Ingezonden. Mijnheer de Redacteur, Het is met groot leedwezen, dat ik het artikeltje van den heer „James", onder den titel „Some senses and some nonsenses" ge lezen heb. De heer James becritiseert daarin niet alleen een uiting van mij, die helaas, zij 't dan te goeder trouw, verkeerd werd weergegeven, maar voegt daaraan toe, dat een rectificatie een spontaan uitgesproken meening zoo maar niet rechtzetten kan?? Hoe nu, zijn wij, als sportsmen onder elkaar, nu zóóver afgezakt, dat als èn een geïnterviewde én een interwiever mededeelen, dat een onderhoud verkeerd weergegeven werd, men daaraan geenerlei ge loof meer schenkt? Het doet mij leed zulks te moeten constateeren. Voor Henk Blom- vliet persoonlijk wil ik hier uitdrukkelijk verklaren, dat ik hem nooit een ruwen klant genoemd heb en dat ik hem nooit iets gemeens op onze velden zag doen. Ik handhaaf dan ook van AZ, hetgeen in de rectificatie van de Telegraaf vermeld staat, waaraan ik gaarne wensch toe te voegen, dat het mij oprecht spijt, dat ik, zij 't dan buiten mijn schuld, Blomvliet in deze leed gedaan heb. Overtuigd als ik ben, dat hij dit woord van spijt zeer zeker van mij zal willen aanvaarden, verblijf ik met gevoelens van Hoogachting, K. J. J. LOTSY. Geachte Heer Lotsy, Het doet mij, èn voor Henk Blomvliet, èn voor onze Vereeniging enorm veel genoegen bovenstaande rechtzetting van U te mogen ontvangen. Jammer is het alleen, dat men in een dagblad destijds een derge lijke vergissing heeft kunnen maken. Ik voor mij neem gaarne aan, dat iets dergelijks nooit van U afkomstig is geweest. Vertrouwende, dat wij elkaar thans volkomen begrijpen, beschouw ik deze kwestie verder als afgedaan, en verblijf Met de meeste Hoogachting, JAMES. aan snelheid of ausdauer, en zeker niet door te weinig technische voetbalkennis. Neen, hij mist maar één ding en dat is Eerste Klas routine. Hoeveel jaren is ons Tweede elftal nu al geen Kampioen geweest, hoeveel jaren zit dit elftal nu al niet tusschen de leiders van de „Reserve Eerste Klas" (ik hoop U in het volgende nummer hiervan een overzicht te geven) en hoeveel jaren loopen nu al Ajaxspelers in die klasse rond, die alleen nog maar wat routine noodig hebben, om zich Eerste Klasser te kunnen noemen. Is het nu gek als ik ons Tweede graag in zijn geheel dus als ploeg in de Eerste Klas zou zien, in de andere Afdeeling dan het Eerste na tuurlijk, en is het gek als ik hierbij bezweer, dat dit elftal zich best als Eerste Klasser zou weten te handhaven? Er zijn misschien meer tweede elftallen die gezien hun resultaten over laat ons zeggen de laatste tien jaren, dan in aanmerking zouden moeten komen. Het zal natuurlijk wel nooit zoover komen, want het zal wel zoo zijn, dat de K.N.V.B. me in één klap duidelijk kan maken, dat zooiets on mogelijk is, maar toch.... ik zou het niet onbillijk vinden. Voor de spelers zelf zou er veel meer attractie in voetbal zitten, en voor pro motiewedstrijden zijn onze jongens ook niet bang. JAMES. 51

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1938 | | pagina 3