Afdrukken van indrukken.
WAAROM DOEN WE AAN SPORT?
Sport is vanzelfsprekend heel onbelangrijk als men het vergelijkt met
het huidige wereldgebeuren. Toch zouden we onze sport niet willen mis
sen; voor ons sportlui is het een stevige houvast. In dezen tijd waarin
alles schijnt te moeten veranderen, is de sport zich zelve gelijk gebleven.
Bovenal is de stemming in het sportleven een sporadische uitzondering
moge hier den regel bevestigen gelijk gebleven aan vroeger en dat is
het wat ons bovenal aantrekt.
Groo.te beteekenis valt nu vooral te hechten aan de club, aan het
clubleven. Leden van een sportclub hebben zóó vele gemeenschappelijke
interessen, dat zij als vrienden zich één gaan gevoelen. Zoo kan een club
en zeker een club als Ajax, die haar leden ontzaglijk veel biedt!
de vriendschap bevorderen en niet alleen voor de lichamelijke, doch
tevens voor de geestelijke vorming zeer nuttig werk verrichten. Er is zoo
ontzaglijk veel dat ons met innig leed, veelal met ontzetting vervult. Maar
onze sport en onze club, ons sportief amusement en onze vriendschap
zijn gebleven en zij vormen thans, meer dan ooit een zeer begeerlijk
tegenwicht voor dl dat andere.
Laten de sportlui dus bovenal goed beseffen dat zij alles moeten doen
dat tot het instand houden van hun sport leidt, en alles moeten vermijden,
dat thans hun sport in gevaar brengt, resp. brengen kan. Wij moeten
bovenal zorgen dat we de politiek volkomen buiten het sportleven hou
den. Dat is in clubs als Ajax altijd gedaan en dat moet ook zoo blijven,
nu eerst recht. Wat de leden der club buiten het sportveld in politiek of
religieus opzicht doen of denken, moeten we als sportlui niet beoordeelen.
Als clubgenooten moet men zich één gevoelen, dat is de gebiedende
eisch en als men zich daar thans stipt aan houdt, dan zal men daar per
soonlijk wel bij varen en de club eerst recht.
HET GESLOTEN SEIZOEN.
Ineens is de voetballerij stopgezet en is met uitzondering van enkele
resteerende bondswedstrijden van het seizoen '40'41 elk wedstrijd-
gedoe tot 1 September verboden. Waarom het zóó moest gaan, waarom
hier niet tijdig de maatregelen aangekondigd zijn, zoodat een ieder zich
tevoren er naar richten kon, is ons niet duidelijk, doch het beginsel van
een gesloten seizoen, van een onderbreking in den zomer van het toch al
lang gerekte voetbal-seizoen, dat juichen we toe. Trouwens dienaan
gaande behoeven we slechts te verwijzen naar vele publicaties in een
lange reeks van jaren van onze hand. We gelooven trouwens, dat er al
wel een groote meerderheid vóór een gesloten seizoen was, doch dat
de N.V.B. tot dusverre in gebreke bleef hier een bindend initiatief te
nemen.
Laat men zoo iets over aan een algemeene bondsvergadering, dan
ontstaan er onzuivere stemmingen. Dan stemde een contingent tegen dat
Juni „voetballoos" houden wilde en een ander contingent dat Juli, wéér een
ander, dat Augustus vrij houden wilde. Wéér anderen wilden wel een
zomerreces, doch mèt behoud van Zilveren Bal, Arol-beker enz. En wéér
anderen wilden 's avonds vrijheid van handelen behouden. Zoo waren
er legio lieden die bezwaren hadden, doch die tóch voor een gesloten
seizoen zijn. Ik overdrijf niet als ik verzeker, dat 90% er vóór zijn, doch
van die 90% toch de helft tegen een officieel gesloten seizoen stemmen
zou. En daar 2/3 van een bondsvergadering vóór stemmen moet, zou 't er
misschien nooit van gekomen zijn, als we thans niet een andere wetgeving
ook voor verschillende sportzaken van boven af gedecreteerd gekregen
hadden. Men ziet dat daar ook iets goeds uit voortvloeien kan en zelfs
véél goeds. Maar ik vertrouw wel op een goed geregeld gesloten seizoen
28