PAG. 170 - A J AX CLUBNIEUWS De bezwaren waren dikwijls groot, doch de medewerking was het eveneens. Aan de diverse directies, o. a. den heer J. Stok van Stok's Rijwie* lem en Radiohandel in de Wagenaarstraat, bieden wij hier namens onze club, onzen dank voor de medewerking aan. We hopen, dat de deelnemers aan dezen tour in echten Ajax*stijl naast de prettige vacantie*ont* spanning, ook het sportief genoegen zullen smaken, den Ajax*naam in den vreemde hoog te houden. Dat laatste zal geen lichte taak blijken. Graslooze harde velden en tegenstanders met bruisend tem* perament, staan onze menschen te wachten. Wat de speelsterkte betreft, tasten wij ten ops zichte van Rumenië in het duister. Ripensia is onze eenige bekende en juist tegen deze club zullen wij niet spelen. Anders staat het met den wedstrijd in Belgrado, het JoegosSlavische spelpeil kennen wij reeds uit ervaring en wij weten, dat het op een hoog peil staat. Dat bleek Zondag weer eens. Rapid kon in Zagreb, Gradjonski ternauwernood met 21 bes dwingen. Als men daarbij bedenkt, dat hetzelfde Weensche Rapid onlangs Keruletti „wandelende weg" met 80 klopte, dan behoeft het geen betoog, dat onze vertegenwoordigers in Belgrado tegen Beogradski een zware taak wacht. Aan het reisgezelschap hierbij onze beste wens schen. Veel genoegen ensucces! „Ieder soldaat heeft de maarschalkstaf in z'n ransel", moet volgens overlevering wijlen Napos leon eens gezegd hebben. Ik ben er niet bij geweest, doch dat neemt niet weg, dat wijsheid in de vers melde woorden door mij geapprecieerd worden en de gedachte er aan, kwam bij mij boven toen ik eenigen tijd geleden 22 ijverige jongelui zag „proefs stoomen" voor het te vormen K.N.V.B. junioren elftal. Heeft inderdaad, ook op voetbalgebied, ieder het in zijn macht 't zoover te brengen als hij zelf wil? Stellig geldt dat niet voor allen, doch voor velen zeker. Wij zagen op dien bewusten avond verschil* lende jeugdige voetballers, die we nu al 'n paar jaar in hun voetbalsontwikkeling gadeslaan. Er waren er bij die 2 jaar geleden tot de „matigen" behoorden en het nu reeds tot de „goeden" gebracht hebben. Doch we zagen er ook één, die we twee jaar terug reeds voorbestemd dachten voor ons eerste en die feitelijk als voetballer geen vorderingen heeft ges maakt. Technisch is z'n spel volkomen rijp, hij houdt bijv. in vollen ren den bal onder controle op onverbeterlijke wijze. Waar hij echter op faalt, dat is op z'n spelen als hij den bal niet heeft. Als hij den bal heeft is hij vol actie, doch zoodra het leder hem afhandig wordt gemaakt stopt hij als 'n moderne auto met 4 wielremmen. Probeeren den bal weer terug te krijgen? Geen denken aan. Hij begint pas weer te spelen als hem de bal weer door een ander toegespeeld wordt. Is het niet jammer, dat iemand die zelf kan bes palen of hij tot de uitverkorenen der vereeniging gaat behooren, dan wel te blijven rondscharrelen in de categorie: „Aardige voetballers die niet vers der komen", niet meer wilskracht bezit? Ik heb geen naam genoemd en zal dat ook niet doen. Het is genoeg, dat de speler waarom het gaat, het zelf voelt en bovendien wilde ik mij richten tot anderen van de jonge garde voor wie óók, zij het in mindere mate, dezelfde opmerking van kracht is. Ik zou een voorbeeld willen stellen: Let eens een wedstrijd alléén op één speler van ons eerste: Henk Mulders. Let eens op, hoe die nooit iets te veel is, hoe die steeds het spreekwoord: „To make the best of it" tot z'n devies maakt. Er viel op dien bewusten zomeravond bij de oefenpartij, die ons deze regelen deed schrijven, ook nog wat anders te zien en dat is, dat door elfs tal en jeugdcommissie hard gewerkt wordt aan het voorbereiden van het nieuwe seizoen. Koomen ver* telde ons met voldoening, dat het resultaat van onze propaganda voor het jeugdvoetbal uitste* kende resultaten opgeleverd had. We zagen ook 'n zeer jeugdig voetballer in actie die naast goede technische kwaliteiten, dat verras* sende spelinzicht, dat weten wat te doen op het juiste moment, in zich had wat een voetballer noodig heeft om het predikaat „Ras" voor z'n naam te krijgen. Wat we nog meer zagen, was 'n pittig partijtje voetbal in Aalsmeer tegen de club van dien naam, waarbij ons elftal gerecruteerd was uit de jonge garde en eenige nieuwelingen. De opstelling was als volgt: Schol Lammers Paternotte Nieuwenhuis Vermeulen Heeren Stam Kant Sinkeldam Eichelsheim Ahrens

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1933 | | pagina 2