Blauw-Wit - Ajax 0-0 Wie denkt bij een AjaxBlauw-Wit wedstrijd niet even terug aan lang- vervlogen tijden, aan het oude Stadion, waarvan zelfs de hoektorens bezet waren. Of wie zal zich „de Meer" niet herinneren, met zijn slootjes en boerderijen, met zijn „gillende Moordenaar" en zijn wandelpromenade voor de overdekte? Van dit alles is niets overgebleven, ook de historische namen als de Natris, Guppfert, Broekman, v. d. Kluft, Schindeler en v. Diermen, bestaan nog slechts als herinneringen aan lang vervlogen tijden. De clubs zijn echter gebleven, en ook de shirts overleefden gelukkig de jaren (tijdelijke mode-grilletjes buiten beschouwing gelaten), zoodat het Zondag toch bui ten alles om een echte Hoofdstedelijke derby geworden is. Of het spelpeil echter ook hetzelfde gebleven is, moet ik jammer genoeg ten zeerste in twijfel trekken. Spanning was er echter voldoende, en after all, bracht dit nog een behoorlijke vergoeding voor een overigens niet al te hoog staande partij voetbal. Over deze ontmoeting veel te schrijven, lijkt mij tamelijk overbodig, mopperen over positieve tekortkomingen, waaraan sommige van onze spelers 1.1. Zondag beslist mank gingen, kan ik rustig aan de Elftal-Com missie overlaten. Geheel zwijgen zou echter oneerlijk zijn, het zou den indruk vestigen alsof wij blind waren voor eigen fouten, en dat mag men van een Clubblad-Redacteur toch zeker niet verwachten. Wat mij dan het eerst van het hart moet is het tempo. Jarenlang heeft Ajax kans gezien zijn tegenstanders het tempo voor te schrijven, wat was dit in het Olympisch Stadion nu echter geheel anders. Blauw-Wit gaf het tempo aan, en van het echte Ajax-principe, breed opgezette aanvallen over de vleugels, kwam niets terecht. Gerard Fischer had volkomen Zon dagsrust, en hoewel ik de waarde van Zondagsrust niet wil onderschat ten, lijkt het mij toch voor een enthousiast speler als Gerard is, hopeloos om zoo op het veld rond te sukkelen. Dat het bovendien erg dom was, bleek wel uit hetgeen hij met de paar verdwaalde ballen nog wist te presteeren. De voorhoede was dan ook positief onvoldoende, het flinke Blauw-Wit spel leent zich nu eenmaal niet voor „eerst een mannetje nemen", en dan een tikje geven, dat liet het energiek ingrijpen van Slot en vooral ook van Weerman al heel spoedig zien. Lange likken, uit elkaar gooien, dat had ons Zondag zeker de overwinning kunnen bezorgen. In de halflinie was Pietje Leemhuis uitgesproken superieur, Piet heeft zoowel aanvallend als verdedigend een prima partijtje voetbal vertolkt. Van Stoffelen had zijn dag niet, naar ik vernam had hij last van een oude 72

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1940 | | pagina 8