HOE BLIJF IK FIT?
PAG. 102 - A J A X CLUBNIEUWS
Iedereen mag verwachten, dat, nu het speeh
seizoen reeds voor een groot gedeelte is gevorderd,
allen nog steeds fit in het veld komen. Toch blijkt
dat helaas niet het geval te zijn. Opmerkelijk veel
spelers, die bij mij komen om verlichting te vinden
voor het een of andere voetbalkwaaltje, krijgen te
hooren: behandeling en rust, d.w.z. onthouding van
training en wedstrijden.
Dat is jammer! Op zichzelf beschouwd is het
niet zoo vreemd, dat dit verschijnsel zich nu voor*
niet zoo vreemd, dat dit verschijnsel zich steeds
weer voordoet. Bedenken we maar eens wat een
zware tijd reeds achter ons ligt.
Meerdere malen heb ik erop gewezen. Onze
spieren laten zich niet uitbuiten. Ze doen mooi en
nuttig werk voor ons, maar willen daarvoor ook
beloond worden. Wie denkt er aan zijn uiterste
krachten te geven zonder tegenprestatie? Onze
spieren zijn trouwe kameraden als we ze maar
goed behandelen. Anders staken ze doodeen*
voudig. Wie durft het ze kwalijk nemen?
Wat is een overtraind spierstelsel? Hoe merkt
iemand, dat hij overtraind is? Hoe het te voor*
komen of te genezen?
Een overtraind spierstelsel bestaat uit spieren,
die door te veel arbeid in een ziekelijk overprik*
keiden toestand zijn gekomen. Zoo gehoorzaam en
gewillig in normalen toestand, zoo eigenwijs en
onwillig thans. Iedereen weet hoe een gezonde
spiergroep aanvoelt: zacht en soepel, dat wat de
masseur een goede slappe spier noemt, niet ver*
ward moet worden met een verslapte spier. Er zal
wel geen masseur zijn, die verslapte spieren zou
willen kweeken.
Een overtrainde spier is hard en stijf. Betasten
doet meestal pijn, als je maar weet hoe je betasten
moet. Dat is vakgeheim. Een sportsman met goede
spieren merkt van zijn spieren niets. Een over*
trainde voelt zijn spieren. Evenals iemand zijn
spieren onwillekeurig spant bij een pijnlijken in*
greep aan zijn lichaam als een soort afweer, gaat
een overtrainde spier spannen als hij aangeraakt
wordt of als er arbeid van hem gevraagd wordt.
Wil een spier mooi werken, dan moet op iedere
spanning een volkomen ontspanning kunnen vol*
gen. Bij een overtrainde spier is dat onmogelijk.
Onze vroegere trouwe bondgenoot is onzen tegen*
stander geworden en sabotteert zooveel hij kan.
Het zenuwstelsel, het hoofdorgaan, waarbij de
spier*vakvereenigingen zijn aangesloten, steunt
hun actie en bezorgt den overtrainden sportsman
dat lustelooze, onprettige gevoel, dat vele kennen.
Geen zin meer in voetbal of iets anders.
Eigenlijk nergens zin meer in. Onverschillig voor
tegenslag of succes bij sportprestaties.
De masseur, die zoo iemand onder handen krijgt,
weet al gauw hoe laat het is. Met een goede behan*
deling komt alles wel weer in orde, maar daarvoor
is 100 medewerking noodig. Onwetendheid van
den patiënt is hier wel eens een tegenwerkende
factor.
De masseur mag beschikken over alle wonderen
van de techniek, die hij ook juist weet aan te
wenden, als de patiënt naar den raad „rusthouden"
niet luistert, dan kan de behandeling alleen het
toch niet voor elkaar brengen. Maarzulke
Ajacieden bestaan er niet!
Dat rust hier geboden is, is vanzelfsprekend.
Welke behandeling ernaast toegepast zal worden
hangt af van het geval. Meestal wordt een of meer
middelen te hulp geroepen, als massage, heete
lucht, bestraling, diathermie of baden. Nog eens:
ieder geval is een geval op zichzelf. Voorkomen is
beter dan genezen. Ook hier.
Een sportsman moet zijn spieren laten onder*
houden door massage.
De spieren moeten soepel en los gemaakt
worden; de sportletsels grondig genezen. Er zullen
dan geen valsche spanningen ontstaan, geen zelf*
vergiftingen, die de overtraining kenmerkt.
Ajacieden, weest gelukkig met een vereeniging,
die U hiertoe alle gelegenheid biedt!
ALBERT E. FRANSMAN.