10 van Heerenveen in twee seizoenen verloren de Friezen geen thuiswedstrijd gebroken, hetgeen dus een dubbele teleur stelling was voor de van heinde en verre samengestroomde Noorderlingen. Men was gekomen voor een titanenkamp en... een overwinning van Heerenveen. Immers, de Blauw Witten hadden in Amsterdam zo kranig partij gegeven, dat, nu in eigen omgeving, gedragen door het laaiend enthousiasme van duizenden Friezen, de „Hollanders" het heel, heel moeilijk zouden krijgen en ,,us Abe" zijn kerels ter overwinning zou, neen, móést voeren. Doch één ding zagen de Friezen over het hoofd, en wel een zeer voornaam ding en dat is; als Ajacieden zich iets voorgenomen hebben, dan is het onbegonnen werk hen tot andere gedachten te brengen. Dat gelijke spel van Zondagavond zat dwars en moest gerevancheerd worden, de twee punten lieten zij zich niet ontglippen en gingen mee naar Mokum. Dat stond als de bekende paal boven de even bekende nattigheid. Abe zou zijn kans niet krijgen en heeft zijn kans inderdaad niet gehad. Wat de beroemde Fries ook probeerde, steeds was er een Ajacied ter plaatse om hem de voet dwars te zetten en daar dit vrijwel de gehele wedstrijd gelukte, kwam er van het Friese spel niet veel terecht. Met alle respect voor de tien andere Heerenveenster, maar zonder Abe ligt de waarde van hun voetbalpapieren een stuk lager. Nu troffen zij het al erg slecht, dat, kort na het begin, Rinus Michels met een prachtige kopbal ons een voorsprong bezorg de. Dat was natuurlijk een lelijke streep door de rekening en voor onze ploeg een morele steun, die dankbaar werd ge accepteerd. 't Gaf rust en wat wel het belangrijkste was, vertrouwen in de uiteindelijke uitslag. En dat ontbrak de Friezen. Wel hebben zij in het laatste kwartier nog verwoede en wanhopige pogingen gedaan, om het getij te doen keren, maar onze defensie stond pal en wist van geen wijken. Ook niet, toen Heerenveen met man en macht naar voren trok, omzichzelf de das om te doen. Guus kreeg na een afge slagen aanval de bal toegespeeld en vond tijdens zijn rush naar het Heerenveen-doel slechts één tegenstander op zijn weg, die hij keurig omspeelde, waarna Veenstra voor de tweede maal de bal uit het net mocht halen. Zo eindigde de returnmatch tegen de Noordelijke kampioenen in een 20 zege, die, gezien het vertoonde spel, ruimschoots was verdiend. Drie punten uit twee wedstrijden; wij hebben het wel met min der moeten doen en of onze concurrenten het er tegen de Friezen beter af zullen brengen, lijkt ons nog zeer de vraag. De tijd zal het leren. B.V.V.—Ajax 5—2. Het eerste treffen met de minst Zuidelijke kampioensclub, B.V.V., is op niets meer of minder dan een debacle uitgedraaid. Een door beter spel verkregen en tot zeventien minuten voor het einde gehandhaafde 20 voorsprong, werd in korte spanne tijds door een aaneenschakeling van domheden onzer achterhoede in een beschamende nederlaag omgezet. In slechts negen minuten scoorden de B.V.V.-ers vijfmaal, waardoor een reeds verloren gewaande wedstrijd in een stralende Bossche zege werd omgezet. Als wij ooit in een kampioens-uitwedstrijd op velvet hebben gezeten, dan was het zeker wel tijdens deze match. Met rustig, weldoordacht spel, werd de fanatiek en stevig, maar eerlijk spelende Bossche ploeg de kans op een overwinning ontnomen. Weer won onze betere techniek en afgestemd samenspel het van z.g. in onze Hollandse aard liggend opportunistisch open spel. Wel is dit spel altijd moeilijk te bestrijden, maar het ging, en 't werd zelfs gemakkelijk te weerstaan door een best doelpunt van Stroker, gescoord met een ver schot. Een tweede doelpunt een fantastisch schot van Gé van Dyk, waar Saris pas erg in had, toen de bal al dood in het net lag schonk de Bossche supporters de over tuiging, dat de jongens van „den Dré" het met de Amster dammers niet konden klaren en gelaten zagen zij het neder laag brengende einde tegemoet. Zeventien minuten, op de kop af, waren nog te spelen, toen het Bossche wonder gebeurde, of, zoals men het misschien beter kan noemen, het voor onze club zo dramatisch vonnis zich voltrok. Een verre bal, zonder doel, zonder hoop, vloog richting Ajax-goal. Gerrit liep de bal tegemoet om hem te vangen en te retourneren, doch plots schoot v. d. Linden's been uit en tot ontzetting van de Ajax- schare rolde het bruine flard naar het verlaten Ajax-doel. Jan Potharst lag ergens gevloerd, Keizer en v. d. Linden stonden met draadnagels aan de grond en een B.V.V.-er zei of dacht: Ajax - B.Y.V. 2-0. Michels en Brokmann zien belangstellend toe, hoe doelman Saris een doelpunt voorkomt. (FotoR. v. d. Randen)

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1947 | | pagina 10