Honkbal.
Slechte wedstrijd tegen Blauw-wii, goede tegen
V.V.G.A. Ook het tweede KAN beter.
zijde hebben eenige pas beginnende spelers laten zien, dat zij uit
het goede crickethout gesneden zijn. Speciaal Jan Tiepen heeft uit
stekend staan spelen, ook C. ter Horst had er goed het oog in, terwijl
Brokmann en Van Eisden goed stonden te fielden.
R.W. eerst ingaande maakte 274 voor 6. Gehrels nam 4 wickets
voor 77 runs, Cor ter Horst 1 wicket voor 1 run en Brokmann 1 wicket
voor 10 runs. Typisch was het, dat Harry en Jan Tiepen, welke toch
goed bowlden, geen succes hadden, of liever gezegd, er werden op
hun bowlen eenige kansen gemist.
Ajax maakte in de eerste innings 60, waarvan Tiepen 24 en F. Duk-
ker 11. In het begin zag het er slecht uit 6 voor 14, maar bovenge
noemde batsmen stuitten de collapse eenigszins en werd het ten
slotte een beetje dragelijk totaal. Aanvoerder v. d. Berg van R.W.
stuurde ons natuurlijk nog eens in met nog 2XU uur speeltijd. Dank
zij Harry, Tiepen en anderen speelden wij den tijd op een kwartier
na uit, waarna R.W. opgaf. Harry had er toen 42 not out en Tiepen
10 uit een totaal van 68 voor 4. Laat ik allen nog eens goed op het
hart drukken om te komen oefenen. Donderdags op den Wandelweg,
Veld B. F. DUKKER.
Den wedstrijd tegen Blauw-Wit hebben wij er voor ons doen, bij
zonder slecht afgebracht. Slechts de eerste 4 innings konden wij het
tempo bijhouden, doch hierna zakten zoowel onze werper als de
velders in, en was het Blauw-Wit niet moeilijk zooveel punten te
scoren, dat inhalen voor ons een onmogelijkheid was. Niet minder
dan 9 fouten werden er door de onzen gemaakt, waarvan het
leeuwenaandeel op rekening van het binnenveld kwam. Moesten wij
andere jaren klagen, dat onze slagprestaties beneden eerste klasse
peil waren, thans zijn het vooral de grove fouten in het veld, die ons
geregeld nederlagen brengen. Hoewel de arm- en werpbewegingen
zeer langzaam worden uitgevoerd, neemt men toch nimmer den tijd
om behoorlijk en zuiver aan te gooien. Dat een vangbal eens gemist
wordt, och, dat zal den besten speler ook wel eens overkomen, doch
dat meerdere malen in één wedstrijd over of naast de honken ge
gooid wordt, moet als een ernstige tekortkoming worden aangemerkt.
Ook de concentratie der spelers op de spelsituaties ontbreekt zeer
vaak. Meermalen gebeurt het, dat men na een geslagen bal niet
weet, wat direct te doen. Denkt eiken keer, voordat de werper gaat
gooien, goed na hoe de situatie op dat moment is, zoodat je, wanneer
je een grondbal of wanneer je een vangbal krijgt, direct weet waar
naar toe te gooien.
Het verwerken van grondballen is ook bij ons nog een erg teer
punt. Loopt bij een grondbal nimmer achteruit, doch altijd juist
vooruit om te fielden. Men krijgt dan den bal klemvast en boven
dien scheelt dit eenige meters met aangooien.
297
