GOEDE REDACTIONEELE LEIDING
CARLTON HOTEL
CARLTON CORNER
mmmmmmmmmmmmmmmmmmmmmma
A J A X CLUBNIEUWS PAG. 61
DE taak van een clubblad-redactie is heelemaal niet
zoo eenvoudig. Er is bovenal tact voor noodig
een periodiek te redigeeren, dat een uitgave is van
een vereeniging. Het is van zelf sprekend, dat een club-
blad-redactie opbouwend werk te leveren heeft voor de
club, doch wat is opbouwend werk? Beteekent dat alles
prachtig en mooi vinden., wat van de club uitgaat en
wat de leiders der club doen; beteekent dat volledige
critiekloosheid ten opzichte van de bestuurderen, de pro
minente personen (spelers incluis) der club? Maar het
belang dier club eischt als het ware een goede samen
werking met de bonden, met de zustervereenigingen,
eischt een voorgaan in het respecteeren van tegenstan
ders en beteekent dus vrijwel een volledige critiekloos
heid.
En toch moeten in een clubblad vereenigingsbelangen
op nadrukkelijke wijze gediend kunnen worden, moet
men ook op organisatorische fouten, op elk zondigen
óók in eigen kring tegen de vereenigingsbelangen
kunnen wijzen, moet een clubblad paraat zijn om op te
komen voor bedreigde vereenigingsbelangen. Men moet
ook helpen leiden, en leiden gaat niet altijd met een
zoet lijntje. En er zijn elders aanvallen, die men moeilijk
negeeren kan, terwijl toch als regel polemieken met zus
tervereenigingen, critieken op scheidsrechters enz. enz.
vermeden moeten worden.
Een clubblad-redactie is dus eigenlijk aan handen en
voeten gebonden en. tóch wordt verlangd, dat men voor
een interessanten inhoud zorgt, tóch is het blad als
schakel tusschen bestuur en leden alleen ook dan van
nut als de inhoud van dien aard is, dat de leden steeds
gaarne uitzien naar de verschijning van het blad.
Dit alles releveer ik slechts om in het licht te stellen,
hoe zeer er aan de redactie van een clubblad, andere,
doch in vele opzichten niet minder zware eischen ge
steld worden dan aan den sportjournalist van professie,
die als zoodanig op breeder basis verantwoordelijk werk
te leveren heeft. Het onbenullige van den. inhoud van
de meeste clubbladen vindt dan ook zijn oorzaak daarin,
dat men er maar hoogst zelden in slaagt jongelui te ont
dekken, die èn de capaciteiten bezitten een clubperiodiek
te leiden en die bovendien ambitieus te achten zijn.
En wanneer ik dan weer eens de pen in de inkt doop
om deze opnieuw in dienst te stellen van het Clubnieuws
van Ajax zulks ,,op vereerend verzoek" en. naar aan
leiding van het 20-jarig bestaan dezer uitgave dan
laat ik onwillekeurig de zich in die twintig jaren op
volgende redacties de revue passeeren en dan baart het
ook al geen verwondering meer, dat het clubnieuws van
Ajax algemeen als een aardig blad van goede hoedanig
heid beschouwd wordt, dat dit krantje der Meerclub een
uitstekende reputatie geniet en in den loop dezer beide
decennia flink bijgedragen heeft tot de glorie der club.
Over die feiten behoeft men zich niet te verbazen, als
men het tableau de la troupe van het Ajax-Clubnieuws
gedurende die twintig jaren even voor het front roept.
Daar is dan in de eerste plaats JAN GROOT-
MEIJER, die 't wicht ten doop hield, juist vóór dat
Ajax startte voor de meest phenomenale spurt, die ooit
in Nederland door een voetbalclub uitgevoerd is. Groot-
meijer is ik aarzel geen moment het te zeggen een
voortreffelijk leider van het blad igeweest. Hij bezit
trouwens niet te onderschatten journalistieke kwaliteiten
en het is eigenlijk héél jammer, dat er naast de prima
cricketverslagen van zijn hand, zoo bitter weinig meer in
druk van hem verschijnt. Zijn artikelen-reeks om
maar een voorbeeld te noemen in het destijds door
mij geredigeerde Amsterdarnsche Sportblad behooren
tot het beste wat er op het gebied van techniek en
tactiek voor voetballers is gepubliceerd. Grootmeijer
heeft de grondslag gelegd voor het orgaan, hetwelk hij op
richtte en redigeerde in samenwerking met D. KNEGT,
de man die met zijn vlotte, geestige pen, nooit kwetsend,
altijd opgewekt en ad rem, het element vormde dat in
clubbladen vooral nooit verwaarloosd mag worden. Zoo
lang het niet ontaardt in onbenullige flauwiteiten, is de
lichte, luchtige kost, het badineerende met een dieperen
ondergrond, een onmisbaar element in een cluborgaan.
De sport is immers een vroolijke zaak! Al die zwaar
wichtigheid dient nergens toe, al moeten natuurlijk de
ouderen, het hoofd koel houden en zorgen, dat alles in
het belang van de jeugd ernstig en deugdelijk in de
juiste banen geleid wordt, een zorg die ook den serieu-
zen sportjournalist niet onbekommerd kan laten. Knegt's
vertrek uit Amsterdam maakte een eind aan zijn redac
teurschap, doch dat de huidige redactie er weer in ge
slaagd is dezen man van goeden smaak, met zijn cor-
ZALEN VOOR PARTIJEN EN FEESTMAALTIJDEN
HET GEZELLIGSTE BITTERUUR - TZIGANE MUZIEK