GEEN LEUGENTJE OM BESTWIL, A J A X CLUBNIEUWS - PAG. 95 Ik zal U niet gaan vertellen waar, ook niet wannéér, alleen maar hoe het gebeurd is. Een en ander niet in verband met het controleerbaar zijn van onderstaande regelen, maar meer om de nog bestaande kijklustigen naar voetbal niet te doen afwijken van hun Zondag gewoonte. Nu komt de waarheid en niets dan de waarheid. Mijn broer en ik (ik, is degene die een poging doet deze regelen te schrijven) reden in 't holst van den nacht langs spiegelgladde wegen (dit is echt waar) naar een Dorado van de vischsport. Om alle slippartijtjes van wagens die hier en daar dwars over den weg stonden te moeten opnoemen, is te langdradig en te griezelig, maar het zal U, mits een beetje fantasie, doen beamen: ,,De Visch wordt duur betaald". Nu komt het We vischten We hadden al drie adspirant- en één junior-snoek ge vangen, toen mijn drijvers met geweld wegschoten. Zóó snel. dat het vuur van m'n wartels schoot en mijn rad door de hitte vastliep. Een geluk was het, dat de vete raan-snoek (hoe kan het anders) net bijtijds de eet salon bereikt had, anders had ik het volgende niet kunnen belevefi. Ik zag dat hij slikte en m'n broer riep, net als Jacob Hamel: „NU Ik weet niet of er onder ons Ajaxieden iemand wel eens daadwerkelijk een auto uit de plomp gehaald heeft, maar ondanks mijn ervaring op dit gebied, stond ons nu iets bovenmenschelijksch te wachten. Mijn broer zwoegde voor twee en ik niet minder en een geluk was het, dat ik een twee en drie-schijf op mijn stok gemonteerd had en zoodoende langzaam maar zeker den kolossus naar den wal sleepte, 't Leek wel of de en worden gezond, da's wat anders. Niks hoor, jo, zegt Rika, ik zit eiken dag tusschen 4 muren en een beetje frissche lucht, nou daar houd ik van voor den Zondag. Ober, aannemen! Rie wat denk je van 'n Manhattan, lekker, zit van alles in, 'n smaak om je met het leven te verzoenen Nou, goed, dan naar Sparta, als je dat zoo graag hebt, vooruit dan maar. Ik vond die comedie reuze wie speelt er nog meer, vraag ik, dood-stom. Zeg, lees jij geen couranten? Ben jij nou Amsterdammer, of is het maar een grapje van je? Kranten? Kranten? Kranten maken 'n mensch gek en ziek en vertwijfeld en nog wat. Nou, wat beleven we morgen? Jó, dé wedstrijd van Rotterdam, Ajax uit Amsterdam speelt morgen tegen Sparta. Neen, zeg ik, dat 's sterk. Ik heb op kantoor een schoonmaakster en die is beroemddie gooit alle emmers om, 's Maandags, als Ajax gespeeld heeft. Als ze gewonnen hebben, vanwege de pret en als ze ver loren hebben vanwege de spijt Nieuw-Amsterdam van stapel liep. Wat een angstaan jagend geweld was dat. Een niet-Ajaxied zou den tros gekapt hebben. Eindelijk hadden we zijn kop op den wal en met be hulp van een meertouw kregen we hem heelemaal binnen. Ik trok mijn leeren jas uit en smeet haar over den kop van het monster. Onderwijl probeerde mijn broer op de staart te gaan zitten, hetgeen na veel bonte en blauwe plekken gelukte. Daar zaten we dan en kwamen even op adem. We beraadslaagden en kwamen tot de conclusie, dat een van ons een roeispaan moest halen om hem daarmede knock out te slaan. Ik zou dat zelf wel even opknappen, holde naar de schuit en kwam met de spaan boven m'n hoofd aanrennen, maar op het moment, dat ik den beslissenden slag zou toebrengen bracht iets, wat vroeger gras ge weest was, mij tot wankelen en ik viel languit. Het mon ster schrok, stiet een vervaarlijken kreet uit en met een geweldigen slag van zijn staart zwiepte hij mijn broer van zich af en sprong in het water. Het is niet mooi van mij, maar onderwijl ik mijn jas ging ophalen, die gelukkig nog op den wal lag, heb ik alle verwenschingen en be namingen, die ik op de „overdekte" geleerd heb, naar het hoofd van mijn broer geslingerd. Nog was ik niet genoeg getroffen. Toen ik mijn jas opraapte schoot het loeder naar me toe, plonste mij met een geweldigen slag van zijn staart kletsnat en verdween met een satanischen lach onder water. Het klonk als het leegloopen van een badkuip. Een kennis van mij, kon nog wel een paar handwarmers van mijn l-eeren jas maken. Mijn wraak zal verschrikkelijk zijn, maar dan als lid van de Ajax-vischploeg. J. L. Ajax verliest nooit, bijna, zegt Rika, en ze vindt dat werkelijk heel beroerd, te oordeelen naar de intonatie... Och, kom zeg ik Zondagmiddag. Sparta-stadion. Ik hield 'n beetje mijn hart vast, dat de een of andere Ajaxman me zou ontdekken. Ik wou per sé niet gezien worden; eigenlijk jammer als je met zoo'n dot van 'n Rotterdamsche meid zit. Was iets geweest, om mee op te scheppen. Maar ik wilde het verraad doorzetten en knoeide met den tijd om zoo laat mogelijk te komen en ergens op een bovenverdieping van de tribune weg te kruipen, achter Rika Op het nippertje zeilden we de tribune op en ik zag gelukkig geen bekenden. Misdadiger, dacht ik! Huiche ling. Maar, 't werd een sensatie. ,,Rika", zeg ik, wie is nou Ajax Verpletterende blik van Rika. Ik voelde, dat 'k een stakker was, maar het ging prachtig, zoo. Kijk, Hans, zei Rika, das nou Anderiessens, de „krak" van Ajax

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1938 | | pagina 13