A J A X-
NIEUWS
Ajax-R.F.C.
No. 2
Zaterdag 5 October 1940
24 e Jaargang
MAANDBLAD
onder Redactie van J. DE BOER Jr.. F. H. W. DE BRUYN en J. L. MELCHERS
Redactie-adresF. H. W. DE BRUYN. Molenkade 9, Duivendrecht
Medewerker: J. HOVEN
Afd. Advertentiën: B. WESSEL, Mauvestr. 32. 's-Gravenhage, Tel. 776978, Postreken. 113258
Twee van de achttien wedstrijden zitten er al weer op en zij zijn
beide gewonnen "met 51. En nu weten we wel, dat het de beide zwak
ste tegenstanders zijn geweest en we weten ook dat het eerste gewin
nog maar „kattegespin" is. Maar er is ook een ander spreekwoord en
dat zegt, dat de eerste klap een daalder waard is. Mij lijkt die dubbele
klap méér dan een daalder, mij lijkt die 102, waardoor we weer eens
het oude, vertrouwde beeld beleven dat Ajax aan de spits gaat, vooral
in moreel opzicht heel véél waard. Ajax maakt dat is het vorige sei
zoen al duidelijk gebleken een overgangstijdperk door. Op de beide
laatste jaren als kampioen van Nederland is een duidelijke reactie
met het eerste elftal gevolgd. Het noodzakelijke gevolg werd een
reorganisatie van het elftal, een vrij radicale verjonging, die niet zon
der verzwakking doorgevoerd kon worden. Maar dat behoeft niet jaren
te duren, langzamerhand moet zich de nieuwe ploeg inspelen en weer
de kracht ontwikkelen die Ajax waardig is. Dat is het proces dat niet
alleen insiders belang inboezemt, doch ook door geheel sportlievend
Amsterdam gevolgd wordt.
De jonge ploeg van Ajax heeft de eerste beurten goed volbracht,
wat zal ze verder doen? Die vraag móét de Amsterdamsche voetbal
liefhebbers in stijgende mate belang inboezemen. Dat beteekent al
dat Ajax weer meetelt, dat Amsterdam zijn oude favorieten uit de
Meer weer terug vindt.
Maar nu de derde beurt tegen R.F.C. Dat zal minder gemakkelijk
gaan, al behoort R.F.C. niet tot de sterkeren, al ging deze Rotterdam-
sche ploeg de vorige week tegen V.S.V. te Velsen met duidelijke cijfers
ten onder. Men moet bij voetbal echter nooit rekensommetjes maken,
want dan komt men bedrogen uit. Beter is het de eigen sterkte als uit
gangspunt te nemen. En dan zijn er toch wel hoopvolle teekenen.
Keizer is zichzelf gelijk gebleven en is weer de geroutineerde tech
nisch onverbeterlijke doelman. Been is op weg geheel „de oude" te
worden en naast hem ontwikkelt Potharst zich tot een prima achter
speler, met iets in zijn spel dat ons aan Van Kol doet denken. We
vonden tegen C.V.V. de middenlinie veelbelovend spelen. Hordijk riep
ons zijn vader voor den geest, Schubert is als aanvoerder en speler
rijp voor een zesde kampioenschap en Van Stoffelen begint zich tot
een verdienstelijk opvolger van Anderiesen te ontwikkelen. Ondanks
de tien treffers in twee wedstrijden, is de voorhoede nog lang niet
wat ze zijn moet. Maar toch zijn er hoopvolle teekenen. Kortom, Ajax
streeft weer dapper voorwaarts. Moge het spel tegen R.F.C. en het
resultaat van dezen derden competitie-wedstrijd dit opnieuw aan-
toonen! J. HOVEN.