K L
de beroemde E(weka Scheermesjes
10 voor 44 cent
1e VAN SWINDENSTRAAT 123, AMSTERDAM-O.
PAG. 92 - A J A X CLUBNIEUWS
Laten we nog even onze schouders er onder zetten,
desnoods met injecties, maar volhouden moeten we.
Mijn eerste Olympische wederwaardigheid tijdens
de spelen te Garmisch-Partenkirchen beleefd en dan
nog wel te Amsterdam, je moet maar boffen.
Laat ik hopen, dat het U interesseert, in ieder geval
sta ik er voor in, dat het historisch is.
Een paar weken geleden bezoek ik een van mijn
klanten. Als ik door zijn vrouw de huiskamer ben bin
nengeleid, zie ik zijne Excellentie (noemt U Uw klan
ten ook zoo?) in gespannen< aandacht voor zijn loud
speaker zitten.
Uitslagen van het ski-springen" fluistert hij zacht-
kens; .prachtsprongen" voegt hij er ter verduidelijking
aan toe.
,,Drei und sechzig; sieben. Vier und sechzig; neun,
fünf und sechzig", klinkt het door de aether.
,,Wie springt er nu eigenlijk?" meen ik te moeten
opmerken.
„(Dat weet ik niet," antwoordt mijn geachte cliënt,
„dat komt er steeds achter aan".
Als het er dan eindelijk eens achtaan komt, ben ik
een beroerte nabij, en geen wonder: „Schweine glatt
gestrichen, neun und fünfzig vier", hoor ik duidelijk,
en het blijkt ons, dat wij naar de vee-noteeringen uit
Elberfeld hebben zitten luisteren.
Over Olympische Spelen gesproken,
Een select kwartet Ajacieden heeft de laatste Club
avonden een antiek volksspel in eere doen herstellen.
Was ik er zoo langzamerhand zeker van, dat bridgen
naast voetbal en flirten, zich tot de meest geliefde
volksspelen had opgewerkt, Vrijdagavond heb ik ge
zien, dat ook het oude in onze moderne harten nog
reden van bestaan heeft.
Vrijdagavond is er op onzen clubavond, schrik
niet geachte lezer weer eens gepokerd. On revient
toujours. Van wie deze hernieuwde kennismaking echter
afkomstig is, durf ik niet met zekerheid te zeggen.
Wat ik wel zeker weet is, dat het poker-face (een
niet te onderschatten gelaatsuitdrukking in deze be
narde tijdem) en de geperfectioneerde bluf weer op
gang gaan maken.
Vier steunpilaren onzer clubavonden speelden poker
en verscheidene andere steunpilaren keken en... ge
noten. Eén keer heb ik maar hooren vloeken, en dan
nog heel zacht, een bewijs dus, dat onze zeden er niet
op achteruit gaan.
Als ik U nog vertel, dat de heer in kwestie, carré
azen in handen had, en dat zijn tegenstanders er alle
drie bij een stand van twee cent tusschen uittrokken,
zult u mij hierin zeker wel gelijk willen geven.
„Het gedrag van de voetballers gaat er in het veld
niet op vooruit", zei onze werkster mij heden morgen,
terwijl zij den zwengel van onzen onvolprezen stofzui
ger angstig dicht langs mijn welgevormden neus
zwaaide.
„Dat ze zoo nu en dan een scheidsrechter uitschel
den is zoo erg niet. Ik weet niet, wat scheidsrechters
voor menschen zijn, maar je scheldt toch zoo een, twee,
drie maar niet iemand voor niks uit, zeg ik maar."
„Een beetje kalm aan, Betje", vond ik als goed sport
man te moeten interrumpeeren.
„Nou ja, zoo erg bedoel ik het niet, en dat de jon
gens elkaar zoo nu en dan eens een trap of een stomp
geven, kan er ook nog mee door. Met mijn man-zaliger
had ik ook dikwijls zoo'n akkevietje. Ik zeg maar zoo:
het recht moet zijn beloop hebben; maar wat ik nu
weer heb gelezen, vind ik heel verschrikkelijk".
„Wat heb je dan wel gelezen, dat je je zoo denkt te
moeten opwinden?" meende ik te moeten vragen, ter
wijl ik door een katachtigen sprong een zwaai „des
stofzuigers zwengel" ontweek.
„Leest U dan geen krant? Heeft U dan niet gelezen,
dat ze de nieren van Gerrit Keizer beleedigd hebben?
Ik vraag me maar af, wat kunnen die nieren nu ge
daan hebben, om ze zoo zonder meer maar uit te
schelden".
Betje heeft gelijk, het gaat werkelijk te ver met die
beleedigingen op het sportveld.
JAMES.
TELEFOON 50116 - 54283 53196
?'0 FIÉ'.ER WHISKY GOES INTO ANY BOTTLE