VAN HET EEESTE ELFTAL. Na den daverenden wedstrijd tegen „De VoleWijckers", dien wij helaas niet konden bijwonen, waardoor wt) waren genoodzaakt op Zondagavond hier en daar gegevens te verzamelen, wilden wij in ons vorige clubblad er nog iets van kunnen vermelden moest ons eerste elftal met E.D.O. den strijd aanbinden. Door het uitvallen van middenvoor Theo Brokmann, die in den titanenkamp tegen de Mosvelders helaas een ernstige knieblessure opliep en reeds vier dagen later werd geopereerd, stond de elftallen-commissie voor de moeilijke taak, uit onze gelederen een remplagant op te visschen. De keus viel op Maurits Boonstoppel en o.i. heeft genoemd comité hiermede een goeden greep gedaan. Wij, die Maurits als adspirant bij Ajax zijn entree zagen maken en zijn voetballoopbaan vele jaren op den voet hebben gevolgd, weten, dat hij nooit tot „de grooteh uit het voetbal Rijk" zal behooren, maar weten ook, dat hij door en door Ajacied is en al zijn, zeer zeker niet geringe, voetbal capaciteiten zal aanwenden om zijn opname in het eerste te recht vaardigen. Tegen E.D.O. kreeg hij aldus zijn kans en er zijn heel wat voetballers, die in de eerste klasse een „maiden speech" hielden, die qua kwaliteit niet met de zijne op één lijn gesteld kunnen worden. Wel viel het publiek niet van verbazing achterover, maar zijn voetbal-evoluties werden met een welwillend oog bekeken en toen Maurits kans zag tweemaal te scoren (met zyn tweede goal maakte hij een voetballersgeestigheidje tot werkelijkheid; n.l. hij kopte zijn eigen voorzet in) had hij de sympathie van clubgenoot en supporter veroverd. Kunnen wij dit eerste optreden dan als een succes beschouwen, ook de overige spelers deden weer van zich spreken. Guus Drager begon in de eerste minuut van den wedstrijd den E.D.O.-ers een minderwaardigheidscomplex te bezorgen door vanaf den aftrap er vandoor te gaan en den bal in den bovenhoek van het Haarlemsche doel te plaatsen. Zoo'n begin is voor „het slachtoffer" nooit bemoedigend en of de in het rood-wit gestoken rood-zwarten nu hun zelfvertrouwen met een kwijt waren of inderdaad zoo zwak zijn als de stand op de ranglijst doet vermoeden, is ons niet bekend, maar veel brachten zij er niet van terecht. Onze zege is dan ook geen oogenblik in gevaar geweest en behoudens een heel korte periode na het benutten van een penalty, waardoor de stand 3—1 werd, zijn de Haarlemmers vrijwel niet aan bod geweest. Zij speelden wel enthousiast, maar zonder overtuiging, verband of systeem. Onze achterhoede en middenlinie hadden het in deze match alzoo niet moeilijk, hetgeen, gezien de achter ons liggende wedstrijden, Keizer en zijn verdedi- gingsblok niet onwelgevallig geweest zal zijn. Zeven doelpunten scoorde ons aanvalsquintet en zoo langzamer hand der traditie getrouw, het grootste aantal na de rust. Vijfmaal mocht de duikende- en springende E.D.O.-,.goalie" na de doel- wisseling den bal uit zijn net peuteren en was hij niet zoo op dreef geweest, dan waren wij zeker in de dubbele cijfers gekomen. Nu bracht onze voorhoede het .slechts" tot zeven, een „doelpunten opknappertje", dat achteraf bezien ons de eerste plaats van de afdeeling heeft bezorgd. Wij zouden dus kunnen volstaan met over een-zeven-goals-scorende-voorhoede verder te zwijgen, maar toch willen wij nog even memoreeren, dat wij in jaren niet zoo'n doel- puntenfabriek hebben gehad. Fischer, Korndorffer, Boonstoppel, Van Dijk en Drager zijn zoowel individueel als gezamelijk in staat doelpunten te maken en het prettigste voor ons is, dat Korndorffer en Van Dijk weer geheel in vorm zijn gekomen. Dat geeft den burger weer moed en met een beetje van onze spreekwoordelijke „mazzel" kunnen wij dit seizoen zeer zeker een eervolle plaats veroveren. De uitwedstrijd tegen Emma, de vereeniging met onaangename, verrassingen (A.D.O.!) is voor ons een meevaller geworden. Met een 50 overwinning keerden Keizer en zijn mannen uit Dordt terug en daar wij nu het beste doelgemiddelde hebben (30—10 3) staat rood-wit eindelijk weer eens bovenaan. Geen slechte plaats, mannen, maar altijd lastig te verdedigen! Dus, kijk uit je oogen! Het zag er in het begin niet naar uit, dat de prijs bij ons terecht zou komen, daar kanonnier Fischer reeds na eenige minuten zich in zijn apartementen moest terug trekken. Aangeschoten in den strijd tegen de Zwaluwen in welke match Gerrit weer een prachtig deuntje meefloot (zag U die rush op goal tegen het einde en die paar poeiers vlak langs het Zwaluwennest) Saris viel van schrik haast zijn nest uit niet verkeerd uitleggen s.v.p. kon Gerrit na een paar stappen niet verder, viel voor hem het doek en waren wij vleugellam. Onder ons, die combinatie-wedstrijden midden in het seizoen kunt U van ons cadeau krijgen. Guus ging nu naar den rechtervleugel en Draaier kwam als linksbuiten de zaak weer com pleet maken. Het uitvallen van Gerrit was een leelijk ding, maar onze jongens zetten de tanden op elkander en opgestuwd door van Stoffelen, Veen en Leemhuis, die gedrieën een beste partij speelden, trok de Ajax-stormlinie ten aanval. Een ,,mazzél"-geval van Gé van Dijk (hij veranderde een schot van richting wie was de dader, Leemhuis of Van Stoffelen?) gaf ons elftal de noodige rust en alhoewel in stirijd met de hierboven genoemde traditie, stelde onze ploeg nog voor de rust de zege veilig. Benjamin Boonstoppel, schijn baar nog niet op de hoogte met ons geheime wapen, pikte twee goals zelfs doelpunten van prima kwaliteit en toen vond Gé het noodig om ook niet achter te blijven, zoodat wij met een 4—0 voorsprong aan de tweede acte konden beginnen. Emma, dat eenigszins beteurd had toegekeken, begon in de tweede helft lastig te worden en bezorgde Keizer eenige benauwde oogen- blikken. Goed bijgestaan door Potharst het was weer dik in orde, Jan en Henk v. d. Linden wist Gerrit zijn doel echter schoon tp houden. De Emma-storm luwde toen onze defensie niet te ver murwen bleek en geleidelijk wist onze ploeg het evenwicht weer te herstellen. Wel bleven de Dordtenaren gevaarlijk, maar Veen, Van Stoffelen en Piet Leemhuis gaven geen krimp, zoodat er voor Emma geen eer te behalen viel. Tegen het einde wilde Joop Korn dorffer zijn werken toch ook wel beloond zien en hij smaakte het genoegen nog een doelpunt aan den score toe te voegen. Deze 5—0 overwinning is een echte oude j aars verrassing geweest, mannen en bij onzen zegewensch voor 1946 spreken wij de hoop uit, dat jullie niet alleen een goed- en gelukkig jaar zullen hebben, maar ook een jaar vol aangename voetbalverrassingen. En zoo eindigen wij 1945 met „a happy New-Year to you all." VAN ONZE RESERVES, Ajax 2 stond voor de moeilijke opgave om de reserves van D.W.S., die boven aan de ranglijst prijken, op eigen veld de punten afhandig te maken. Na een spannenden strijd zijn onze vertegenwoordigers er in geslaagd de rood-witte kleuren te doen zegevieren. Met 43 werd D.W.S. verslagen haar eerste nederlaag en bedraagt onze achter stand nog slechts één punt. Verleden week Zondag zagen wij ons tweede tegen „De Spartaan 2" in actie en weer werden de punten binnengehaald. Met 4—0 moesten de Spartanen onze meerderheid erkennen, zoodat wij nu uit 7 matches 11 punten hebben vergaard. Veel moois viel er bij dezen wedstrijd niet te genieten, daar het modderige veld moeilijk te bespelen was en het elftal van „De Spartaan" geen grootschen indruk maakte. Onze achterhoede, be staande uit doelman Vis, Klaasen en Geerking, kon het gemakkelijk met deze tegenstanders af, temeer daar onze middenlinie de meeste aanvallen der Spartanen reeds in de kiem smoorden. Stroker was hier de groote man, met Beumer en Stroomberg als goede secon danten. In de voorhoede was Focken de held van den dag. Hij scoorde alle doelpunten, zoodat hij bijna het kunststukje van Boon stoppel tegen Blauw-Wit 2 evenaarden. Ook Bob de Koning speelde weer een goede partij en het is jammer, dat Grigoleit zijn spel niet door heeft, waardoor vele kansen teloor gaan. Onze vleugelspelers, Wijga en Sacksioni, speelden een behoorlijke match en beide Ajacieden stelden met goede voorzetten hun binnenspelers in staat het Spartaan-doel onder vuur te nemen. Resumeerende, kunnen wij dus over de prestaties van ons tweede weer tevreden zijn en ver trouwen, dat het nieuwe jaar ons elftal nog vele successen of een kampioenschap, lui? zal brengen. Ajax 3 verloor de laatste match in 1945 met 14 van „De Vole Wijckers 2", hetgeen geen schande is. De reserves van de Over-IJers hebben kampioensplannen, zoodat wij al vreesden, dat Piet Keizer en zijn vrienden het niet zouden bolwerken. Er is echter nog niets verloren, want de groen-witten zullen ook weieens struikelen en bovendien krijgen wij thuis nog de kans om revanche te nemen. Dus niet versagen en de kansen afwachten, mannen. Ajax 4 heeft zich volkomen gerehabiliteerd. Na de zware neder lagen tegen De Spartaan en Zeeburgia is het elftal gerestaureerd en Blauw-Wit 4 en O.V.V.O. 2 werden daar het slachtoffer van. Blauw- Wit verloor met 18 (geen teeken van weelde, Blauw^Witters) en O.V.V.O. met 1—5. Nog vele overwinningen van dit formaat, jongens, in 1946. Ajax 5 had vrijaf en Ajax 6 maakte een tocht, niet op den, maar- naar Olympus. Met een 41 overwinning kwamen onze mannen van den berg uit de Grieksche provincie Thessalië terug. Knap gedaan, mannen! Ajax 7 liet ons leelijk in den steek en verloor van Madjoe 2 met 34 en van T.I.W. 2 met 23. Wij hadden van onzen honkbal reporter, Van Tuyl en zijn teamgenooten beter verwacht. Hoe zit dat, Heeren? Ajax 8. Dit elftal gaat zijn leven beteren en haalde de eerste punten binnen. O.D.I.V. 2 werd met 51 verslagen en hebben onze jongens ons vertrouwen dus niet beschaamd. Volhouden, vrienden en succes in 1946. BROWN. HET „AJAX"-VRIJHEIDSBEELD. Ajacieden, Voetbalvrienden! We zijn er nog niet. Wij hebben thans ruim 3000.maar het moet de mooiste wisselprijs worden, ooit in ons land verspeeld. Onze bevrijding is het waard. Helpt ons, sportvrienden! Bij ieder en wedstrijd op het Ajax-veld tijdens de rust zal, vóór de bestuurskamer, een comité-lid aan wezig zijn, om bijdragen in ontvangst te nemen. De eer van „Ajax" is er mee gemoeid. Laat ons niet in den steek. Het Aj ax''-Vrijheidsbeeld-Comité. RUILNUMMERS. Beleefd verzoeken wij de clubblad-redacties van onze zustervereenigingen voortaan ruilnummers te adresseeren aan de redactie van het „Ajax-Nieuws", Molenkade 9, Duivendrecht. Voor toezending van het „Ajax-Nieuws" wordt dan zorggedragen.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1946 | | pagina 2