Aan Jack Momenten, die je nooit vergeet. Zonder schoenen. WIin Sacksfoni Tot onze spijt konden wij wegens plaatsgebrek onderstaande ode aan Jack Reynolds in ons vorig clubblad niet opnemen. Daar het een geestesproduct van de zo langzamerhand alge meen bekend geworden sport-poëet B. S. Ie Marché, oud-voet baller en oud-vriend van Jack, betreft, hebben wij zijn gedicht (onder dankzegging) alsnog aan de openbaarheid prijsgegeven. Hoelang is het reeds geleden, 's Zondagsavonds op 't terras bij „de Weduwedat wij dronken een koel, goedgeschonken glas? Toen was 't reeds, dat jij betoogde dat het spel in Holland leeft, dat het afhing van de leiding die de club bezieling geeft Maar je wist of beter wou niet weten, dat het Reynolds was die de jongens kon bezielen zelfs niet na ons vierde glas Reynolds, nu ga ik wat zeggen waar je zéér op bent gesteld maar nou lieg ik doch ik moet Jack: „Wijl het mij uit 't herte welt Dit zijn theatrale woorden, maar, geloof me, ze zijn écht. Als je denkt, het zijn maar smoesjes, nu, dan ken je me nog slecht Ernstig: Jack, 'k wil je bedanken voor wat j ij deed voor m ij n club! Jou en Ajax, dat helaas ik nooit meer zie bij dArolcup Dank voor wat in14 dagen jij bereikte bij de Reds, voor die pil die resulteerde in 91 voor club van Mets Dat was Mets-match, maar nog grootser wordt jouw match, jouw „benefiet" Dan loopt Mokum uit, want Mokum, heus, vergeet z ij n Reynolds niet Zwaluwen of Bohdsploeg of zij, die dan lans met Ajax breekt, krijgt een wedstrijd voorgeschoteld waar men jaren nog van spreekt! Want het zal niet slechts een eer zijn doch voor elke Ajacied is 't een VREUGD te mogen geven t beste voor Jack's benefiet Met die ZEKERHEID voor ogen trekken allen, jong en oud, naar dé match dit is in orde opdat benefiet niet worde tot een: „Benefit of the doubt B. S. LE MARCHE. „Ha, die Smitje," riepen m'n vrienden, toen ik schuin het Haar lemmerplein overstak en ze onderbraken even het gevecht om de perrybal. Het is lang geleden, Naatje stond nog op de Dam en wat ze nu mieters noemen, was toen voor ons jofel. Ik overzag het slagveld eens en constateerde, dat de strijd ging tegen 'n vertegenwoordigend elftal van de Vinkenstraat. Ik mocht die lui uit de Vinkenstraat niet, ze scholden me altijd voor kale neet, waarschijnlijk in de overigens verkeerde veronderstelling, dat ik later V.V.D. zou stemmen. Speel je mee? Dat was 'n gemene vraag, het was duidelijk te zien, dat ik een zakenreis maakte, want ik torste een grote melkkan met inhoud, 't Was een mooie kan, beige met een blauw patroontje. Dan mag je centervoor, werd er geboden en ieder zal moeten toe geven, dat zo'n aanbod niet maar zó genegeerd kon worden. Met de psychologische feeling van 'n marktkoopman, die z'n klant over het dode punt wil brengen, werd er plotsklaps ongeduldig aan toegevoegd, nou, te ja of te nee. U begrijpt het al, het werd te ja en ik plaatste de melkkan zo achter een tevens als goalpaal dienstdoende boom, dat de kans op 'n voltreffer zo gering mogelijk was. We wonnen van die rotjongens uit de Vinkenstraat, gingen met verhitte koppen en verwarde haren naar huis en ik liet me welgedaan op een keukenstoel zakken. Waar is nou me melk, vroeg m'n moeder Vrouwen kunnen altijd op de meest onge legen momenten de gekste dingen vragen, zonder begrip voor hetgeen een man bezighoudt. Me melk? O, de melk, die staat nog op het Haarlemmerplein, ver telde ik, maar was toen waarschijnlijk de deur al uit. M'n hart bonsde, doch zonder reden, want met een trouw, die je van géén melkkan had kunnen veronderstellen, stond ie daar achter de boom op me te wachtenbeige met 'n blauw patroontje. Hij stond er nog net zo als ik hem er een uur geleden had neergezettenzij de honden Adé. Zo iets mag je natuurlijk niet zeggen dat mag je alleen maar dénken, maar tochik geloof, dat er meer enthousiasme is bij de adspirant-welpen, dan nou, vooruit, dan bij de mannen van het eerste. Je moet ze horen kwetteren als hongerige spreeuwen, als ze hun toelatings-examen-wedstrijd moeten spelen. Daar heb je als groot, laten we zeggen wereldwijs mens, toch altijd weer plezier in. Merk op, hoe ze alles wel willen doen voor die mensen met papier en potlood, die straks als elftalcommissielid over hun voetbalwei en -wee zullen hebben te beschikken. Merk op, hoe die voetbalkenners, die al zo vele malen met dat bijltje hebben gehakt, al die kleine enthousiastelingen naar hun hond zetten: „Allez, jongens: allemaal op die banken stil zitten, tot je wat wordt gezegd." Dan zitten ze stil en ze wachten in spanning op de wijze woorden, die Arie de Wit tot hen zal richten. „Wie van jullie is er keeper?" Vier tegelijk springen er op: „Ik meneerik meneer!" De Wit pikt er twee uit. „Jij daar jij daar. Hoe heet je?" Twee namen worden tegelijk opgegeven, maar stuk voor stuk worden ze genoteerd. „Wie is er links back?" Je moet er niet verbaasd over zijn, dat de kleine, die zich net nog een reuze-keeper voelde, plotseling links back is. Het zal hem zo een zorg zijn als hij maar mee kan spelen! Want bij heel veel van die pukken is er de grote angst, dat de grootmachtigen met hun papier en potlood straks hun naam niet zullen hebben opgeschreven ze hebben al lang de koppen geteld ze weten, dat er meer dan 22 liefhebbers zijn en dat er voor die eerste wedstrijd tenminste een paar zullen afvallen. Ik geloof dan ook, dat de animo steeds groter wordt, naarmate er meer spelers het veld zijn ingestuurd en naar mate het troepje wach tenden vermindert. „Links-buiten?" Vijf tegelijk melden zich aan, maar midvoor willen ze allemaal wel spelen. „Jullie komen straks aan de beurt," verzekert Arie rustig. Die troost geeft hun kracht. Als waardige reserves zitten ze op hun bank aan de kantallemaal, op één na. Die is, in tranen achtergebleven in de kleedkamer, omdathij geen schoenen had. Hij had geen schoenen. En dan moet je een uurtje later die India- nezen zonder schoenen zien spelen. Dan heeft Arie de Wit nog geluk gehad Als die schoenenloze huilende knaap dat door z'n tranen heen had gezien hij zou z'n tranen hebben gedroogd hij zou een lapje om z'n tenen en om z'n enkels hebben gedraaid en hij zou naar Arie zijn toegekomen en brutaalweg hebben gezegd: „Ik speel altijd op m'n blote voeten!" VLINDER Sportvrienden Uw tabaksbonnen het best besteed bij Damstraat 38, Tel. 49571, Amsterdam C. Volksherstel sigaretten import zonder bon 2.68 per pakje Grootste sortering in Tabak, Sigaren, Sigaretten en Rook-artikelen.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1948 | | pagina 12