MAANDAG 9 DECEMBER Ipi III III! HI ill 111! Ill 111 111 III III II! Ill 11 111 ill ill llllllllllllll llllllllllllllllll llllllll 1IIUII11111 111 llllllllll IH BB BI m mn nn BS nn BB mt IN DE BENEDENZAAL VAN HET AJAX-STADION li nm s u HET BESTUUR. H Milium lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllil lm EERSTE ELFTALSPELERS, PAG. 50 - A A X CLUBNIEUWS ZAL HET JUIST EEN JAAR GELEDEN ZIJN, DAT WIJ ONS STADION HEBBEN GEOPEND. HET BESTUUR HEEFT GEMEEND DIEN DAG NIET ONGEMERKT VOORBIJ TE LATEN GAAN, EN ZAL ER DES AVONDS OM 8 UUR GELEGENHEID ZIJN EEN DANSJE TE MAKEN. AJACIEOEN, WIJ ZIEN U MAANDAGAVOND A.S. 8 UUR TOCH ALLEMAAL? DE AJAX-BAND ZORGT ERVOOR, DAT HET EEN VROOLIJKE AVOND WORDT HEBT MALING AAN DE SOMBERE UIT LATINGEN VAN ENKELE PERSMUSKIETEN. Wanneer men den laatsten tijd een courant, sport blad of ons eigen Clubblad in handen kreeg, dan ont brak er alleen nog maar een rouwrand, ten teeken, dat het machtige Ajax, dat zoovele jaren aan de spits van het Nederlandsche voetbal gaat, naar lagere regio nen gekelderd was. Onwillekeurig vraagt men dan wel eens: vanwaar die somberheid? Is onze vereeniging met haar prachtige Stadion, haar groot aantal goede spelers, dan zoo in eens afgetakeld? En dan lach ik hartelijk, omdat ik gedurende mijn ongeveer 20-jarig bestuurslidmaatschap wel meer een inzinking heb me degemaakt. In 1923 b.v. lees ik in ons clubblad groote artikelen met ,JPas op Ajax" en ook toen schreef ,,Nevoh" een opwekkend artikel, met als opschrift „Nu alle hens aan dek". En daarom doet het me zoo'n groot genoegen, dat diezelfde Hoven thans weer eens zijn geluid laat hooren, maar gelukkig niet zoo somber als in 1923, maar juist het tegenovergestelde, n.l. om toch vooral niet te pessimistisch gestemd te zijn, want ook pessimisme is niet geschikt om de toekomst in overeenstemming te brengen met het glorieus verleden. Juist deze laatste zin trof mij in zijn artikel in dit blad en ik zou de Ajacieden wel toe willen roepen: Laat II door het pessimisme, dat men zoo hier en daar be speurt, niet meesleepen. Twee weken geleden schreven de bladen, dat wij al uitgeschakeld waren en thans tellen wij weer mede. Vorig jaar stonden wij 5 pun ten achter op Feyenoord en ik hoor den se cretaris van Feyenoord, Van der Slik, in het bij zijn van den directeur van het stadion nog zeg gen: „Nu hebben we Ajax te pakken" en mijn antwoord was: „Ons eerste elftal bestaat uit goede zesdaagsche renners, zij laten de koppels eerst maar wat uitloopen en eindigen toch nog als No. 1 En ook thans heb ik het gevoel, dat onze jongens er wederom best toe in staat zijn, om als kampioen van de afdeeling te eincjigen. En daarom juist, eerste elh talspelers, wil ik U toeroepen: „schudt de lusteloos heid, die in voorgaande wedstrijden meermalen te be speuren was, van U af" en einde van het seizoen wappert voor de eerste maal de Kampioensvlag van ons nieuwe home. Als parool geldt vanaf heden: Ajax aan de spits van het Nederlandsche voetbal. Laat een sportieve eerzucht U tot groote daden in- spireeren. Niet het ontbreken van voldoende spelcapaciteiten, doch het ontbreken van de ware geestdrift was oorzaak, dat Ajax in voorafgaande wedstrijden niet gegeven heeft, waartoe zij in staat was. I' Spelers van het eerste elftal, dat kunnen jullie ver anderen. Daar reken ik op Je voorzitter M. J. KOOLHAAS.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1935 | | pagina 2