Voor het eerst. Wini Sacksioni Ik heb er hopeloos naast gezeten! Daar had ik me nou wonderwat van voorgesteld: lekker naast m'n zwager in het zonnetje van de open tribune. Ja, naast m'n zwager. Want die zwager van me, is een heel bijzondere man. De knaap had nog nooit een voetbalwedstrijd gezien wat erger is als Amsterdammer was hij ook nog nooit ende nimmer in het Ajax-stadion geweest. Naast zo'n voetbal-analphabeet te zitten het leek waarlijk een plezier, 't Begon dadelijk al op weg naar de niet-ov er dekte. Hij zag door de tribune-hoeken de wachtende mensenmassa en bracht ver baasd uit: „wat een volk wat een volk!" „Hier lopen we langs de staantribune," onderwees ik. „Je zou zeggen dat ze zittenvond de zwager, die naar boven keek. Ik liet het maar zo en ik antwoordde bevestigend, toen hij vroeg, of wij dat gat door naar boven moesten. Dat gat was de toegangstrap tot de onoverdekte. Maar vóór dat gat stond Ajax-cerberus nommer 40, die m'n zwager niet, maar mij wèl de toegang ontzegde. „Dat is een kaart voor de overdekte U moet naar de overkant „Ja maar „Niks mee te maken, V hóórt hier niet." „Dat weet ik warempel ook wel, maar „Nou, gaat U dan naar de overkant daar zie je zeker zo goed als hier." Nommer veertig was onverbiddelijk en daar de man tenslotte gelijk had en daar er orde en regel moeten zijn, ging m'n zwager in z'n dooie eentje in het zonnetje zitten en sjokte ik een beetje mistroostig naar een der andere „gaten", die toegang geven tot de schaduwrijke over dekte. Daar zag ik dan de wedstrijd, terwijl m'n ondeskundige zwager het zonder mijn uiteenzettingen zou moeten stellen. Ik probeerde nog hem in de rust te bereiken, maar ook op mijn sortie lukte het nietde zonne-tribune te betreden. Toen het eindsignaal had geklonken, wachtte ik tot de zwager langs kwam. Uit de dichte drom pikte ik'hem zó op, want hij is een hoofd langer dan een gewoon mens. „En?" vroeg ik. „Een heel mooie, enthousiast gespeelde wedstrijd," zei hij luid. „Alleen die scheidsrechterdie was niks." Verbaasd keek ik hem aan. Die was in een kleine twee uur van vol slagen leek tot volledig deskundig geworden. Maar reeds boog hij zich naar mij toe en terwijl we in de drukte voortschuifelden, fluisterde hij „Hoe is de eindstand eigenlijk? Op dat bord stond tweenul, ik dacht dat het 11 was, maar een meneer naast me zei, dat het viernul moest zijn." „Ja, dat zou kloppen twee goaltjes werden voor zogenaamd buiten spel niet toegekend, maar éénéén?" „Hoe kom je daar nu bij?" „Nou één in die goal en één aan deze kantelk een." M'n lange zwager had niet gemerkt, dat na de rust de rollen waren omgekeerd dat de partijen gedraaid waren. Nummer 40 had gelijk maar ik neem het hem toch kwalijk, dat ik niet naast m'n zwager mocht zitten. Wat zou ik een plezier hebben gehad! VLINDER. AJAX 2—Z.F.C. 2 4—2. De Zaankanters waren naar Amsterdam gekomen om beide punten mee te nemen, dat was aan alles te zien. Aan klein spel hebben ze een broertje dood, maar daar ze niet tegen hard werken opzien, vliegt de bal met verre lange trappen over het veld en in de buurt van de goal wordt er geschoten, dat is hun recept. Ook al moeten ze desnoods door de man heen, dat mag niet hinderen, zodat er al spoedig boze gezichten kwamen. Gelukkig is Looyen uit stevig hout gesneden en kan hij tegen een stootje, ook al werd hij lelijk gemangeld. Smit, die center voor speelde, liep herhaaldelijk in het buitenspel-valletje, en daar hij blijkbaar niet weet wat off-side is en vast met een gramofoonnaald is ingeënt, wil hij het steeds met redeneren proberen. Neem toch een stuk kauwgum tussen je kiezen, boy, en blijf voetballen, daarvoor ben je toch tenslotte in Ajax ge komen. Het werd een snel en stevig partijtje, met aan beide zijden goede aanvallen, maar het goede schot ontbrak. Met ongeveer nog een kwartier speeltijd voor de rust, werd Rolf wat zwaar aangevallen, het fluitje klonk en de ref gaf penalty. Wijngaarden nam deze feilloos, maar moest deze nog eens overnemen, daar een onzer spelers te snel was ingelopen. Het werd een duplicaat van de eerste, en zo leidde Ajax met 10. Het spel golfde heen en weer, maar tot de thee kwam er geen verandering. Na de thee zette Z.F.C. er alles op om de achter stand in te halen, maar de onzen zaten ook niet stil, een mooie aanval volgde, en een der vijandelijke backs wist niets anders te doen dan de bal in eigen doel te slaan. Weer gaf de scheidsrechter penalty, ofschoon dit m.i. een doelpunt was. Erwin zocht ook nu weer het uiterste hoekje van het doel op, en de stand was 20 voor ons. Nu kregen de Z.F.C.-ers er pas recht zin in, snel en fel bleef hun wachtwoord, ze brach ten herhaaldelijk een bezoek bij Keizer, maar deze verdedigdè zijn doel uitstekend en gaf niet thuis. Waldeck en Smit waren beiden in aanraking met een Zaankanter gekomen, en dit was hun blijkbaar slecht bekomen. Ze speelden op halve kracht verder, daar er geen invallers waren hoe zit dit, elftal-com missie Een snelle aanval bracht Z.F.C. succes, van dichtbij werd Keizer gepasseerd, en het is te begrijpen, dat ze er nu eerst recht zin in kregen. Wèl werd onze keeper voor de tweede maal gepasseerd, maar de betreffende speler gebruikte hiervoor z'n handen, hetgeen de scheidsrechter niet ontging. Dat gaf de burger moed, onze voorhoede spande zich nog eens extra in, ondanks dat Smit zwaar werd gehinderd en hij maar op halve kracht speelde, wist hij toch met een goed schot te doelpunten. En toen Wolfers even hierna een gaatje zag, spurtte hij er met volle vaart doorheen, passeerde enige tegen standers, week uit naar rechts en loste een prachtige vol treffer, waar de keeper tevergeefs naar dook. Een pracht-goal. Zelfs nu probeerde Z.F.C. nog met alle macht te doelpunten, en zowaar met succes ook. 42 was nu de stand en hierbij bleef het. Er is voor de zege zéér hard door beide partijen gewerkt en ook de scheidsrechter verdient een pluim voor z'n resoluut optreden. Bij de onzen speelde Boonstoppel een buitengewoon goede back-partij, ook Wolfers speelde uitstekend. Dat Keizer nog een behoorlijk partijtje keepte, spreekt vanzelf. Tien man en een paardekop woonden deze wedstrijd bij, is het niet om te huilen? J. S. UIT „HET QUICK-BLAADJE" (QUICK, NIJMEGEN). Uit zeven wedstrijden zes punten. Het hadden er negen kun nen zijn bij grotere oplettendheid van de scheidsrechters. Deze heren boorden ons liefst drie doelpunten door de neus. E. BoysQuick 21. Een volkomen normaal doelpunt van Gerrits afgekeurd, z.g. wegens hands. QuickHengelo 22. Een geheide penalty niet toegekend. A.G.O.V.V.Quick. Een gemaakt doelpunt „niet gezien". Let op de foto van dit moment. (De foto laat ons een „geheid" doelpunt zien. Red.) Waar gaan wij heen op deze manier! Onze visie: Waar wij heen gaan? Nergenswij zijn er al: n.l. heel diep in de put. Scheidsrechters la de heren Hans Boekman, Eymers, Mr. v. Bisselinck, Mutters, om er zo voor de vuist een paar op te noemen, zijn met een „knijpkat" te zoeken en figuren èt la de heer Nijs zijn zeldzaam als de „Cullinan". En propos, waar is scheidsrechter Hoek gebleven, die indertijd tijdens de match H.B.S.H.D.V.S. een penalty durfde geven en nadien nooit een eerste klasse-wedstrijd meer floot? En waarom zien wij scheidsrechter Weij zo nu en dan alleen nog maar een vriendschappelijk veteranen-partijtje fluiten? Ja, waarom? BROWN. Sportvrienden Uw tabaksbonnen het best besteed bij Damstraat 38, Tel. 49571, Amsterdam C. Volksherstel sigaretten import zonder bon ƒ2,68 per pakje Grootste sortering in Tabak, Sigaren, Sigaretten en Rook-artikelen.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1948 | | pagina 11