Anderiesen blinkt weer uit.
Op 14 Mei naar Nijmegen 11
Zie adv.-pag. 239
213
Zooals reeds eenigszins te voorzien was, hebben Blomvliet en
Schubert zich niet in het Nederlandsche elftal kunnen handhaven,-
hopenlijk zullen zij zich beiden hierdoor niet laten deprimeeren, maar
des te meer hun best
doen te toonen, dat hun
niet geheel en al vol
doende spel van Ant
werpen een weinig for
tuinlijke uitzondering
was.
Zoodoende rustte weer
alleen op Anderiesen's
schouders de taak de
eer van Ajax in het Ne
derlandsche elftal, dat
tegen België speelde,
hoog te houden. En hoe
schitterend heeft hij
zich van deze taak ge
kweten. Een prachtigen
wedstrijd heeft hij ge
speeld, zóó goed zelfs,
dat bijna iedereen het
er unaniem over eens
was, dat dit een van
zijn beste wedstrijden
was. En wij allemaal,
die hem reeds zoo vaak
in actie zagen, weten
maar al te goed wat
dat zeggen wil.
Men moet voor een
figuur als Anderiesen
werkelijk bewondering
hebben; ook de manier,
waarop hij nog steeds
in het mooie voetbal
spel opgaat, verdient
alle lof. „Maar als ik
Wim Anderiesen. ?r 9efn Plejzier meer
in had, als ik het geen
genoegen vond me zoo geheel te kunnen geven van de eerste tot
de laatste minuut, zou ik er al lang mee opgehouden zijn", aldus
vertelde Anderiesen ons de vorige week. Woorden, die vooral de
jongere spelers goed ter harte mogen nemen.
Ook het Amsterdamsche elftal, dat in ons Stadion tegen Brussel
gelijk (11) speelde, eischte weer enkele onzer spelers op: Been,
Looys, Leemhuis, Fischer en Bijl. Voorts speelde Beumer nog mee in
een proefwedstrijd te Den Haag van het Nederlandsche jeugdelftal
tegen een B-elftal.