Helsinki geeft den moed niet op.
AMSTERDAM, 1 Oct. De persafdeeling van het organisatiecomité
der twaalfde Olympische Spelen te Helsinki 1940 schrijft d.d. 28 Sep
tember uit Helsinki:
De stad Helsinki heeft zoo juist een aanvullend bedrag van 3 millioen
Finsche marken beschikbaar gesteld ter voortzetting van de voorbe
reidende werkzaamheden. Er wordt krachtig met dezen arbeid voort
gegaan en men kan er op rekenen, dat ze tot een goed einde zullen
worden gebracht.
De verschillende stadions zijn reeds klaar, men is thans nog bezig
de werkzaamheden aan de tribunes voor de toeschouwers te beëin
digen. Wel zijn de verwarminginstallaties voor het zwembad, welke uit
Engeland moeten komen, nog niet geleverd, maar mochten deze niet
tijdig aankomen, dan vormt dit nog niet zoo'n groot bezwaar, aan
gezien het in den zomer te Helsinki warm genoeg is. Dit is ook de
meening van het bestuurslid van de F.I.N.A., den heer Drigny. Er
worden maatregelen getroffen om vele athleten en bezoekers te ont
vangen en het organisatiecomité denkt er niet aan de spelen even
tueel aan een ander land over te laten.
Volgens het laatste „Leuterbericht" hebben de Dames Kint en van
Feggelen geen toestemming van hun resp. trainsters gekregen ditmaal
op de „rugslag" uit te komen. Dit heeft niets te maken met het al of
niet beschikbaar stellen van een nieuwe japon, het al of niet aan
wezige warme water, maar moet verband houden met het „mijnen
gevaar". Wél heeft onze sportieve Regeering toezegging gedaan deze
baan extra te zullen vegen, als er tenminste tegen dien tijd nog
een heele of halve mijnenveger over is maar daar een andere
Mogendheid de uitvoer van dergelijke vegers enz. streng heeft ver
boden, weten we momenteel helaas nog niet waar we aan toe zijn.
Toch zou ik die Mijnheer Drigny héél ernstig op het hart willen
drukken, dat zwemfestijn in geen geval te laten doorgaan, als die
vooruit bestelde verwarminginstallaties niet op tijd mochten arrivee-
ren. Laat in hemelsnaam niets los over de „ijsvrijheid" van dat wed
strijd-bassin, want als die Mijnheer Masseltof of Wortelenlof met
die vreemde namen heb ik altijd de grootste moeite ook maar bij
geruchte verneemt dat het water daar „ijsvrij" is, moet de geheele
F.I.N.A.-commissie so wie so op het matje van het Kremlin komen,
voor het vrijwillig onderteekenen van een vriendschapspact. Want
IJs-vrij water is daar in de buurt „brand-willig", en onder het motto
„Und wohlst du nicht mein Brüder sein, so schlag ich ihn die Schedel
ein", wordt een twee zijdig verdrag opgemaakt en voorgelezen en
vanzelfsprekend direct vrijwillig onderteekend en kan de Commissie,
al of niet geridderd weer ver(t)rekken. Ach, 't is alles maar
een weet, zei Buziau.
Een paar machtige Rijken staan er op het programma nog uit te
breiden met een paar feestnummers; t.w.:
Handgranaat-smijten, met granaten van hoogstens 10 Kilo.
Kogelslingeren, met kogels van hoogstens 15 Kilo.
(Met diverse sortimenten gevuld).
Het nuttelooze discuswerpen kan dan wel vervallen, terwijl het
Speerwerpen een weinig meer aan deze benarde tijden zal worden
aangepast. De pijlpunten zullen waarschijnlijk in een of ander lie-
velijk sausje worden gedrenkt; proeven op eenige wilde stammen
zijn in voorbereiding.
De slogan „Doe het met Gas", zal helaas nog wel niet in
vervulling gaan, ook de Bacterieën zullen op hóóg bevel nog
niet mee mogen doen. Hetgeen door zéér velen ernstig betreurd wordt.
Maar de spelen zullen in ieder geval doorgaan.
56