Onze Voetbalsport. Bij R.E.C. konden mij spil, rechtsbuiten en keeper het meest bekoren. Zie, zoo, Dames en Heeren, dit is het einde van mijn meditatie, mocht IJ het niet geheel met mij eens zijn, dan sorry, uiteindelijk ben ik momenteel ook maar „ein kleiner Angestellte." Hij die het beter weet, neme zijn vulpen, de Redactie kan er slechts wel bij varen. Eén ding moet mij echter nog van het hart, gezien het spel van R.F.C., moeten wij voorloopig nog niet te veel juichen, dat wij dit seizoen harder noten te kraken krijgen, staat voor mij zoo vast, als alles onvast staat tegen woordig. Hoop spoedig weer terug te komen, en verwacht jullie allemaal weer met ons Clubnieuws in handen. Tot wederlezing. JAMES. De buitenspelregel en zijn invloed op de tactiek. Om den invloed, welken de buitenspelregel op de tactiek heeft uitge oefend, duidelijk uit te laten komen, zullen we eens van de veronderstel ling uitgaan, dat deze regel niet zou bestaan. Bij het opbouwen van de speltactiek moeten we uitgaan van de ge dachte, dat het doelpunten maken en het doelpunten voorkomen een gelijken invloed hebben op het uiteindelijke resultaat van den wedstrijd. Zonder den steun van den buitenspelregel zal dus de achterhoede uit evenveel spelers moeten bestaan als de voorhoede en door de behoefte aan verbindingsspelers zullen deze in gelijk aantal aan achter- en voor hoede onttrokken worden. Doordat de spelers het geheele veld moeten kunnen bestrijken, is, uit gaande van deze veronderstelling, de beste opstelling: Drie achterspelers welke drie voorwaartsen dekken en twee vooruit geschoven achterspelers welke de twee teruggetrokken voorwaartsen voor hun rekening nemen. Zoowel de vooruitgeschoven- als de teruggetrokken spelers blijven echter hoofdzakelijk hun eigenlijke taak behartigen, zoo dat het principe van vijf aanvallers en vijf verdedigers gehandhaafd blijft. Verplaatsen we ons nu in den toestand van enkele jaren terug, toen de buitenspelregel nog inhield, dat zich drie verdedigers moesten bevinden tusschen de doellijn en den aanvaller, die, zich op de helft van de tegen partij bevindende, den bal toegespeeld kreeg, dan zien we, dat het spel- beeld hierdoor geheel anders kon zijn. Door het b.v. kunnen opdringen en buitenspelzetten, ondervond de ver dediging van dezen regel een dusdanigen steun, dat zij, ten opzichte van den aanval, te sterk werd en doelpunten maken practisch was uitgesloten Men ging dan ook over tot het aanzienlijk versterken van den aanva;, waardoor de opstelling, uitgaande van de boven omschrevene, de vol gende veranderingen onderging: De teruggetrokken voorhoedespelers plaatsten zich tusschen de voor waartsen, zoodat de lijnformatie ontstond. De naar voren geschoven achterspelers verdeelden hun aandacht gelijkelijk over aanval en verde diging, zoodat nu over een middenlinie gesproken kon worden, terwijl een van de achterspelers deze linie nog kwam versterken. Doordat het spelbeeld van vijf aanvallers en vijf verdedigers nu was veranderd in vijf aanvallers drie middenspelers en twee verdedigers, kreeg het dus een aanvallend karakter. Dat dit „aanvallende" systeem niet ten koste van het verdedigen ging, bleek wel uit het feit, dat de Engelsche voetbalbond het noodig achtte den buitenspelregel te veranderen om zoodoende het maken van doel- 47

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1940 | | pagina 7