Onze Jubileum-revue.
Honkbal.
Café VERWOEST
Uit het land van Saidjah en Adinda.
Een mooie, doch
dikwijls ondankbare taak.
Het zwakke geslacht „uch-uche", heeft in ruime mate ge
hoor gegeven aan onze jongste oproep om een Ajax-ballet-
groep te vormen, en onze Johan Boskamp wacht een zéér
zware taak, daar hij tenslotte al dit „snoepgoed" zal moeten
selecteren. Maar dat het uiteindelijk een sevrès-porcelein
groepje zal worden, waarover tot in lengte van dagen in Ajax-
kringen zal worden gesproken, staat nu reeds als een paal
boven water, en mogelijke aanbiedingen van de film zullen
wel niet uitblijven. Ach ja, van het Ajax-stadion naar Holly
wood is tenslotte maar één stap en voor televisie-toestellen
verwijzen wij naar „His Masters Voice", Spui 6. De bijbehoren
de costuumpjes heb ik alleen nog maar op de tekening gezien.
Dames, wat een machtige kleurenweelde, heus, de grote en
exotische Artis-volière is daar maar een mistige regendag bij.
Moorddadig, in één woord.
In het hieropvolgende clubnieuws hopen wij nadere mede
delingen te kunnen publiceren, en alle dames, die ons een brief
kaart zonden, zullen dus tot zolang geduld moeten hebben, ook
al staan ze momenteel onder hoogspanning.
Voor het te vormen dubbelmannen-kwartet kunnen wij nog
enige Caruso's en Chaliapin's maar levend natuurlijk
plaatsen. Komt, mannebroeders, De Ajax-minstrelen moeten
t.z.t. op de zwarte schijf, daar ook onze overdekte tribune
moet kunnen genieten van Uw machtige samenzang.
Dustalmt nu niet langer en stuurt een briefkaart aan:
J. SCHOEVAART, Amsteldijk 71.
Dat het eerste honkbalnegental in 1948 na een uiterst prettig
seizoen het kampioenschap van Nederland behaald heeft, zal
elke clubgenoot nog vers in het geheugen liggen. Door een ge
schil buiten de honkbalafdeling om, ziet het er, dank zij de
op zijn zachtst uitgedrukt laakbare handelingen van zekere
zijde, naar uit, dat enige spelers onze gelederen ontrouw wor
den. Dat dezulken willen vertrekken, is hun goed recht, doch
de huidige Honkbalcommissie neemt het hun zeer kwalijk, dat
zij zich slechts eenzijdig hebben laten inlichten. Degenen, die
bedankt hebben, dienen echter wel te bedenken, dat, ingeval
toetreding tot een andere club tot teleurstelling lijdt, op hun
terugkeer in Ajax geen prijs meer zal worden gesteld.
Juist nu donkere wolken zich samentrekken, zal de Honk
balcommissie met verdubbelde energie en op legale wijze
trachten wederom een behoorlijke ploeg op te bouwen, al zal
hier uiteraard enige tijd mee gemoeid gaan. In de jaren 1935 en
1936 ging het met de honkbalploegen van Ajax ook niet best.
Onder de leuze „een sportclub zonder jeugd, een toekomst
zonder vreugd", ging de commissie er destijds toe over, met
een juniores-ploeg voor de competitie in te schrijven. Dat dit
een gelukkig besluit is geweest, moge blijken uit het feit, dat
verscheidene spelers van ons kampioensteam 1948 hun honk
balloopbaan in bedoeld jeugdnegental zijn begonnen. Ook later
zijn uit de jeugdploegen tal van goede spelers naar voren ge
komen.
Als U dit clubblad ontvangt, hebben vele jonge leden reeds
te kennen gegeven, dat zij over enkele maanden weer wensen
te honkballen. Goed zo, boys, dat is tenminste een pleister op
de wonde. Alle rasechte Ajacieden, die dit jaar aan deze
zomersport willen deelnemen, kunnen zich thans bij onze
secretaris, de heer E. H. van Tuijl, Fahrenheitsingel 50, aan
melden. Voor de werpers en enkele nieuwelingen is de training
in de benedenzaal reeds begonnen. Zodra de weersgesteldheid
het toelaat, zullen allen buiten kunnen oefenen.
De supporters van Ajax die vindt U beslist
na afloop van de wedstrijd
bij Verwoest voor de kist.
Rembrandtsplein 16 - Telef. 33423 - Amsterdam-C.
De Honkbalcommissie is zich er van bewust, dat het een
moeilijk seizoen zal worden, doch zij hoopt, dat het gouden
jubileum van Ajax in 1949 voor de spelers een stimulans zal
zijn om zich tot het uiterste te geven. Het zij zo!
DE HONKBALCOMMISSIE.
Deze maand ontvingen wij slechts één „Indische" brief, n.l.
van onze clubgenoot H. Harinck, waaruit wij het volgende
overnamen:
Hartelijk dank voor de waarderende woorden in het clubblad van
November j.l. en ik kan Brown verzekeren, dat ik heel trots was, op
deze wijze in het zonnetje te worden gezet. Als voetballer heb ik
het nooit zo ver kunnen brengen!
Van deze gelegenheid wil ik gaarne gebruik maken te vertellen, dat
ik de verrichtingen van onze club met zeer veel belangstelling volg en
dat het me buitengewoon genoegen heeft gedaan, dat het eerste zich
na het verontrustende begin, zo schitterend heeft weten te herstellen,
's Zondagsavonds luisteren wij om elf uur bij jullie is het dan vier
uur 's middags -naar de P.C.J, en via deze hebben wij de laatste
minuten van S.V.V.Ajax kunnen volgen. Jammer, dat het juist
dit keer geen overwinning werd, doch de Schiedammers schijnen even
eens een beste ploeg te hebben.
Volgende week komen J. v. d. Heuvel en G. Stam bij mij op bezoek
en men zal begrijpen, dat bij deze gelegenheid vele Ajax-herinneringen
zullen worden opgehaald.
Nog mijn compliment voor de keurige verzorging van het clubblad.
De redactie heeft alle eer van haar werk.
Mocht ik hier iets voor Ajax of voor de leden hier kunnen doen
laat het mij dan weten.
Met de jonge Koolhaas heb ik geregeld contact en ik hoop hem
nog eens in Batavia te krijgen.
Hartelijke groeten aan alle Ajacieden. Veel succes en tot een vol
gende keer.
BERT HARINCK.
Dat een lid van de Keuzecommissie een der ondankbaarste
taken vervult, zal wel niet aan tegenspraak onderhevig zijn.
Gaat het de club naar den vleze, dan delen de samenstellers der
ploegen in het succes. Zijn de wedstrijdresultaten daarentegen
minder goed, dan is het niet denkbeeldig, dat de selectie
commissie daarvoor mede verantwoordelijk wordt gesteld. Dat
er, ondanks deze onzekerheid toch steeds weer leden bereid
worden gevonden in een dergelijke commissie zitting te nemen,
getuigt van hun clubliefde. Zij hebben slechts één doel voor
ogen, n.l. zonder onderscheid des persoons de ploegen zo sterk
mogelijk te formeren. Of critiek dan uit den boze is? Geens
zins. Wanneer inderdaad blijkt, dat één of meer leden van zo'n
commissie niet geheel voor hun taak berekend zijn, heeft de
Algemene Vergadering volkomen het recht, haars inziens
betere candidaten te zoeken. Dit is immers in het belang der
vereniging? Voelt een speler zich achteruitgezet, dan is er
maar één goede weg: een verzoek aan de betrokken commissie
richten om in de gelegenheid te worden gesteld zijn grieven
te uiten.
Is de functie van een keuzecommissielid dus niet eenvoudig,
moeilijker wordt het nog, als dit lid een zoon heeft, die even
eens deel van de club uitmaakt. Ingeval zo'n knaap in een
lager team wordt ingedeeld, dan waarop hij krachtens zijn
capaciteiten recht heeft, zal zijn vader uit hoofde van diens
functie meestal niet daartegen opkomen, ten einde iedere
schijn van bevoorrechting te vermijden.
In de practijk komt het hier op neer, dat de vader, indien het
de opstelling van zijn stamhouder betreft, zich doorgaans van
een oordeel onthoudt.
Gaarne geef ik dit ter overdenking aan degenen, die wel
eens hun misnoegen hebben kenbaar gemaakt als een dergelijk
speler, die in hun ogen niet had voldaan, toch weer werd
gekozen.
Om niet te worden misverstaan, voeg ik er nog even aan
toe, dat dit artikeltje een algemene strekking heeft een dus
evengoed op een andere vereniging van toepassing zou kunnen
zijn- E. H. VAN TUIJL.