A.F.C. „AJAX" Bestuursmededeelingen Aan onze Leden I NIEUWS UIT DE BESTUURSVERGADERINGEN. 18 Maart 1900—1944. Bij het verschijnen van deze „Bestuursmededeelingen" is het precies 44 jaar geleden, dat onze club werd opgericht. Daar de tijdsomstandigheden veel te ernstig zijn om dezen dag op feestelijke wijze te herdenken, gaan wij hem stilzwijgend voorbij, doch spreken den wensch uit, dat er het volgende jaar alle aanleiding zal zijn, om ons 45-jarig bestaan op waardige wijze te vieren. Aan onze eerste elftal-spelers de aange name taak, dit eventueele feest met een kampioenschap meer luister bij te zetten. Lezing voor Juniores en Adspiranten. Zaterdag 18 Maart a.s. des namiddags 3 uur wordt in Hotel „Krasna- polsky" de in de vorige „Bestuursmededeelingen" aangekondigde lezing gehouden. Sprekers zijn de Heeren Ch. Geudeker, W. Volkers en G. Keij- zer, terwijl de bekende teekenaar, de Heer Uschi, eveneens zijn mede werking verleent. Het behoeft geen betoog, dat dit wederom een inte ressante middag belooft te worden en wij vertrouwen dat alle jeugd leden om 2.45 uur aanwezig zullen zijn. N.V.B.-beker. Onze tegenstanders voor de eerste ronde zijn: D.W.S., West-Frisia, Water- gruu/amccr en Zeefourgia. Plaatskaarten wedstrijden. De Penningmeester verzoekt den leden en donateurs hem niet lastig te vallen op kantoor voor kaarten. Men gelieve hiervan goede nota te nemen. VOETBAL. In ons vorige overzicht schreven wij o.a., dat 't Gooi zich voorgenomen had, ons te kloppen en dat Blauw-Wit een overwinning op onze vereeniging nog steeds op hoogen prijs stelt. Wat 't Gooi betreft, kwam er van die voor nemens niet veel terecht, daar, niettegenstaande heftige tegenstand, ons eerste elftal zich niet liet overdonderen en met een 51 overwinning, revanche nam voor de op ons veld geleden nederlaag. Was die zege dan ook wel verdiend geweest, veel voetbalschoons viel er in dezen wedstrijd niet te genieten en tot kort voor het einde was het nog lang niet zeker, dat beide punten mee naar Amsterdam zouden gaan. Een doelpunt van Pelser bracht echter de verlossing en brak tevens den tegenstand van de Hilversummers, zoodat verder zonder veel moeite de uitslag op 51 gebracht kon worden. Toen nu later bleek, dat Feijenoord zoo vriendelijk was geweest, om V.U.C. een moreelen klap te geven, door vijftien minuten voor het einde een kampioens-illusie aan diggelen te slaan, kijk, toen begon er voor ons nog zoowaar een mogelijkheid van een beslissingswedstrijd door te schemeren. V.U.C. moest nog naar D.H.C. ,,de reuzendooders" en insiders gaven geen duit voor de kans van de Hagenaars en wij.... ja!.... Blauw-Wit stelt een overwinning op Ajax".... zie boven! D.H.C. hield zich prachtigeen eeresaluut voor de Delftenarenen klopte de Hagenaars met 41, maar Blauw-Wit hield zich ook prachtig en klopte ons met 31 en al is het dan een zeer hard gelag voor ons geweest, als sportsmenook een eeresaluut voor Blauw-Wit. Er zijn lieden geweest, die het uit psychologisch oogpunt onjuist hebben gevonden, om bij de rust den stand van den wedstrijd D.H.C.V.U.C. (01), bekend te maken en als wij in overweging nemen, wat de Heer Joris van den Bergh in zijn „Mysterieuze krachten in de sport" schrijft, dan kunnen wij ons den gedachtengang van deze zielkundigen indenken. Wij voor ons per soonlijk zijn het daarmede echter niet eens. Dat ons elftal tegen Blauw-Wit gefaald heeft, lag noch aan psychologische factoren noch aan de kracht van Blauw-Wit, doch uitsluitend en alleen aan eigen fouten en onmacht. Wat het ferste betreft was het o.a. een groote fout, om Fischer zoo weinig in het spel te betrekken en wat het tweede betreft, de onmacht dus, het slechte plaatsen van den bal, speciaal door de halflinie. Joop Stoffelen was hierin de primus en liet bovendien de bewaking van den vleugelspeler van Blauw-Wit aan den grensrechter over. Veen kon door het harde terrein niet uit den weg komen, werd keer op keer gepasseerd, waardoor er van steunen van de voorhoede bitter weinig terecht kwam. Na de rust werd hij bovendien nog leelijk aan zijn knie gewond.... gevolg 14 dagen ziekbed.... en ging er van hem niet veel meer uit. In de voorhoede was Gé van Dijk weer de beste man en speelde Guus Drager één van zijn slechtste wedstrijden. Theo Brokmann kwam er niet aan te pas en dat, terwijl de Blauw-Wit-achterhoede zoo lek als een mandje was. Zoo lek als een mandje, d.w.z. na de rust, daarvoor zoo lek als een vischnet en als onze voorhoedespelers het hoofd koel hadden gehouden, was V.U.C. dien Zondagavond geen kampioen geweest. Nu knalde Fischer keihard in het zijnet, wijl een doodgewoon trekballetje een 20 voorsprong had beteekend en verprutste Drager een paar kansen om van te huilen. Wij willen niets op de overwinning van Blauw-Wit afdingen, maar N.C. 04003 Amsterdam, 18 Maart 1944. ontegenzeggelijk hebben wij de zege voor het grijpen gehad en dat niet alleen vóór de rust, doch ook daarna. Vijftien minuten voof het einde bij den stand 11, dan een penalty.... o.i. een zeer aanvechtbare penalty.... toegewezen krijgen, dat is in zoo'n wedstrijd te mooi om waar te zijn. Wij feliciteerden onszelve al met dit cadeautje, want stond het in Delft niet 11 en.... een penalty is voor 99% een doelpunt. Joop Stoffelen, bij het begin van het seizoen aangewezen als penalty-kanon, moest het zaakje even opknappen, doch helaas, weer speelde zijn slechte plaatsen hem parten. Keihard vloog zijn schot recht op den Blauw-Wit-doelman af, die zich boven op den bal liet ploffen en daarmede onze kans op een beslissingswedstrijd met V.U.C. aan gruizelementen sloeg. Wij hebben hierboven reeds geschreven, dat wij op de overwinning van Blauw-Wit niets willen afdingen, maar toch maakte Dr. van Moorsel bij het laten nemen van de penalty een groote fout. Toen n.l. Stoffelen naar den bal liep om hem in te schieten, rende een van de Blauw-Witters, wij meenen Rous, gelijk met hem op, wat volgens reglement verboden is en had dus de strafschop overgenomen moeten worden. Nu gebeurde, vermoedelijk door de agitatie en de opwinding, dit niet en beteekende tevens dit keeren van den strafschop de ineenstorting van ons team. Blauw-Wit zette een heftig offensief in en toen de scheidsrechter een o.i. eveneens aanvechtbare penalty aan de Stadionbewoners toekende, was het gebeurd. Het is jammer, mannen, driedubbel jammer, maar wij hebben het aan onszelf te wijten, dat het uit eindelijk zoo geloopen is. Zoo ooit, dan hebben wij nu toch de kans gehad om van dat dertiende kampioenschap af te komen. Het volgende seizoen het nog maar eens probeeren, maar dan geen enkele match te licht opgevat, want wat dit punt betreft, hebben wij nu toch wel leergeld genoeg betaald. De eerste wedstrijd voor den N.V.B.-beker zit er alweer op. D.W.S., op papier de sterkste tegenstandster uit onze afdeeling, kwam bij ons op bezoek en werd met een 24 nederlaag naar huis gezonden. Voor de rust was het een aantrekkelijke partij voetbal waarbij ons elftal den boventoon voerde. Onze voorhoede speelde nu veel meer aanvallend, dan tegen Blauw-Wit, wat tot gevolg had, dat de toch zeer sterke verdediging van D.W.S. (Caldenhove, van Stokken) alle zeilen bij moest zetten om doelpunten te voorkomen. Dit gelukte dezen D.W.S.-ers een langen tijd, doch toen Fischer weer eens door gebroken was en den bal scherp voor doel plaatste, kreeg Theo Brokmann een schietkans, welke dankbaar door hem werd geaccepteerd. Via de vuisten van den D.W.S.-doelman vloog de bal in het net. Dit zelfde spelletje her haalde zich voor de rust nog eenmaal, zoodat wij met een veiligen voorsprong aan de tweede helft konden beginnen. Wel werd na enkele minuten door D.W.S. tegen gescoord, maar Guus Drager maakte er in zijn eentje al spoedig 31 van en nam even later, na den spil van D.W.S. zijn hielen te hebben laten zien, ook nummer 4 voor zijn rekening. Toen was de aardigheid er af en mooht het niet hinderen, dat de oud-Ajacied, Jan Gerritsen, zijn nieuwe club aan een tweede doelpunt hielp. Zelfs scoorde hij nog een derde goal, maar een fractie van een seconde eerder had de Heer Boeree het einde aangekondigd, zoodat de stand 42 bleef. Onze andere concurrenten, West-Frisia, Zeeburgia en Watergraafsmeer, zullen, als onze eerste elftalspelers het niet te licht opnemen, wel geen hoofdbrekens kosten, zoodat wij weer een beste kans maken, om deze kleine competitie als nummer één te beëindigen. De eindstand van ons eerste elftal in de competitie luidt: gesp. gew. gel. verl. pnt. v.t. Ajax 1 18 10 3 5 23 53-28 Ajax 2. Ons tweede elftal heeft de drie nog resteerende wedstrijden ge wonnen en werd met 5 punten voorsprong op K.F.C. 2 voor de zooveelste maal kampioen van de reserve eerste klasse. Blauw-Wit 2 kreeg aan den Middenweg met 41 en in het Stadion met 32 klop. Hilversum 2 rehabiliteerde zich eenigszins en verloor nu met 42, hetgeen in vergelijking met de 150 neder laag op ons veld een behoorlijke prestatie van de Hilversummers is geweest. In cijfers uitgedrukt ziet het kampioenschap van ons tweede elftal er als volgt uit: gesp. gew. gel. verl. pnt. v.t. Ajax 2 18 14 3 1 31 67—23 Zooals men ziet hebben de Heeren zich dit seizoen weer schitterend ge houden en een kampioensohaps-etentje of een trip naar een andere reserve- afdeelingskampioen wel verdiend. Het elftal dat dit kampioenschap veroverde zag er zoo ongeveer als volgt uit: P. Weppner W. F. Klaasen W. J. Geerking K. Rotgans K. Meyer J. M. Keiler J. Stam R. Kroese W. Corver D. Groenewoud M. Kraamwinkel of G. Gischler of Estie Proficiat, luidjes! Ajax 3 verspeelde de kans op het kampioenschap door in Hilversum van 't Gooi 2 met 12 te verliezen, hetgeen in het geheel niet noodig is geweest. Nu werden de Hilversummers met ruimen voorsprong kampioen. Zondag j.l. Seer.: J. ELZENGA, 3e Helmersstr. 47®, Amsterdam-W., Tel. 82429 r l -

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1944 | | pagina 1