PAG. 24 - A J AX CLUBNIEUWS
antwoordde met een paar vinnige aanvallen, die
door Keizer onschadelijk werden gemaakt en de
eerste Ajax*aanval, welke op dit intermezzo
volgde, leverde ons tweede doelpunt op. Mulders
voorzet werd voorbij de „verste paal" door ten
Have opgepikt en in vlucht langs Zijlstra gejaagd.
Een snelle doorbraak van de zwarthemden volgde,
waarbij Bakker den bal langs Keizer zond. 2—1.
Onze voorhoede diende terstond van repliek.
Schitterend hield Mulders koppende een lastigen
bal binnen het speelveld, bracht snel op en z'n
voorzet welke Zijlstra tevergeefsch trachtte te
onderscheppen, werd alweer door Bob ten Have in
een 3e doelpunt omgezet.
Hierna verslapte ons offensief en kwamen de
zwarthemden meer in den aanval. Keizer hield
echter zij het in deze periode met veel geluk
z'n doel schoon, waarbij Doon eenmaal een onaf?
wendbaar schijnend doelpunt verhinderde.
Nauwelijks was de tweede helft begonnen, of
onze halfbacks en aanvallers waren allen reeds in
het bezit van den bal geweest.
Drie achtereenvolgende felle aanvallen waren
hiervan de oorzaak. Na deze eerste eritieke minu?
ten werkte H.B.S. zich los, doch zag haar uitval
doodloopen op het samenwerken van Keizer en
Diepenbeek.
Het keerpunt in dezen wedstrijd was het uit*
vallen van v. Deyck, die geducht in vorm was en
'n puike en bezielende partij speelde. De drie
wijzigingen, welke door het invallen van v. Wijn*
gaarden noodig bleken, hadden een slechte uit*
werking. H.B.S. kwam sterk in de meerderheid en
Keizer kreeg heel wat schoten van v. Kesteren en
v. Vliet te verwerken, doch daar bleef het ook bij
en met een 31 overwinning plaatste Ajax zich in
de finale.
De finale Ajax*N.A.C. is er een in grootschen
stijl geworden. Hangard was door de E.*c. bij ons
tweede elftal vandaan gehaald en verving v. Deyck
op verdienstelijke wijze, verder stond in dezen
wedstrijd Vis weer onder de lat. Nog geen kwar*
tier was er gespeeld of N.A.C. was reeds geslagen.
Het samenspel klopte in alle onderdeelen en het
afwerken ervan was bij Piet v. Reenen in ver*
trouwde handen.
Het was of Piet reiziger in goals was geworden
en z'n monsters wilde laten zien.
Nummer één was een handig profiteeren van een
treuzelen van back en keeper. Voor zij er erg in
hadden verscheen Piet ten tooneele en kopte om
een hoekje den bal in het net.
No. 2 was een goal met voorbedachten rade.
'n Pass op den vleugel, snel sprinten in 'n vrijen
veldhoek, den bal terugkrijgen en hem tusschen
de palen jagen.
No. 3 was een doelpunt als de bewuste donder*
slag aan den helderen hemel.
Op een moment, dat niemand een schot, laat
staan een goal verwachtte, suisde de bal na een
omhaal van Piet's linkeronderdaan hoog in den
bovenhoek.
Na de rust verging het N.A.C. niet beter.
Nauwelijks was het spel weer aan den gang, of
v. Reenen verraste met z'n snellen sprint weer de
N.A.C.*verdedigers en bracht den stand op 40.
Daarna deden onze menschen het een poosje
wat kalmer aan en kregen de zonen van het zuiden
ook eens even de gelegenheid om te voetballen en
op hun karakteristieke zuidelijke manier scoorden
ze een mooi tegenpunt, waarbij de snelheid van
uitvoering troef was. Meer succes werd hun door
onze verdediging niet toegestaan. Vis stopte eens
een onverwachtschen kogel op onverbetelijke
wijze.
Een keurig staaltje samenspel tusschen Mulders
en v. Reenen, waarbij Piet den bal rakelings langs
het doel kopte, dient vermeld te worden.
Mulders bracht ten slotte zelf den stand op
51 en stelde op geraffineerde wijze Schubert in
staat er 61 van te maken.
Na drie spelers te zijn gepasseerd, liet hij plot*
seling den bal voor den aanstormenden Schubert
liggen en vóór de N.A.C.*'ers in de gaten hadden
wat hun nu weer boven het hoofd hing, lag de bal,
die het half dozijn goals volmaakte, in hun net.
Nabeschouwing.
Wat het Arobtournooi ons geleerd heeft is, dat
we ons over de toekomst van roodwit niet ongerust
behoeven te maken. Onze ploeg klopt in alle onder*
deelen.
Onze voorhoede is prachtig in conditie. Bob ten
Have heeft het vertrouwen in eigen kunnen terug
gevonden en Old Wim heeft dit seizoen nog zelfs
den moed niet gehad om te vertellen, dat hij er mee
zou uitscheiden. Over v. Reenen is in ons verslag
al genoeg gezegd en Schubert*Mulders vormden
weer een sterken en doortastenden linkervleugel.
In onze halflinie waren v. Deyck en W. Ande*
riesen de grooten naar figuur en spel. Doon, tegen
N.A.C. en in de eerste helft tegen H.B.S. ver*