geen schande geweest zou zijn om enkele tactische fouten te maken.
Maar daar was geen sprake van, omdat ook de tactiek hoogtij vierde.
Toen de Stormvogels n.l. wat meer gebruik van hun lichaamskracht
gingen maken, bestreden onze spelers deze speelwijze door den bal
nog iets vlugger dan daarvóór af te geven, zoodat de Stormvogels
bijna nimmer kans zagen een Ajaxied dicht te benaderen. Vooral
Gischler, die rechtshalf speelde, bracht de tegenpartij met zijn kleine,
listige tikjes vaak tot wanhoop.
Voorloopig is nu A.F.C. 2 de grootste concurrent van ons tweede,
zooals uit dezen stand blijkt:
Reserve eerste klasse.
A.F.C. II
Ajax II
gesp.
3
3
gew.
3
2
gel.
0
1
verl.
0
0
v.-t.
5—1
123
pnt.
6
5
Blauw-Wit II
3
2
1
0
83
5
Haarlem II
3
1
2
0
3—2
4
Spartaan II
3
0
2
1
4—5
2
Z.F.C. II
3
0
2
1
5—6
2
E.D.O. II
3
1
0
2
3—5
2
Stormvogels II
3
0
2
1
2—10
2
R.C.H. II
3
0
1
2
1—4
1
Hilversum II
3
0
1
2
5—9
1
Over het derde en het vierde meldt H. D(elsen) ons het volgende:
O.S.V. 2, dat de tegenpartij van ons derde was, had het ongeluk,
dat de meesten onzer spelers een gedeelte van den wedstrijd van
het vierde hadden gezien. Want dit vierde had zóó'n goede partij
gespeeld, dat de jongens van het derde niet anders konden doen, dan
ook hun beste beentje voor te zetten. En dat hebben ze dan ook
inderdaad gedaan, met als resultaat, dat O.S.V. 2 met 32 verslagen
werd. Vooral vóór de rust toonden allen een goede opvatting van
het spel te hebben en terwijl de verdediging er wel voor zorgde, dat
de Oostzaners geen kansen kregen, toonde de voorhoede zich uiterst
schotvaardig. Er werd lustig op los geknald, keer op keer werd
het O.S.V.-doel onder schot genomen, zoodat het geen verwondering
wekte, dat Ajax 3 bij de rust met 20 leidde, een voorsprong, die
heel veilig leek, vooral toen deze nadat er eerst nog een straf
schop gemist was 20 min. voor het einde uit een voorzet van links
tot 30 verhoogd werd.
Hoe geheel anders kwam dat echter uit en hoe heeft de kleine,
trouwe schare aan het lijntje „hem nog staan te knijpen"! Zonder
dat onze jongens op hun lauweren gingen rusten werden de bordjes
in het veld toch geheel verhangen. O.S.V. kwam onstuimig opzetten
en met lange trappen werd steeds maar weer de Zaansche voor
hoede aan het werk gezet. Voorloopig ging het slechts om één tegen-
punt, maar toen O.S.V. 2 eenmaal uit een hoekschop gescoord had,
dacht onze tegenpartij nog wel een gelijk spel te kunnen veroveren.
Jammer genoeg pakte zij daarbij wat al te stevig aan, want zonder
dat er nu bepaald van gemeen of ruw spel sprake was, werd het
toch wel héél hard, zóó zelfs, dat er verschillende malen gestopt
moest worden voor kleine ongevallen, terwijl zelfs onze linksback
na forsch doorloopen van een O.S.V.-er het veld verlaten moest. En
daar de stand toen reeds uit een strafschop wegens hands op 32
was gebracht, begon het er toch heel donker voor ons uit te zien.
De drie laatste minuten duurden dezen keer tenminste wel wat erg
lang, zoodat het eindsignaal een ware opluchting was. Met alle
respect voor het volhouden van O.S.V. was toch duidelijk gebleken,
dat het best spelende elftal gewonnen had.
18