Gaat het om Kampioenstitels?
Uit verschillende vragen, die ons dezer dagen bereikten, blijkt ons
dat er onzekerheid bestaat omtrent den aard der nood-competitie
van K.N.V.B. Die onzekerheid is alleszins begrijpelijk en de K.N.V.B.
zelf is er schuld aan. Hij publiceerde in het officiëele bericht over
de instelling der nood-competities het volgende:
„Noodcompetitie.
Besloten werd, evenals in 1914, tot instelling van een nood-
competitie voor het geheele land, met uitsluiting van promotie
en degradatie, over te gaan. De eerste klasse vereenigingen
zullen, als normaal, in vijf afdeelingen worden ondergebracht.
De Afdeelingen I en II worden daarbij in een noordelijke en
zuidelijke verdeeld, met dien verstande, dat in de eene afdee-
ling één, in de andere twee Haagsche eersteklassers zullen wor
den ondergebracht. Voor de Afdeelingen III, IV en V blijft de
gewone indeeling gehandhaafd."
Verder is hierover niets medegedeeld, tenminste niet officieel. Wél
is door de redactie van het officiel orgaan van den K.N.V.B., de Sport
kroniek, als volgt geschrven:
„De competities gaan nu wel als het ware om 's keizers baard,
maarer staan toch zij het dan officieuze kampioenschappen
op het spel. Wij willen wel als onze meening te kennen geven,
dat het aan het eind van het seizoen, als het een beetje wil,
tot een heele of halve kampioenscompetitie zal kunnen komen.
Hetgeen ook in deze tijden voor de betrokken clubs een aardige
bron van inkomsten kan beteekenen. Mogelijk ware dit als
een officieus kampioenschap van Nederland door den bond te
regelen, doch dat is van nader zorg, men moet eerst zien hoe
de zaak draait."
Hier wordt te kennen gegeven, al staat het er niet nadrukkelijk,
dat het niet om kampioenstitels gaat, d.w.z. dat er géén officieel
kampioenschap van Nederland verspeeld zou worden. Zóó is het in
19141915 ook geweest en toen werd Sparta kampioen der nood-
competitie in den beslissingswedstrijd tegen Vitesse in het oude, in
middels afgebroken Amsterdamsche Stadion. De Rotterdammers won
nen met 30.
Officieel is ook nader hieromtrent niets gepubliceerd, doch we mo
gen niettemin wel aannemen dat het zóó. zal zijn en dat er dus géén
officieel kampioenschap verspeeld wordt.
Het gaat in dat geval dus in eerste instantie om het afdeelings-
kampioenschap der nood-competities. De veronderstelling is gewettigd
dat aangenomen dat, naar we allen innig hopen, deze nood-com
petities volledig afgewikkeld kunnen worden op het einde van het
seizoen dan als steeds een competitie van de vijf afdeelingskampioe-
nen volgt, waarbij dan de titel „kampioen der Nederlandsch nood-
competitie 19391940", anders is dan gewoonlijk, doch alles toch
praktisch op hetzelfde neerkomt.
Officieel behoudt Ajax, onafhankelijk van het resultaat der nood-
competitie, den nationalen titel nog in elk geval een jaar. Men is
kampioen zoolang men niet onttroond is en door een nood-competitie
is dat niet mogelijk. J. H.
40