PAG. 72 - AJAX CLUBNIEUWS mmmmm/mmmmmmmmmmm mmmmmmmmmmmmmmmmmmmmmmt, tuigd, dat als onze jongens gespeeld hadden zooals ze het kunnendubbele cijfers zeker bereikbaar zouden geweest zijn. Het begin van den strijd deed vermoeden, dat zulks gebeuren zou, want reeds binnen de minuut suisde de bal in het U.V.V. net. Loois en v. Kooyck hadden den bal tot op enkele meters van het doel gebracht, waar 'n Utrechtsch been de zaak in de war trachtte te brengen, doch daarin slechts on volkomen slaagde. Het bruine geval kwam n.l. voor de voeten van Ypma, die met een ouderwetschen voltreffer over en door alles heen ons de leiding gaf. Dat was inderdaad een hoopvol begin en de eerste minuten, die volgden, waren ook vol van goede spelmo* menten, waarbij Theo Brockmann aan den kant goedkeurend stond te knikken. Geleidelijk werd ons spel echter daarna eenzijdiger en werd vooral voor doel te weinig agressiviteit betoond om kansen in doelpunten om te zetten. Toen de Utrechtenaren wat over den eersten schrik heen waren ondernamen zij eenige snelle aanvallen, die niet zonder gevaar waren, doch door kordaat spel van het trio Middendorp* v. Rooy en Paternotte geen praktisch resultaat opleverden. Ook Jaap v. Leeuwen leverde in deze periode goed werk en met zuiver geplaatste ballen werd onze voorhoede opnieuw in actie gebracht. Na een snellen aanval van onzen linkervleugel, ontstond een gevaarlijk moment voor het Utrechtsche doel, de aanval werd ten halve gekeerd en van den rech* terveldhoek uit, werd de bal opnieuw opgebracht en nu onhoudbaar ingekopt. Dit succes bracht even meer leven in ons aanvalsspel en luttele minuten na ons tweede liet Reiss het derde Ajax* doelpunt noteeren. U.V.V.'s doel onderging hierna een ware belegering, doch onze voorhoede accep* teerde de geboden kansen niet, waardoor de rust* stand met slechts een 30 voorsprong aanbrak, welke gezien ons groote overwicht, zeker het dub* bele had moeten bedragen. De tweede helft begon met eenige enthousiaste pogingen der U.V.V.'ers om den achterstand in te loopen. Het bleef echter bij pogen. Ypma deed de Utrechtsche geestdrift plotseling verkoelen door ons 4e doelpunt te scoren. Goed doorzetten van Loois in den rechterveld* hoek, gevolgd door 'n handige dribble, schiep voor v. Kooyck een fraaien kans, dien deze dankbaar aanvaardde en er 50 van maakte. De rest van den wedstrijd is de moeite van vertellen niet waard. Het zou 50 gebleven zijn als Middendorp een „Op hoop van zegen"*schot, door U.V.V.'s centervoor gelost, niet verkeerd beoordeeld had, waardoor de eindstand op 51 werd gebracht. Over douche gesproken, toen we Zondag uit Hilversum terugkeerden, was het eerste dat we hoorden: Ajax 3't Gooi 2 05. Brrrr, ik ril er nog van. Ajax 4 boekte een 14 nederlaag op eigen veld tegen Z.F.C. 3 en won Zondag j.l. met 32 in Wormerveer van W.F.C. 3. We hopen op verslagen van onzen corres* pondent. Onze K.N .V .B.t junioren. 's Morgens vóór den wedstrijd tusschen de „keien" van Ajax en 't Gooi, zagen we den wed* strijd tusschen de „Kiezelsteentjes" van beide clubs of al druischt de naam tegen de wetten van moeder natuur in de toekomstige keien. Er zat in den wedstrijd tusschen de Gooi* en Ajaxjeugd veel overeenstemming met wat we later bij beide hoofdploegen zagen. Vóór de rust ook hier een zich taai verwerend Gooi, dat haar succesvollen tegenstand voor 75 grondvestte op haar enthousiasme en daardoor na de rust uitge* speeld was en een flinke nederlaag moest slikken. In tegenstelling met ons eerste elftal, waren onze jongens echter ook reeds in de eerste helft duidelijk de meerderen. Het samenspel vlotte reeds van den aftrap af, doch tot resultaten voerde het pas, toen de eerste helft voor 2/3 verstreken was. Aukema miste na goed veldwerk een paar mooie kansen en toen Ahrens eens den beslis* senden trap wou geven, sprong het leder door terreineffect juist voor z'n voet weg. Fischer gaf ons 15 min. vóór de rust de leiding, na een nijdigen spurt met een stuk of 4 verdedigers om zich heen. Intusschen zat ook de Gooi*aanval niet stil en vooral de linksbuiten was actief en snel en stelde zijn buurman tot het lossen van een paar schoten in staat, waar Schol zijn handen vol aan had. Dat waren echter uitzonderingen, regel was, dat de Ajaxvoorhoede, gesteund door de midden* linie, tik*takkend als een oude Friesche klok door de Hilversumsche defensie gleed, om dan vóór het doel gekomen, de kansen om zeep te brengen. Nog slechts een paar dozijn seconden vóór de rust aanbrak vond Dekeling den weg naar het Gooi*doel en bracht den stand op 20.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1933 | | pagina 4