Zoo voetbalt Zuid-Amerika 8 Zaterdag 28 December 1.1. hield de heer D. Knegt („Vlokkie") een causerie voor onze voetballende leden en ver telde op prettige en vlotte wijze van hetgeen hij alzoo op de Zuid-Amerikaansche voetbalvelden heeft gezien en beleefd. Circa 150 Ajacieden woonden deze lezing over de Zuid- Amerikaansche wondervoetballers bij en gezien de intense belangstelling, waarmede de speaker werd gevolgd, gelooven wij, dat de heer Knegt met deze causerie een stapel steenen heeft bijgedragen om onze jongens vooral de jeugdige Ajacieden er Van te overtuigen, dat trainen en steeds maar weer trainen, de eenige en juiste manier is, om op het voetbalveld tot uitzonderlijke prestaties te komen. Alhoewel de heer Koolhaas, die „Vlokkie" inleidde en aan het slot, op zijn bekende wijze, dank zegde, gelooven wij in den geest van alle toehoorders te handelen, als wij ook van deze plaats den heer Knegt één der oprichters van het Ajax-Nieuwshulde brengen voor zijn bereidwilligheid deze leerzame causerie te houden. Daar wij de meening zijn toegedaan, dat alles wat tot ver betering van het Hollandsche spelpeil kan bijdragen naar voren gebracht moet worden en óók al, omdat niet alle Ajacieden deze lezing konden bijwonen, hebben we de rede van den heer Knegt in haar geheel in onze clubkrant laten afdrukken. En hiermede geven wij dan het woord aan den heer Knegt, over: Over onze speurtochten langs de voetbalvelden in Argen tinië, Brazilië, Chili en Uruguay, gedurende onze jongste zakenreis naar die landen in de afgeloopen maanden, kunnen wij U het een en ander vertellen, dat U hopelijk zal boeien. Het voetbalspel wordt in Zuid-Amerika, zooals U zult weten, als beroep uitgeoefend, hetgeen echter niet zeggen wil, dat alle voetbal in Zuid-Amerika beroepszaak is. Dit is niet het geval. Het amateurvoetbal heeft echter nauwelijks de belangstel ling, die het verdient. De groote trek is naar het beroeps voetbal, naar de competitie-wedstrijden van de professional clubs, die week aan week honderdduizenden toeschouwers trekken en die gespeeld worden in soms werkelijk grootsch gebouwde stadions, met 40.090 tot 90.000 toeschouwers per wedstrijd. Het zijn voetbal-shows, waarbij wij ondanks spontane bewondering voor de speelvaardigheid, spelroutine, snelheid en een hoogen graad van techniek, toch wel eens het hoofd hebben geschud. Sport heeft tot taak opvoedend te werken. Sport behoort bij te dragen tot karaktervorming. Bij ons bezoek aan sommige voetbalwedstrijden in de Zuid-Ameri kaansche landen hebben we ons echter wel eens afgevraagd, wat de opvoedende waarde van vertooningen is, waar brute kracht de boventoon voert. Over de organisatie van het voetbal in Zuid-Amerika valt niet veel te zeggen. Spelregels, competitie-systemen, districts kampioenschappen zijn er als bij ons. In een groot land als Brazilië, met ruim 50 millioen inwoners en met afstanden, waarvan wij ons in Nederland volstrekt geen begrip kunnen vormen, is voetballand in vier districten verdeeld. Elk jaar worden te Rio de Janeiro en te Sao Paulo wed strijden om het Braziliaansche championaat gespeeld, waarbij de eindstrijd steeds gaat tusschen de twee groote rivalen Sao Paulo en Rio de Janeiro, rivalen niet alleen op sport gebied, doch op menig terrein meer. Tot onze spijt hebben wij den eindstrijd RioSao Paulo niet kunnen bijwonen, daar de vertrekdatum van het K.L.M.- vliegtuig, dat ons naar het vaderland zou terugbrengen, vroe ger viel dan den wedstrijd-dag. Daarentegen hebben wij de beide districts-vertegenwoordigende elftallen van Rio Grande do Sul en Bahia .(Zuid en Noord) zien spelen, terwijl wij in Sao Paulo de 22 keurvoetballers hebben gezien, uit clubs van Sao Paulo, uit welke het vertegenwoordigende elftal van Sao Paulo zou worden samengesteld. Op deze wijze zagen wij practisch de allerbeste spelers van Brazilië in een keuze wedstrijd aan het werk. Met enkele van deze spelers hebben wij een praatje mogen maken, onder toezicht van den coach, die een toewijding voor zijn mannen toonde, die ons trof. Wij vroegen een speler, een reus van een kerel, hoe de training in de Paulisten-club (Paulisten zijn inwoners van Sao Paulo) was en hij vertelde ons vlot, dat hij eiken dag een of ander onderdeel van de athletieke sport beoefende, speerwerpen, sprinten, springen en dat de eigenlijke techniek-training zoo veel afwisseling bood, dat hij ons vroeg: maar wat wilt U eigenlijk weten? Wij: hoe U aan die ongelooflijke vaardigheid in het koppen komt. Het antwoord was een gulle lach: de bal mag tien minuten lang niet op den grond komen en we staan in een kringetje. He competities van de profclubs tellen tot 16 clubs, hetgeen dus beteekent, dat tot 30 wedstrijden per seizoen moeten wor den gespeeld. Men bedenke, dat dit een des te zwaarder programma is, wanneer men rekening houdt met de hooge temperaturen, bij welke wordt gespeeld. Alléén in de heetste zomermaanden December, Januari en Februari rust naar ons weten het bruine monster, doch ook in Maart wij hebben dat mede gemaakt, kan de zon verschroeiend branden. Over die tempe- ratuur-questie zou nog wel het een en ander te zeggen zijn, met betrekking tot de physieke gesteldheid van de spelers. Wij gelooven niet, dat één Noorderling het zou bestaan, het tempo van de Zuid-Amerikanen bij te beenen.als de thermometer zoo liefelijk om de 80 staat en zoo! Hierbij kunnen we wel rekening houden met het feit, dat uit den aard der zaak, de Zuid-Amerikanen gewend zijn aan warmte, zoodat zij physiek daarop a.h.w. zijn ingesteld, doch U kunt gerust van ons aannemen, dat het de enorme getraind heid van gindsche voetballers is, .die den doorslag geeft. Het is ondenkbaar, dat deze Zuid-Amerikaansche spelers de hooge snelheid zouden kunnen ontwikkelen en volhouden, indien zij niet in hooge mate zich aan voortdurende training onderwierpen. En dat doen zij inderdaad. Op deze reis hebben wij vergelijkingen kunnen maken tus schen het Argentijnsche voetbal, het Braziliaansche voetbal, het Chileensche voetbal en het Uruqueesche voetbal. Wij hebben ook getracht, ons een beeld te vormen van de ver houding van het voetbal in genoemde landen en het voetbal in Nederland, doch konden als maatstaf niet anders aan leggen dan de wedstrijden om het kampioenschap van Neder land in het vorige seizoen en den eersten HollandBelgië wedstrijd na den oorlog, dit jaar in het Amsterdamsche stadion gespeeld. Voor de onderlinge vergelijking, die U misschien niet zoo sterk interesseert, konden wij afgaan op 15 wedstrijden, in elk land van 3 tot 5 games. Wij gelooven, dat de Uruqueezen het meest „wetenschappelijk" voetballen van de Zuid- Amerikaansche ploegen. Brazilië en Argentinië ontloopen elkaar niet veel; Chili is wel de minst sterke van de ge noemde landen. Voor de vergelijking Nederland/Zuid-Amerika (waarop wij straks nog even terugkomen) meenen wij, dat het gindsche voetbal één tot twee klassen hooger staat dan ons beste Westelijk voetbal. In Uruquay hebben wij het mooiste team-work gezien. Het spel van de Uruqueezen maakt op ons den indruk, dat deze prachtige voetballers niet bizonder veel op hebben met de moderne tendenzen van het spel. De Uruqueezen houden vast aan de grondbeginselen van het klassieke aanvalsspel als hoofd-accent van voetbal. In een der wedstrijden, die wij zagen werd het klassieke voetbal tot in de perfectie gespeeld, een wedstrijd, die zeer naar ons hart weer eens aan toonde, dat het voetbalspel ontworpen is en gespeeld behoort te worden om goals te maken en niet om goals te verhinderen. Hier was een middenlinie aan het werk, die den aanval stimuleerde als eerste taak en den aanval dekte als aan vullende taak, met voldoende snelheid om spelposities, die het eigen doel bedreigden, zoo veel mogelijk op te vangen. Het is allerminst onze bedoeling om in deze causerie een pleidooi voor bepaalde typen van voetbalspelen of wat daar mede samenhangt te houden, doch wij vertellen U simpel en precies, wat wij in Uruquay gezien hebben. Dat spel was boeiend voor spelers en publiek, het was opwindend en fraai. Het was het open spel, moedig gedragen door voorwaarts stormende aanvallers, die zich geruggesteund wisten door een sterk midden-trio. Wij moeten hier wel aan toevoegen, dat in een van de ploegen, die wij gezien hebben (het was Defensor uit Montevideo, lang nog niet de sterkste club van Uruquay)

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1947 | | pagina 8