Démenti....
Het is een bekend feit, dat een redactie van een krant, die zich
zelf respecteert, zoo nu en dan een bericht lanceert misschien tegen
beter weten in dat eenigen tijd later beslist tegengesproken wordt.
Daar wij steeds beschikken over een geweldige hoeveelheid copy
voor ons blad wie lacht daar? kan en zal het ons niet gebeuren,
dat wij onze toevlucht moeten nemen tot bladvulling, die uit de lucht
gegrepen is. Toch hebben wij in ons laatste nummer een mededeeling
gedaan geheel te goeder trouw die, zooals uit onderstaand arti
kel zal blijken, geheel bezijden de waarheid was. Wij hebben natuur
lijk den schrijver onze excuses aangeboden en deze heeft ons als
„good sport" onmiddellijk de hand der verzoening toegestoken. „Every
cloud has a silver lining", zegt men aan den overkant van het Kanaal
en dat er in dit gezegde veel waarheid schuilt, bewijst het artikel
van den Heer Dr. Keesing, want „the slip of the pen" van de redactie
bracht het gelukje eindelijk weer eens iets van zijn hand in ons blad
aan te treffen. Dat er nog vele artikelen van zijn welversneden pen
mogen volgen is de wensch van de redactie.
Waarde Redactie,
De volgende historie is „waar gebeurd".
Een bekende Engelsche schrijver las eens, tot zijn niet geringe ver
bazing, in een dagblad dat hij overleden was; het bericht ging ver
gezeld van een sympathieke levensbeschrijving. De auteur wendde
zich nu tot de redactie van het blad in kwestie, en verzocht haar
onderstaand schrijven te willen opnemen in de rubriek: „Ingezonden
stukken".
M. de R.,
Het is een bekend feit dat overledenen niet weten dat ze dood zijn.
Aangezien het mij, tot op heden, evenmin bekend was dat ik overleden
ben, behoor ik, in dit opzicht, ongetwijfeld tot de categorie van hen
die niet weten dat ze dood zijn. Toch verkeer ik, tot zekere hoogte,
in een uitzonderings-positie. Overledenen plegen namelijk niet zelf
dank te zeggen voor de sympathieke woorden na hun heengaan aan
hen gewijd. Vergun mij, M. de R., van dezen regel af te wijken, en
aanvaard mijn meest oprechten dank voor de vriendelijke woorden,
die gij dezer dagen tot mijn gericht hebt.
Hoogachtend, enz.
Bovenstaande anecdote schoot mij te binnen toen ik, in het vorige
Ajax-Nieuws, las dat mijn actieve onderwijs-loopbaan geëindigd was.
Met oprechten dank voor Uw vriendelijken woorden moet ik U mede-
deelen dat dit bericht onjuist is. Wat is het geval? Een half jaar gele
den ben ik aan een andere H.B.S. benoemd dan aan die, waar ik
vroeger werkzaam was. Het bericht van benoeming aan de eene
H.B.S. had gelijktijdig gepubliceerd moeten worden met dat van ont
slag aan de andere. De ambtelijke machine werkt echter soms traag
(zij het op den duur secuur), en zoo is het bericht van ontslagen een
half jaartje te laat verschenen, wat after all slechts een druppel is in
de zee der oneindigheid.
U aanvaarde mijn verzekering dat de tijd, dien ik nog in actieven
dienst heb door te brengen, ruimschoots voldoende is om den jong-
sten Ajax-adspirant op te kweeken tot speler van het Nederlandsche
Elftal.
Met vriendelijke groeten, Uw
A. KEESING.
(Still going strong!)
210