Onze KNVB-elfictllen. Hoewel ons eerste elftal het minste aantal verliespunten heeft, kun nen we over de twee tot nu toe voor de kampioenscompetitie ge speelde wedstrijden toch niet geheel en al tevreden zijn. Zoo op het oog zijn de 30 overwinning op Achilles en het 11 gelijke spel tegen D.W.S. natuurlijk geen onbevredigende prestaties, maar toch heeft het in die beide wedstrijden door Ajax vertoonde spel ons niet ten volle bevredigd. Het was in geen geval meer het spel, waarmede we Feijenoord sloegen en te Velsen over V.S.V. de baas bleven. Er is onmiskenbaar een zekere matheid over het spel gekomen, een matheid, die den indruk wekt, alsof niet alle spelers voor honderd procent hun best doen. Dit nu willen wij niet gelooven, hoewel wij toch wel den indruk hebben, dat er enkele maanden geleden, toen het er om ging afdee- lingskampioen te worden, feller en enthousiaster gekampt werd. Is er voor onze jongens dan werkelijk een stimulans noodig om hen tot grooter spel op te zweepen? We zouden zeggen, dat de kans op het behalen van het kampioenschap van Nederland genoeg stimulans is! Tegen Achilles waren wij werkelijk niet de eenigen, die van mee ning waren, dat deze tegenpartij wat onderschat werd. We kunnen het ons heusch wel voorstellen, dat tegen het eene elftal enthou siaster gespeeld wordt dan tegen het andere, maar is men eenmaal het veld ingegaan met de gedachte een wedstrijd zeer gemakkelijk te winnen, dan is het o zoo moeilijk, zoo niet onmogelijk, om tijdens het spel zijn geheelen geest „om te laten zwaaien". En het was vol komen verkeerd Achilles ook maar even te onderschatten, want de Noordelijke kampioen toonde een heel wat doortastender spelletje, dan een jaar geleden in den vriendschappelijken wedstrijd, dien de Assenaren in ons Stadion speelden en waarin zij bijna met dubbele cijfers verslagen werden. Zou die uitslag van toen thans nog zijn ongunstigen invloed op onze spelers hebben gehad? We zouden het haast denken. Gelukkig liep de strijd toch nog gunstig voor ons af, maar gezien het spel van Achilles en de krachtsverhouding in het veld, zouden we de 30 overwinning voor ons toch een tikje geflat teerd willen noemen. Voor zeer veel publiek in het Olympische Stadion tegen D.W.S. spelend, was er op den wil van onze jongens om het er zoo goed mogelijk af te brengen niets aan te merken, maar hier kwam duide lijk tot uiting, dat het maar niet zoo in een handomdraaien gaat weer tot het beste spel te komen. Daarvóór waren enkele minder goede wedstrijden gespeeld en dat wreekte zich nu dubbel. We mogen werkelijk van geluk spreken, dat Bijl reeds terstond na den aftrap een doelpunt scoorde, want wat de voorhoede in het restee- rende gedeelte van den strijd toonde, was feitelijk ook geen doel punt waard. Wat dat betreft, deed D.W.S. echter in geen enkel op zicht voor ons onder, zoodat wij het gelijke spel den meest juisten uitslag vonden, waarmede beide elftallen tevreden konden zijn en dit dan ook wel waren. Flink aanpakken. Hoewel we er thans het beste voor staan, wat de kansen op den eeretitel betreft, zal er in de resteerende wedstrijden toch heel wat beter aangepakt moeten worden, willen we tenminste onze aan spraken op de eerste plaats behouden. Door eigen aanschouwing weten we, dat N.E.C. en Eindhoven de ploegen hebben, die een elftal dat de zaken ook maar even te gemakkelijk opneemt, geducht kun- 214

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1939 | | pagina 6