wmmmmz/mmmmmmtimmmmz
AJAX CLUBNIEUWS - PAG. 107
Eèn zwaluw maakt geen zomer.
Elf Stormvogels maken geen treurmarsch maar
AJAX KAMPIOEN!!!
ACHILLES LEVE!
Volgens Achilles was Ajax de dapperste der Griek-
sche helden in den Trojaanschen Oorlog. Ajax doodde
zich, omdat Odysseus en niet hij, na den dood van
Achilles, diens wapens kreeg.
Wat een bof voor ons, dat het huidige Achilles door
twee achtereenvolgende éclatante overwinningen, resp.
met 7—0 op Hoogezand en 8*0 op Friesland, heeft
getoond, er voorloopig weinig voor te gevoelen, om de
kraaienmarsch te blazen!
Wanneer Achilles echter thans bij zijn leven, Ajax
voor de a.s. kampioenscompetitie een repeteergeweertje
cadeau wenscht te maken, zal daar niets tegen zijn.
Zelfs de non-interventie-commissie zal er niet boos om
kijken!
TWENTY-EIGHT YEARS AGO.
Weet U, dat Ajax op 26 December 1908 (2en Kerst
dag) te Amsterdam in een friendly-game met 3—0
zegevierde over de Daring Club de Bruxelles, de club,
die momenteel in de Eere-afdeeling van den Koninklij
ken Belgischen Voetbal Bond de eerste plaats bezet en
dus, evenals Ajax, kampioens-aspiraties bezit?
W^eet U, dat er op dien 2en Kerstdag een ijsberen-
temperatuur heerschte en er toch nog 1500 toeschou
wers bij den wedstrijd aanwezig waren?
Weet U, dat Broekman (een oudere broer van
Theo) toen de eerste goal scoorde?
Weet U, dat Jan Pelser (de oudste der gebroeders
Pelser) toen, als als doelverdediger van Ajax, voor de
Brusselaren een onoverkomenlijk struikelblok bleek?
Weet U, dat Ben Croon, een der roeiers van de
eertijds wereldberoemde Amstel-vier, in dezen wedstrijd
als invaller-back fungeerde
En scheidsrechter Groothoff dezen wedstrijd heeft
geleid?
Wanneer U mij niet gelooft, vraag het dan maar aan
Marius, den Grooten Alwetende! Een Bock-biertje op
den 2en Kerstdag 1937 voor Z. Ed. als hij mij op één
leugentje kan betrappen (het aantal toeschouwers heeft
Koolhaas toen toch niet geteld). Tino Pinappiéra.
Er was eens een Club, ik noem hem maar X,
die had elf spelers, die stonden voor niks,
Ze zagen slechts één ding, en dat was de bal,
en stormden als wilden, naar 't bruine geval.
Kwam soms iets of iemand hun in den weg,
dan had zoo een sta in den wegpech
want slechts na veel vlugzout en watergeplens,
werd hij als het meeliep, weer eenigszins mensch.
Een tegenpartij die den strijd wou aanvaarden,
lag kreunend in no time op moedertje aarde.
Bestond soms die tegenstand in Kampioenen
dan kregen ze echt wat je noemt zin in boenen,
't Parool in het veld werd dan trappen en haken,
met gooien en smijten enheel smeuig kraken.
Het mooiste natuurlijk van heel deze grap,
dat is twee, drie „kneussies" het liefst in één klap.
Dan is het terrein in een slagveld herschapen,
en is het eerst recht een mooi feest voor die knapen.
Nu kunt U wel zeggen, dat zooiets niet hoort,
en, dat ons mooi voetbal gewoon wordt vermoord,
all right, maar een eind komt er eerst aan de pret,
als men in Den Haag flink het mes er in zet.
Een ding is een feit, en dat heeft mij gespeten,
de naam van die Club,... „heusch" die ben ik vergeten.
JAMES.