5 H.D.V.S.-Ajax (2-1). Pil, de Hermes-doelman, heeft juist den bal voor de voeten van Drager weggepikt en daarmede een zeker doelpunt voor komen. (Cliché Sport' doelpunt, door den bal uit den doelmond te maaien. Aan den anderen kant behoefde men ook niet te mopperen, daar eerst Gé van Dijk, een geheide kans miste en even later Michels prachtig tegen den onderkant van de lat kopte. De Ajax-familie juichte reeds, doch te vroeg. Dat had 3—2 kunnen zijn in ons voordeel, maar nog voor het einde der eerste acte werd het 21 voor A.D.O. Een fout van Gerrit, die afgezien daarvan, weer aardig op dreef was en een misverstand tusschen hem en Jan Potharst, bezorgden ons een koude douche figuurlijk dan en A.D.O. een 2—1 voorsprong. Wel kregen wij nog enkele kansen om gelijk te komen, maar die werden niet benut en daar de A.D.O.-ers, van Jan en Henk, die leelijk last van zijn geblesseerde enkel had, geen doorgang meer kregen, gingen we met een 1—2 achterstand draaien. Menschen, wat hebben we na die draaipartij een serie doelpunten zien maken. Ronduit gezegd, wij gaven voor de zege geen duit meer. Maar wat ging het gesmeerd. Joop Stoffelen was o.i. daar de grondlegger van. Een handsgeval, op ca. dertig meter afstand van de A.D.O.-veste, werd rapper dan rap door Joop gecorrigeerd en met een daverend schot vloog de gelijkmaker in 't net. Kort daarop kopte Rinus num mer drie langs A.D.O.'s doelman en hadden onze menschen binnen zes minuten een 3—2 voorsprong genomen. De heele Ajax-aanhang stond op zijn kop en eer wij vijf minuten verder waren, hadden Fischer en Rinus ér 5—2 van gemaakt. Vier doelpunten binnen tien minuten en wat voor doelpunten. Maar wij waren er nog niet. Nog meer sensatie stond op het programma en deze kwam in de twintigste minuut. Weer was het Rinus, die ons deed juichen, door nummer zes te fabriceeren, wat Fischer wel wat al te bar vond en nummer zeven toen maar voor zijn rekening nam. Tien minuten voor het einde wandelde onze junior nog eens door de A.D.O.-verdediging en scoorde heel „bekeken" zijn vijfde en ons achtste doelpunt. Appel, A.D.O.'s centreforward, vond het toen tijd om ook eens te scoren en zoo kwam het einde met een daverende 83 zege voor de kampioenen. Een dansende schare Ajax-supporters nam ver voor het einde, Reynolds op de schouders en voerde met den dolgeluk kig en Jac een rondedans uit. Hun enthousiasme werkte zoo aan stekelijk, dat vele Ajacieden nog voor het eindsignaal het clublied inzetten. Dat captain Keizer en zijn vrienden blij met deze onver wacht groote overwinning waren, ligt voor de hand. Het A.D.O.- bestuur bood direct na afloop een mooie bloemenmand aan, de spelers feliciteerden heel sportief al onze jongens en een bestuurslid van de onderafdeeling Amsterdam, stak namens den bond een feest speech af. We hebben nog iets geledigd op den goeden afloop en toen ging het zingend en juichend per bus naar Mokum toe. Tijdens de reis hebben wij nog even de spelprestaties van onze menschen onder de loupe genomen en kwamen tot de volgende slotsom: allen hebben hard voor de overwinning gewerkt en met dit team, vooral als Henk v. d. Linden, die tegen het einde door Blomvliet werd AJAX EN HET NEDERLANDSCHE ELFTAL. Guus Drager, Henk v. d. Linden en Jan Potharst maakten deel uit van het Nederlandsche elftal, dat de nationale ploeg van België op eigen grond een gelijk spel (2—2) wist af te dwingen. Jan, Henk en Guus weerden zich waar kranig en droegen meer dan een steentje bij, om dit gelijke spel tot een voldongen feit te maken. Vooral Jan Potharst werd door den radio-reporter en de sportjournalisten geroemd om zijn goede spel. Henk v. d. Linden, die nog voor halftime een enkelblessure opliep, speelde niettegen staande deze handicap, een verdienstelijke partij en verdient alle hulde voor zijn moedig volhouden. Guus kreeg betrekkelijk weinig te doen, zoodat zijn spel niet die hoogte kon bereiken, zooals wij dat den laatsten tijd van hem gewend zijn. Als Guus echter den bal kreeg toegespeeld, deed hij er immer iets goeds mee en had Paverick tegen het einde van den strijd hem niet onreglementair opzij gezet, dan had Guus nog voor een Hollandsche zege gezorgd, die echter niet verdiend was geweest. Al met al hebben onze luitjes èn de Hollandsche èn de Ajax-kleu- ren weer hoog gehouden, waarvoor een woord van dank van de Ajax-familie hier zeer zeker op zijn plaats is. Onze hulde, kerels! 26 Ajacieden droegen gezamenlijk 174 maal het Oranje-shirt. BROWN. vervangen en Piet Leemhuis weer geheel fit zijn, maken wij een beste kans voor de gouden plak. Kerels, het kan, dus het moet. 's Avonds hebben wij in het American Hotel ons 14e kampioen schap gevierd. De heer Staal feliciteerde onze club en bracht een splinter nieuwen bal mee. De heer De Bruyne van D.W.S., de heer Broeksmit namens de onderafdeeling en A.F.C., de heer Kamstra als afgevaardigde van „De Volewijckers", een deputatie van Eind hoven en van Enschede, alsmede de heer Bos feliciteerden onze jongens en daarmede onze club met het behaalde kampioenschap, hetgeen onzen voorzitter gelegenheid schonk een serie speeches af te steken, wat hij dan ook op zijn bekende vlotte wijze deed. Toen gingen wij dansen en namen nog een glas. BROWN. P.S. De veteranen nog zien spelen tegen de A.D.O.-ruïne en onze „oude bokken" deden het nog best. Met 52 wonnen captain Volkers en zijn grijsaards van de rood-groenen afbraak en het publiek amuseerde zich best. Jan de Boer deed het nog heel aardig onder de lat en Elzenga en Paternotte vorm den de Chineesche muur voor onze goal. Puttelaar, die vrijer groeit dicht, Ben Vogel en Jan Schubert waren de roemruchtige gladiatoren, die naar den ver zamelnaam „halflinie" luisterden en Ten Have, Volkers, Van Ree- nen, Van Wijngaarden en Twelker, eens de schrik der vijandelijke doelverdedigers, vertolkten het begrip aanvalsquintet. Piet van Reenen, de man van de „Gold Flake" vergeet je ons niet Pieter knalde er nog lustig op los en onze penningmeester, zat nog vol met schoone trucs. Ook Ten Have, die wel zijn haren, maar niet zijn voetbalkunsten ver loren heeft, rende nog als een hinde langs de lijn en Erwin mocht dan niet zoo snel meer zijn, maar het ging nog patent, alhoewel de coöperatie met Henk Twelker, die het rustig aan deed, wel te wenschen overliet. Oude garde, het ging nog echt van tikkie-takkie en menig baltrapper kon er iets van leeren. a.b. VAN DE CLUBAVOND-COMMISSIE. Op 31 Mei j.l: had de uitreiking plaats van de prijzen voor het biljarttournooi. In zijn openingswoord dankte Dukker namens de Clubavond commissie voor de prettige en sportieve sfeer, waarin de wedstrijden hadden plaats gevonden en gaf de verzekering, dat de Clubavond commissie daarin aanleiding zal vinden haar taak met nog meer ambitie voort te zetten. Daarna vond de prijsuitreiking plaats. De prijswinnaar waren als volgt: Afd. A. 1. J. v. d. Eynden. Afd. D. 1. A. Zwang. 2. A. de Wit. Afd. B. 1. J. Verburgt. 2. C. Oomes. Afd. C. 1. A. van Kol. 2. J. Loosekoot. Extra Competitie Driebanden: Afd. A. Groot Biljart: 1. Fr. Louwaard. Afd. B. Klein Biljart: 1. C. de Vlieger. Afd.. C. Klein Biljart: 1. J. Blomvliet. Gewoontegetrouw had de Clubavondcommissie weer voor een keur van prijzen gezorgd, vooral de vaantjes vielen zeer in den smaak. In dit verband dankt de Commissie de heeren Zwang en Sprenke ling hartelijk voor de fraaie prijzen eveneens beschikbaar gesteld voor het biljarttournooi. Dit medeleven met onze vereeniging wordt op hoogen prijs gesteld. Tot groote vreugde van diverse trouwe bezoekers deelde de Club avondcommissie verder mede, dat de clubavonden, in overleg met het bestuur, voorloopig zijn verlengd tot 30 Juni 1846. YRREF. 2. G. Gischler. Afd. E. 1. L. van Zon. C. v. d. Hart.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1946 | | pagina 5