VETER ANIAo
PAG. 112 A AX CLUBNIEUWS
,,'t Binne geeneens echte veterane," zeurde een circa
vijfjarig manspersoon tot z'n vader, en met 'n zucht
liet hij er op volgen: ,,'t binne gewone manne."
Onze boy betreurde het klaarblijkelijk, z'n tien cents
entrée niet in kauwgummi belegd te hebben.
Ook vader's blik gleed onwelwillend langs de lenige
in fleurig rood-wit gestoken gestalten, die zich over het
malsche jonge gras voortbewogen, waarin en waarop
slechts boterbloempjes en lammetjes ontbraken om de
illusie van ontluikend leven te vervolmaken. Laten we
eerlijk zijn: onze veteranen van vandaag-de-dag zijn
geen echte veteranen.
Kale koppen en overbloesende buiken, de twee voor
naamste uitwendige onderscheidingsteekenen van de
veteranenkaste, ze ontbraken.
En was het nu maar beperkt gebleven tot de afwezig
heid van de uiterlijkheden, dat was nog te dragen ge
weest, maar ook geestelijk waren ze nog niet „Veteraan-
Eahig".
Zegt u nu zelf: Welke echte veteraan loopt nu hard
naar een bal, insteê van te wachten tot de bal bij hem
komt? Wat te zeggen van een veteranigen buiten
speler, die zich uit de naad loopt om een te scherp ge
speelden bal nog binnen te houden? Welke echte vete
ranen-keeper laat zich nu, om een schot in den hoek te
keeren, languit op z'n buik die eigenlijk nog niet
eens een buik is vallen?
We zullen maar stoppen met het vermelden van al
die excenterariteiten, die onze veteranen zich veroor
loven, en als we ze toch nog in ons verdere verhaal
Veteranen" noemen, dan is dat dwars tegen ons gevoel
van eerlijkheid in en alleen uit aangeboren gevoel voor
hoffelijkheid te verklaren, het feit, dat er eenige vete-
ranenbroeders verscheidene kilo's zwaarder gebouwd
zijn dan schrijver dezes, die bovendien de A.Z.A. niet
onnoodig op onkosten wil jagen.
Verwondert het u als we vertellen, dat tegen deze
„Veteranen" zelfs de Amsterdamsche Maatschappij
Voor Jongemannen het onderspit moest delven. Neen,
immers?
Natuurlijk wilden ze de tegenpartij en publiek, dat
3 rijen dik om en op het veld stond, de illusie van een
spannenden wedstrijd niet ontnemen. Ze stonden de
tegenpartij zelfs toe de leiding te nemen. Om ze echter
daarna spoedig met een tegenpunt weer op den beganen
voetbalgrond te brengen.
Na de rust leek het er op, of onze veteranen zouden
vergeten te winnen en kampioen te worden.
Doch plots brak het besef baan, dat er dan geen
grondige reden zou zijn aan te voeren voor den extra
borrel, dien ze elkaar beloofd hadden. En dat is 'n
prikkel, waar zelfs pseudo-veteranen heftig op rea-
geeren.
Alle krachten werden even ingespannen en 'n... nou
ja, laten we zeggen een goal op een gezelschapsbiljet
was er het gevolg van. Behalve de keeper en misschien
een der backs hadden allen meegeholpen en dat, be
halve de bal, ook nog een stuk of drie spelers van de
tegenpartij het net in zeulden, kon de vreugde slechts
vergrooten.
Na afloop werd het kampioenschap gevierd en zag
de eene Oud z'n voorraad vloeistoffen verminderen en
'n andere Oud de opbrengst der accijnzen stijgen.
En tot slot „Hulde aan de „veterane-die-geen-vete-
rane-binne". Wat zou U er van zeggen als ons eerste...
ADÉ.
THEO BROCKMANN
op z'n best
Polygoon, Haarlem en de Vereenigde Foto-
bureaux stonden ons belangeloos de films en
eenige foto's, die in dit nummer voorkomen, af.
Wij stellen deze bereidwilligheid op hoogen prijs.