MOMENTEN, gezien door Veteraan
Er was eens
Er was eens een clubhuis, ergens
aan den overkant van het Y, om
streeks 35 jaar geleden. Het stond
in de weilanden, links van het
oude Tolhuis, waar je op Zondag
middag onder ouderlijke voogdij
een glaasje melk dronk, als je ten
minste ordentelijk was opgevoed,
jongens, die toen reeds aan voet
balkoorts leden en dus ongema
nierd waren glipten het Tolhuis
voorbij en trokken naar het club
huis. Het was een vriendelijk
houten gebouwtje, met een gezel
lig voorgalerijtje, maar het huis
vestte, in zijn bescheiden allures,
toch een eerste klasser: Vol
harding.
Gelukkig moment.
Trots woei de blauw-geel-blau-
we vlag uit het dakraampje, als
R.A.P., H.V.V., Hercules of andere
klassieke grooten, op bezoek
kwamen. Het galerijtje was dan
tevens eeretribune voor officieele
gasten en eigen clubleden, terwijl
een paar honderd man sterk pu
bliek voor een kwartje op planken
langs de zijlijnen stond, of voor
een dubbeltje in de modder achter
het doel. Bevroren teenen werden
niet vergoed.
Pijnlijke momenten
In, om en vóór dit clubhuis heb
ben beroemde geslachten gestreden
en geleden. Want geel pomp
water en vette klei lieten reinheid
en kou maar zoo'n beetje blauw-
blauw. Vandaar de clubkleuren.
Ondergeteekende kon er als adspi-
rant van meepraten, ook al zag hij
in bibberenden eerbied op naar de
van Renterghem's, links- en rechts
buiten van het Nederlandsch Elf
tal, tot Willem Gerke en Pik His-
gen (die bij vergissing altijd een
rood-zwarte trui droeg), Sweys,
Dubois, Blóte en Geelkerken, ja,
vooral „Geeltje", die in dit club
huis, met Waterschoot van der
Gracht, de Amsterdamsche school-
wedstrijden uitvond.
Geniaal moment!
Kringloop.
Volharding had nog een buur
man, wiens veld zonder club
huis door een slootje van het
huiselijkterrein was gescheiden.
Dat was de nieuwbakken tweede
klasser Ajax, waar de ongeslagen
blauw-gele kampioenen van het
seizoen 190304 eigenlijk een
beetje op neerzagen. Maar Stem
pel, Dade en Chr. Holst zagen in
de toekomst niet alleen een club
huisje, maar zelfs heele kasteelen.
Fantastisch moment.
Nu staan we achter de feiten.
Het clubgebouwtje verhuisde naar
de Kruislaan in de Meer, waar een
tweede-klasse combinatie van Vol
harding en R.A.P. zou trachten de
oude glorie te herwinnen. Helaas
vergiste Hisgen zich al weer in het
moment, want hij speelde toen al
leen nog maar cricket. Ajax beland
de, via een landhuis aan den Mid
denweg en ettelijke landskampioen
schappen, in het land van belofte,
dat wij thans ons Stadion noemen.
In onleschbaren landdorst an
nexeerde Rood-Wit en passant ook
het terrein, plus clubhuis, aan de
Kruislaan, waar de Combinatie als
voetbalmogendheid abdiceerde
Droef moment.
En zoo geviel het, dat mijn jon
gens als Ajax-adspiranten het
historische gebouwtje betraden,
dat generaties zag komen en gaan
en waar hun vader als knaap eens
aan de pomp had gestaan.
Blij moment.
Met ontroerde stem sprak ik tot
de bengels: Van het dak van dit
huis zien veertig jaren op je neer.
Ze keken ietwat ongeloovig
naar den zolder: Ouwe, jij kan
mooi vertellen, repliceerde de oud
ste. Dat pompwater en die klei zijn
aardig voor een sprookje, maar
niets voor mij. Na een wedstrijd
aan de Kruis gaan wij broeder
lijke solidariteit even per fiets
naar huis, want aan den Midden
weg heb je lekkere warme douches,
310