 8 13 Spartaan 5 8 10 GERMAAN 3—AJAX 5 24. Het is ons dan gelukt onze naaste concurrente op haar eigen veld twee punten afhandig te maken, zodat onze voorsprong bij de jaarwisseling vier punten bedraagt. Zonder midhalf Tom de Jong, Jan Neefjes verving hem wederom prima, maar met de harde wind in de rug, begonnen wij vol goede moed aan de eerste speelhelft en reeds dadelijk ontstonden er zeer pre caire situaties voor het vijandelijke doel. Linksbinnen Boerkool gaf ons al heel spoedig met een ferm schot de leiding, waarna André Staubach dit goede voorbeeld volgde, door een voorzet van onze linksbuiten prachtig in te koppen, 20 in ons voor deel en dik in de meerderheid. Wij zaten op rozen. Maar voetbal is een eigenaardig spel, want binnen vijf minuten had den onze tegenstanders de stand gelijk gemaakt door middel van twee uitvallen, daarbij profiterend van evenveel misver standen in de achterhoede. Rust 22. Na de hervatting werd er uit een ander vaatje getapt. Jan de Boer was onpasseerbaar, onze backs gaven geen krimp, de halfbacks Schetters en Velder, benevens spil Neefjes werkten als paarden, evenals de binnenspelers Keyzer en Boerkool. Na ongeveer twintig minuten spelen zette André goed door en scoorde wederom met een kopbal, 32. Toen even later één van onze aanvallers door zijn tegenstander veel te hardhandig aangevallen werd, gaf de scheidsrechter hiervoor een penalty. Linksback Arie van Dijk kwam naar voren en gaf de Ger maan-goalie met een geplaatste schuiver geen schijn van kans, 42. Spoedig daarna kondigde de scheidsrechter het einde aan

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1950 | | pagina 12