Indrukken van een vader.
Als vader van een vurigen Ajax-adspirant ben je nog lang niet
gelukkig. Natuurlijk: je hebt het aan je zelf te wijten.. zélf heb je
dien tegen alles-en-nog-wat-trappenden knul tot Ajax-lid gebombar
deerd en nu.nu gaat je heerlijke Zondagmorgenrust eraan, nu
moet je eiken Zondag weer beloven, dat je heusch en heusch naar de
verrichtingen van „zijn" elftal zal komen kijken. „De vaders komen
altijd u blijft maar weg.... de vader van Dikkie neemt ons zelfs
met z'n auto mee.... u komt niet eens!"
Vader heeft door de week meer te doen, vader stelt z'n rustige
Zondagochtenden zoo héél erg op prijs. Was het Beets niet, die ver
klaarde, dat het bed warm de mensch lui was, dat het water in
de lampetkan wel eris bevroren kon zijn?....
Gij, verwende bezoeker van de overdekte, wilt ge nog lezen van
de verrichting, de verwachtingen van het jongste Ajax-team, van de
knapen, die kampioens-aspiraties hebben.... in hun afdeeling? De
vader van één hunner is z'n zooveelste belofte eindelijk nagekomen:
met twee jassen aan is hij naar de Kruislaan gesukkerd. Het water
in de lampetkan was niet bevroren, maar het regenwater striemt hem
nu met forsche vlagen in 't gezicht.... De vroegte wint: de lagere
elftallen spelen, naar vader's begrip van Zondagochtenden vóór dag
en voor dauw. Maar het dauwt wel heel zwaar.... Zoonlief is al
veel vroeger vertrokken. De jonge man had haast om te gaan spelen.
Bij den sigarenwinkel op den hoek is hij gaan kijken, of het terrein
goedgekeurd was en dansend van vreugde is hij teruggekomen.
„Eindelijk goed nu zal 't dan toch gebeuren. In December, met het
mooiste weer van de wereld, leggen ze de competitie stil en daarna
keuren ze maar af.... In tien weken hebben we niet gespeeld"
En nu spelen ze nog niet! De scheidsrechter kwam, keek en keurde
het terrein af. Het kan ook ziin, dat de arbiter het weer afkeurde.
In elk geval: vader geeft den man schoon gelijk. Is het dan misschien
in December mogelijk geweest, dit is geen weer om te voetballen, al
zijn alle jeugdige enthousiasten nog zoo verontwaardigd. Vader is
over een heel smal plankje naar een ander terrein gekomen, waar
nog wél een modderballet gegeven wordt. Daar vindt hij natuur
lijk zoon met z'n kornuiten, die luid een ander Ajax-adspiranten-
elftal van gratis advies dienen. Hij ziet er ook wat vaders, maar 't
zijn er lang geen elf!
Voetbal is.... voetbal. Al zit je dan niet op een overdekte tribune
je kijkt! Over vijf, zes jaar zullen deze jongens misschien in het
eerste spelen. Nu reeds kan je de ras-spelers er uit pikken.... al ben
je geen Reynolds of elftalcommissielid.
Met dit weer vormen wij, grooten, eigenlijk een zielig stel toeschou
wers menschen, die zich gewillig nat laten regenen die straks
met dikke modderkluiten aan de schoenen zullen thuiskomen.... En
toch.
Toch is het aardig, zoo'n enthousiasten jongenswedstrijd bij te wo
nen. Vechten en sjouwen en modderen ze niet met evenveel mis
schien nog met méér enthousiasme voor de rood-witte kleuren
dan de grooten? Er is muziek ook: er komt iemand langs met een
koffergramofoon, waarop een plaat zachtkens ruischt. Hij vertelt
niet, wie hem de platen leverde, hij gaat dadelijk door als hij z'n
plak te pakken heeft....
„Die goosers hebben een hoefijzer in d'r goal," zegt een der niet-
spelende adspiranten. ,,'t Brengt toch geen geluk ze hebben het
156