mmmmmmmmmmmmmmmmmmmmmmm
PAG. 28
RUDOLF CORNELIS
zoon van G. G. Schuurmande Bock
en W. Schuurman.
N. V. STEENKOLENHANDEL
„ORANJE NASSAU"
Havenstraat 5, Amsterdam Tel. 90911 (3 lijnen)
A J A X CLUBNIEUWS
Na regen komt zonneschijn, zegt een bekend spreekwoord.
Welnu, laten wij dan thans nog iets vertellen van ons kranig
jeugdnegental, dat reeds in het eerste jaar, dat deze competitie
tot stand kwam, het kampioenschap wist te behalen. Van de
gespeelde wedstrijden werd er slechts één met 1 punt verschil
verloren. Hierbij dient echter te worden aangeteekend, dat de
vaste werper Nottrot eerst in de laatste innings op de werp-
plaat verscheen, aangezien Jan Stam hem wilde sparen voor
het eerste negental. Trouwens, meerdere spelers hebben reeds
van dit team deel uitgemaakt. Wij noemen o.a, ter Heide,
Beumer en van Genderen, Was de opkomst der eerste negen-
tallers bij de oefeningen slecht te noemen, die der junioren
was altijd uitstekend. Hierin schuilt dan ook voor een groot
deel hun succes. De door hen gespeelde wedstrijden met de
uitslagen laat ik hieronder volgen. Aanvoerder Beumer, ook
vanaf deze plaats wensch ik jou en je makkers van harte ge
luk met het behaalde resultaat. Dat belooft tenminste iets voor
het volgend seizoen.
Het is H.H.C, gelukt het kampioenschap van Nederland te
behalen. Wij verheugen ons ten zeerste over het succes, dat
onze Haarlemsche vrienden hebben weten te behalen. Rood-
broeken, proficiat!
Bij het sluiten van deze rubriek vernamen wij, dat ons junior-
lid ter Heide van woonplaats is veranderd en zich in Apel
doorn heeft gevestigd. Het spijt ons, dat hij onze gelederen
heeft moeten verlaten, daar wij in hem een speler met toe
komst meenden te zien. Wij nemen dan ook slechts noode
afscheid van hem.
E. H. VAN TUYL,
Verloofd
DORA WALLERT
en
PIET WEPPNER
Amsterdam, 19 September 1936.
Linnaeuskade Ia'
Amstelkade 24.
Geboren
Amsterdam, 7 September 1936.
Javastraat 165'"
Hartelijk gelukgewenscht (Red.)
In de „S.V.S." het clubblad van S.V.S., een Indische
club, troffen wij het volgende aardige gedichtje aan:
HET EINDE VAN EEN VETERAAN.
In een hoekje van de kamer,
Afgeleefd en uit zijn doen,
Neus kapot en zonder veter,
Staat een oude voetbalschoen.
Piekert over al die jaren,
Dat hij ijv'rig en vol moed,
Immer voor den strijd gereed stond
Aan zijn meesters rechtervoet,
Hoe hij over 't veld kon rennen,
Vastberaden en beslist,
Vaak het bruine leeren monster
In het doel te plaatsen wist.
Hoe hij in een dolle scrimmage,
Koel en hard, zonder pardon,
Van een roek'loos tegenstander
Scheen gevoelig raken kon.
Hoe hij penalties kon nemen,
En meedoogenloos en wreed;
Met een korte, harde treffer
Den bal in 't net verdwijnen deed.
Als zijn meester dan geroemd werd,
Glom zijn neus van eigenwaan,
Omdat hij vast overtuigd was,
Dat ook hij 't 'm had gedaan.
Waar zijn broeder is gebleven,
dat weet hij al lang niet meer;
Die was zeker al gesneuveld
Op het groene veld van eer...
En terwijl hij staat te denken
Aan dien glorieuzen tijd,
Wordt hij bij zijn oor gegrepen
Door een wreede kamermeid.
Die den armen invalide
Als een stuk versleten goed,
Uit het raam werpt en hem op een
Vuilnishoop belanden doet.
Tusschen oude, leege blikken,
Flesschen, stroo, vies en verteerd,
Is hij, zonder eenig klagen
Stil en zacht gesuccombeerd.
En dan komt een kleine straathond
Bij zijn laatste rustplaats staan,
Tilt zijn pootje... en schrijft vochtig:
,,Rust in vrede, Veteraan...!"
KOLIBRI.