A J A X-
NIEUWS
Bij den aanvang van hei
nieuwe seizoen.
No. 1
Zaterdag 7 September 1940
24 e Jaargang
MAANDBLAD
onder Redactie van J. DE BOER Jr.. F. H. W. DE BRUYN en J. L. MELCHERS
Redactie-adresF. H. W. DE BRUYN, Molenkade 9, Duivendrechi
Afd. Advertentiën: B. WESSEL, Mauvestr. 32, 's-Gravenhage. Tel. 776978. Postreken. 113258
Zoo begint dan met den wedstrijd tegen C.V.V. voor ons de com
petitie van het seizoen 19401941. Van de kracht van het elftal, dat
onze gasten in het veld brengen, is ons hoegenaamd niets bekend,
zoodat wij ons niet aan een voorspelling kunnen of durven wagen.
Toch hebben wij het vermoeden, dat onze tegenstanders niet
zoo gemakkelijk te verslaan zullen zijn en lijkt het ons voor onze
mannen noodzakelijk om zich met volle overgave in den strijd te
werpen. Wat ons elftal betreft, leven wij feitelijk nog steeds in het
onzekere. Wel is er al eenige weken flink getraind en hebben wij al
diverse vriendschappelijke-, beker- en seriewedstrijden achter den
rug, maar een elftal „waar men op kan bouwen" is er nog steeds
niet gevormd. De resultaten van de hierboven genoemde matches
waren van dien aard, dat wij onmogelijk met een gerust hart de toe
komst tegemoet kunnen zien. Men oordeele zelf: tegen Z.F.C. bereik
ten wij slechts een 11 gelijk spel, onze deelname aan het A.R.O.L.-
tournooi werd ronduit gezegd, een fiasco. Met niet minder dan 50
bewees H.B.S. ons, dat wij nooit en te nimmer aan het „stopper-spil"
systeem moeten beginnen, waarvoor wij de Hagenaars dankbaar
mogen zijn. Er valt natuurlijk over dit afbreek-spelletje wel het een
en ander in gunstigen zin te zeggen, maar laten wij ons in hemels
naam er nooit meer aan bezondigen. De match tegen het Amsterdam-
sche R.K.-elftal leverde ons een 30 overwinning op, doch deze
uitslag was feitelijk toch beneden onzen stand, waarmede wij niets
ten nadeele van dit Amsterdamsche elftal willen zeggen. Tegen Go-
Ahead in Deventer werd met 11 gelijk gespeeld.
Al deze wedstrijden en experimenten hebben ons in feite dus
slechts weinig gezegd en zullen wij ons maar vastklemmen aan het
bekende gezegde van „een slechte generale repetitie en een schitte
rende première."
In ieder geval hopen wij, dat wij getuigen zullen zijn en met
ons het publiek, dat wij een „hartelijk welkom" toeroepen van
een boeienden kamp en dat de sterkste partij als overwinnaar, na
een sportieven en eerlijken strijd de arena zal verlaten
BROWN.