De Aj ax-tour naar Zweden en Noorwegen. Reizen en trekken heeft de Ajax-spelers altijd in het bloed gezeten, talrijke trips heeft onze vereniging reeds naar diverse landen mogen maken en voor het versterken en bevorderen van ,,de Clubgeest" hoopt ondergetekende, dat er nog heel vele zullen volgen. Ook nu weer is bewezen, dat de onderlinge vriendenband is versterkt, dat we qua voetbal nog wel iets te leren hebben, maardat spelers en officials ook nu weer met groot genoegen op deze tocht terug kunnen zien. Was het vorige jaar op het allerlaatste ogenblik een beloofde trip niet mogelijk, ook dit jaar dreigden er weer onoverkomelijke moeilijkheden. De zonen van wijlen Mussolini hadden ons zo'n veelbelovende en prachtige uitnodiging gezonden om deze zomer in Milaan, Rome en Venetië de macaroni met ham eens te komen proeven, en onderwijl een paar vriendschappelijke wedstrijden te spelen, dat we meenden onze spelers mede te kunnen delen ,dat het ditmaal met de tour in orde was, en we de gondels voor een rondvaart te Venetië reeds hadden be sproken. Helaas, toen wij na ik weet niet hoeveel telefoontjes en telegrammen nog steeds de vertrekdatum maar niet konden vaststellen, moesten wij wel tot de conclusie komen, dat er weer eens een spaak in het bekende wiel was gestoken en nieuwe plannen beramen. Want we hadden ons woord ver pand, dat we dit jaar ,,over de grens" zouden gaan en dus werd er door het bestuur verzamelen geblazen. Het resultaat van deze besprekingen was, dat de heren Koolhaas en Elzinga een dag later in het vliegtuig stapten, om bij onze oude Noorse en Zweedse relaties eens een balletje voor enige „friendly games" op te werpen. En dat persoonlijk contact altijd nog het allerbeste contact is, werd wel bewezen doordat ofschoon in Zweden en Noorwegen de officiële competitie reeds is begonnen zij er toch in slaagden de volgende wedstrijden vast te leggen: 26 Augustus 1947 spelen we in het stadion te Stockholm tegen een sterke combinatie van de clubs A.I.K. en Djurgarden. 29 Augustus 1947 tegen K.B.I.K. te Karlstad. 3 September 1947 tegen onze oude tegenstanders „Frigg" in Oslo. Een prachtig, maarzéér zwaar programma, dat erken nen wij volmondig. Er wordt, vooral in Zweden, beter gevoet bald als in ons kikkerlandje, maarAjax-op-tour was altijd voor iedere tegenstander een kluif, waar menige vijandelijke kies op gesneuveld is. Bovendien voeren wij de titel van „Kampioen van Nederland", een titel, die nu eenmaal ook ver plichtingen oplegt. Dat we dus ons allerbeste beentje vóór zouden moeten zetten, stond bij voorbaat vast. De treinreis naar Stockholm is momenteel geen pretje. Als alles goed gaat, zit men twee dagen en een nacht in de trein, maar 10 en meer uren over tijd is heel gewoon, bovendien altijd over bevolkt, door Duitsland met hopeloos eten, bohnen-caffee, waarin alles behalve koffie in verwerkt is, etc. etc. in 't kort allemaal factoren die nu eenmaal zéér remmend werken op het aankomen in goede conditie. En daar we helaas nog niet zelf over een „Skymaster" beschikken, gingen wij eens met de K.L.M. babbelen, die ons het volgende reisplan aanbeval: Start: Maandag 25 Aug. des middags half een, eerste groep; vier uur, tweede groep. Terugkomst: Vrijdag 5 September van Kopenhagen naar Amsterdam. Er is alle deelnemers aangezegd, voor vele dingen te zorgen, maar vóór alles een goed humeur mee te brengen. „Keep smiling." Daar staan we gepakt en gezakt op het Leidse Plein. De bekende blauwe bus komt voor, instappende reis gaat beginnen. Vlieger zijn is d' aard beheersen, Met onneembre vorstenstaf, 't Is de volle kracht bezitten, Die de Heer aan 't Schepsel gaf. 't Is van d' aarde opwaarts stijgen Met den blik omhooggericht. Om de éérste straal te vatten Van het gouden zonnelicht. Een heerlijkheid, dat rijden op de wolken, en net als Aladin op zn' tovertapiitie met een moordgang door het luchtruim te zweven. Maar toen we om 1.10 uur in het vliegtuig stapten, was het er zó heet, dat uwe wenigkeit, die helaas bijna altijd zijn offer aan de lucht- of zeegoden moet brengen, direct z'n colbertje en boord en das in het bagagerek deponeerde, om z'n „scheerstoel" op te zoeken. De lieftallige stewardess zette een paar handles over en een heerlijk windje bracht direct rust en verkoeling. In no time klommen we tot ongeveer 3500 meter, en diverse voor ons door dezelfde stewardess gedeponeerde sportcouranten vertelden ons, dat Nel van Vliet in Amerika als een torpedo door het water kliefde en Ajax van Windsor met niet minder dan 80 had gewonnen. We hadden geen ogen genoeg en van de wondermooie panorama's, die zich aan onze ogen ontrolden, kan mijn pen U maar een armzalig verslag geven. Daar bracht de dienstvaardige fee ons een heerlijke lunch; bestaande uit koffie, drie vooroorlogs belegde broodjes, een zakje fruit enongekende weelde, een fijne plak chocolade. En ik, die altijd trouw de inhoud van mijn maag in het U bekende zakje deponeerde, ik peuzelde de hele mikmak op. Af en toe kregen we vanuit de cockpit hoe hoog, met welk tempo en waar wij vlogen; de laatste opgave konden wij dan vergelijken met een aan ons verstrekte kaart, om ons te oriënteren. De uren vlogen om en vijf minuten voor zes maakten we een prachtige landing en waren in Stockholm gearriveerd. De douane was hier al héél gemakkelijk, we namen onze distributiebescheiden in ont vangst ook in het rijke Zweden is boter, vlees en brood op de bon verlieten het vliegveld en vielen in de armen van Panorama bii Oslo.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1947 | | pagina 2