PAG. 158 - A J A X CLUBNIEUWS
CLUBGEEST»
Nog een paar Zondagen en het voetbalseizoen be
hoort weer tot het verleden. Rustig kunnen we ons
dan weer gaan verdiepen in het vraagstuk mogen
wij juichen".
Ware ik een groot en wijs profeet, ik zou mijn
handen uitstrekken, en tot de schare spreken: Juich
vrienden, juich van ganscher harte, alles gaat goed,
de Ajaxzaken staan er weer best voor, maar vergeet
tijdens Uw juichen niet, dat alles veel beter kan, en
dat de geleidelijke opbouw van Onze Vereeniging nog
te veel van een gedeelte der Ajacieden afhankelijk is."
Ja, zoo zou ik dan spreken; aangezien ik het ech
ter nog niet zoo ver gebracht heb, mag ik boven
staande wijze woorden alleen maar denken. Natuur
lijk gaan mijn gedachten dan in de allereerste plaats
uit naar de geheele Ajax familie, en wat komt dan
het sterkst naar voren?
Kan het iets anders zijn, dan het woord clubgeest.
Clubgeest, het groote wonder, dat een Vereeniging
tot ongekenden bloei kan brengen, doch dat bij een
slechte toepassing een kwaadaardige ziekte kan be-
teekenen.
Daarom is het zoo jammer, dat er bij ons nog altijd
menschen zijn, die hiervan niet volkomen doordron
gen zijn, en hun opbouwende taak van Ajacied maar
al te dikwijls erg licht opvatten, of erger nog, deze
taak geheel vergeten.
Wat anders te zeggen van een. elftal, dat ik onlangs
zag spelen, en waarin een paar spelers (en nog wel
de beste) het vuur uit hun sloffen liepen, terwijl
eenige anderen hun middag ombrachten met kinder
achtig gegrinnik, en niets doen, en dat alleen, omdat
zij de tegenpartij als een zacht eitje" beschouwden.
Ajax verloor.
Wat te zeggen van dien Mijnheer, die het Club
nieuws gezien de vele wedstrijdverslagen niet
zoo aardig meer vindt, maar die vergeet, dat ons or
gaan, niet alléén voor Ajacieden, maar ook door
Ajacieden moet worden samengesteld. Hij vergeet,
dat hij nog nooit getracht heeft, door één pen op het
papier te zetten, iets origineels voor Ajax te pres-
teeren.
En wat van de clubavonden, die nog veel beter
bezocht kunnen worden, uitgezonderd natuurlijk ver
leden week, toen het uitverkocht was. Maar toen
vond ook de kaartuitreiking voor den wedstrijd
HollandBelgië plaats.
Zoo zou ik nog wel even door kunnen gaan, maar
dan zou men spoedig genegen zijn, mij een kankerpit
te noemen, en dat soort menschen wil ik juist bestrij
den, en niet naar voren brengen.
Ajacieden, laat ons allen een handje mee helpen,
om onze Vereeniging te maken tot een vrienden
schaar, zónder eenig onderscheid. Het is Frühling, en
dan krijgen de meeste menschen zooiets opbouwends
over zich, laten wij zorg dragen hiervan te profi
teered
JUBILEUM „DE SPARTAAN".
Begonnen werd met een geanimeerden Veteranen-wedstrijd.
Zender mij aan vleierijen te bezondigen, moet het mij toch van
het hart, dat onze jongens ien opzichte van hun tegenstanders
steeds een buitengewoon jeugdigen indruk maken. Kale hoof
den en buikjes zijn nog altijd onzichtbaar bij onze vaderen.
Het was een aardig partijtje voetbal, waarbij vooral aan
onze zijde soms netjes gecombineerd werd, en welke strijd
dan ook met 63 door „onze garde" werd gewonnen.
De hoofdschotel, in dit geval: Ajax IDe Spartaan I, is voor
ons niet zoo prettig verloopen. De jongeren piepten niet zoo
als de ouderen zongen en verloren met 13. Een mooi succes
voor de ju'bileerende tweede klasser, maar een resultaat, dat
voor Ajax zeer zeker niet noodig was.
Bijzonderheden zullen wij achterwege laten, de aanwezige
Ajacieden zullen nog wel eens aan dezen wedstrijd terug ge
dacht hebben. Jammer was het, dat een paar van onze spe
lers het harde werken van hun medespelers niet wisten te
appreciieeren, en meenden, dat zij als humorist in het veld
stonden.
Laten zij er voortaan om denken, dat niet alleen een gast
heer, maar ook een gast zich tijdens een wedstrijd als sports
man heeft te gedragen. Intusschen ons saluut aan de dertig
jarige Spartanen,
ATHLETIEK.
Gaarne hebben wij gebruik gemaakt van de vriendelijke uit-
noodiging van den Amsterdamschen Athletiek Bond en hebben
wij een bezoek gebracht aan den propaganda-avond van boven
genoemde organisatie.
Allereerst hield de heer Van Putten een buitengewoon pret
tige causerie over zijn bevindingen, tijdens de j.l. Olympische
Spelen te Los Angelos,
Hierna demonstreerden een aantal leden van de A.V. 1923 het
daadwerkelijk nut der athletiekbeoefening, als lichamelijke ont
wikkeling in-door",
Tenslotte vertoonde de heer J, Haitsma een serie lantaarn
plaatjes, waaruit bleek, dat de athleten hun andere sport-
broeders en in het bijzonder de voetballers een warm hart toe
dragen; een interesse, dat omgekeerd hopelijk ook tot meerdere
sympathie mag voeren.
Dat het beoefenen van athletiek in het algemeen, en van het
sprinten in het bijzonder, ook voor voetballers van zeer veel ge
wicht is, is genoegzaam bekend. Deze tak van sport heeft
momenteel dan ook de volle aandacht van ons bestuur, en hopen
wij spoedig nog eens nader hierop terug te komen,
AJAX FEEST IN „KRAS".
Zaterdag j.l. heeft ons bestuur den leden met hunne
dames een feestelijke afscheids-clubavond aange
boden.
Gezien het late uur en de vele „plakkers" kunnen
wij hier zeker spreken van een buitengewoon ge
slaagden feestavond. JAMES