Herinneringen
Diepenbeek gaat weer spelen
Prof. Westerwoud van de chirurgische afdeeling in het Wilhelmina
Gasthuis is ten opzichte van mij nogal aan den vasthoudenden kant,
zoodat ik met de Kerstdagen nog op een zijner zalen vastgekluisterd
lag. Velen zijn sinds mijn vorig epistel gekomen en velen zijn gegaan
en met hen de docenten in het houden van duivenplatten en het
bevorderen der hengelsport. Maar in hun plaats kregen wij weer
andere specialisten. Onze bekende Amsterdamsche scheidsrechter Van
Woerden van den K.N.V.B. houdt thans af en toe lezingen over het
toepassen der spelregels, vertelt van titanenkampen tusschen Mon-
nickendammers en Edammers en tusschen de inboorlingen van Hypo-
lithushoef en Wieringen.
En onder al dat doceeren door, denk ik aan vroeger dagen, toen
wij als jongens aan het eind van de Schagerlaan over de sloot spron
gen om naar wedstrijden tusschen Rap en Sparta te kijken. Rap met
zijn onvergetelijken, thans helaas te vroeg ontslapen journalist Kick
Schroder, met zijn Lieftinck en Hisgen, met een Rincker en de gebroe
ders Zweers en vooral niet te vergeten de middenvoor Glazer, die
wel eens in een rijtuig kwam aangereden, als de wedstrijd reeds aan
den gang was, om dan vliegensvlug een paar goaltjes te fokken.
Aan eenige jaren later, als ik wedstrijden zie fluiten tusschen A.V.V.
en Quick, en Swift en Volharding door den medisch student Brouwer,
later Dr. Brouwer, onze tegenwoordige bekende Amsterdamsche neu
roloog Prof. Dr. Bernard Brouwer. Aan weer eenige jaren later, als
ik Prof. I. Snapper, ook een bekende in het W.G., zie rennen op de
velden en belangrijke wedstrijden tusschen Ajax en andere clubs zie
leiden.
Aan de gloriejaren van Ajax in '17, '18 en '19, toen onze vereeniging
zonder geëxperimenteer niet te verslaan was en iedereen aan den
zegekar bond. Aan Wim Anderiesen en zijn mannen, die mij beloofd
hebben te zullen zorgen zóóveel punten bij elkaar te trappen, dat ik
de kampioenswedstrijden in ons Ajax-stadion zal kunnen bijwonen.
Aan de toekomst, want heeft niet onze hooggeachte professor mij in
het oor gefluisterd, dat hij bij den K.N.V.B. een superklasse zou wen-
schen van 2 afdeelingen en zelfs kans zag best 24 elftallen van ex-
gipspatiënten in het veld te kunnen brengen?
Aan de gezellige dagelijksche rondjes van onzen prof. met zijn staf,
die hier een groet, daar een knipoogje en bij een derde een por uit
deelt, wat voor vele patiënten een gedeeltelijke genezing beteekent.
Aan onze hoofdzuster, die er met haar kleinen staf voor 100 procent
in geslaagd is haar patiënten een zeer gezellig en geslaagd Kerstfeest
te bereiden en hun zelfs nog eenige aardige herinneringen aan hun
tijdelijk verblijf aanbood.
En als al deze herinnerinen vervagd zijn, dan zou ik het bestuur,
de commissies en alle elftallen willen gelukwenschen en hen alle suc-
ces willen toewenschen in 1939.EE
,,Wat jammer, dat Diepenbeek niet meer speelt; die zou thans zoo
goed als back te gebruiken zijn, waardoor Blomvliet weer naar voren
kon!" Ziedaar een opmerking, die wij reeds verschillende malen hoor
den. Hoewel we deze laatste conclusie gerust aan onze elftal-com
missie kunnen overlaten, doet het ons toch veel pleizier te kunnen
melden, dat Diepenbeek van plan is weer heel gauw te gaan spelen.
De reden van zijn niet-spelen is gelegen in een beenblessure, waar
mede het thans zóó gunstig gaat, dat Jan volgens zijn eigen zeggen
zich weer zeer spoedig op de oefenavonden komt melden.
87