PAG. 202 - A J A X CLUBNIEUWS
VOETBALKNIE.
mmmmmmmmmw/mmmmmmmmmmmam
was het een verwaaide bal), door dat persoontje werd op
gevangen en weer het veld ingetrapt. Verder hebben we niet
kunnen merken, dat hij keeper was, daar de tweede bal, ten
minste voor de rust, er niet meer kwam. Intusschen stonden
we met onze voorhoede voor het feit om je door een volledig
elftal van zegge elf man heen te moeten werken, wat ons dan
ook maar niet kon gelukken. In plaats, dat onze middenlinie
en achterhoede ons wat hielp door zich terug te trekken,
stonden zij lustig op het doel der Ontwaakters te schieten,
doch steeds was er weer een been, hoofd of ander lichaams
deel om den bal tegen te houden. Bovendien was het veld hard
en ongelijk, zoodat de bal menige onverwachte wending kreeg,
met de gevolgen daarvan, zoodat u zich wel zult kunnen voor
stellen, dat goals maken bijna een onmogelijkheid werd. Voor
ons bleek dat dan ook, gezien de ruststand van 0—0, een on-
mogelijken taak.
Na rust een vlotte partij voetbal, doch vooreerst kon er nog
maar geen goal komen en had onze Schmidt niet, na een
keurigen aanval van Ontwaakt, op wonderbaarlijke wijze gered,
dan had de einduitslag er waarschijnlijk in ons nadeel uit
gezien. Doch de naar het kampioenschap reikhalzende
Ajacieden voelden spoedig daarna hun hart een 30-tal slagen
per minuut kloppen, toen Griese den keeper, die uit zijn doel
gelokt was, keurig passeerde en onze eerste goal het levens
licht aanschouwde na een langdurig lijden. Dit gaf den burger
moed en het spel kreeg een geheel ander aspect. Er werd
enthousiast en toch rustiger gespeeld en spoedig daarna kon
er een tweeden goal, na aardig samenspel, bij genoteerd
worden.
Ajax voelde zich nu safe en Ontwaakt voerde niet veel meer
uit, en ondanks, dat wij het windnadeel hadden, was het Ajax V
dat speelde en moest Ontwaakt met man en macht verdedigen
óm de score laag te houden. Nog eenmaal werd gescoord door
Bulté, die van een misverstand in de verdediging profiteerde.
Opvallend in dezen wedstrijd was, dat de Ajacieden zoo
weinig op den bal of liever op den man zat. De groote fout
van Ontwaakt was, dat zij tegen den wind in steeds hoog
speelde. Kwam de bal dan neer, een Ajacied was niet te zien
en liet de Ontwaakt-spelers alleen naar den bal springen. De
voorzichtigheid, welke ik ook meestal wel voorsta, was nu wel
wat te ver doorgedreven. Doch ondanks de weinige strijdlust,
die de voorzichtige Ajacieden vertoonden, was het team toch
verre de meerdere en bij normale omstandigheden had de uit
slag zonder overdrijven minstens 120 kunnen zijn.
Jongens, er rest ons nu nog een wedstrijd, uit tegen T.I.W.
in Sloten. Willen we kampioen worden, dan veel boterhammen
met kaas, veel sprints (recept Jack Reynolds). Sloten is wel
niet de aangewezen plaats om veel supporters te trekken, doch
aanmoedigingen zullen we dankbaar accepteeren. Denk er om,
tanden op elkaar, stel de elftal-commissie niet teleur.
HAANTJE.
VAN „HET ZESDE"»
Ajax VIMeteoor II 31.
Alvorens over dezen wedstrijd iets te vertellen, eerst nog
wat over dien wedstrijd S.D.Z.Ajax, welken met 72 ver
loren werd. Door bijzondere omstandigheden was ik ver
hinderd dezen wedstrijd bij te wonen, zoodat een verslag
moest uitblijven. Waar ik echter Zondag j.l. vernam, speelde
het Zesde door wegblijven van Butter en Reeders met 9 man.
Dit is nu al de derde keer, dat deze jongens zonder eenig
bericht wegblijven. Ik hoop van harte en met mij het geheele
Zesde, dat er nu eens krachtig tegen deze wegblijvers wordt
opgetreden. Dergelijke spelers kunnen wij in ons Ajax missen.
En nu iets over onzen eersten bekerwedstrijd. Laat ik het
kort maken. IHet was onverdragelijk warm en het spel vanzelf
sprekend erg loom. Bij vlagen werd er goed voetbal gespeeld.
De opstelling had een kleine verandering ondergaan, door hét
opstellen van Scharlau en Thuman. Ik geloof wel, dat deze
de ploeg ten goede gekomen is. Maar alvorens een definitief
oordeel te vellen, moet ik het elftal toch nog eens onder
koelere omstandigheden aan het werk zien. Met dat al hebben
we de tweede ronde bereikt door een overwinning, waarin de
doelpunten ondanks de vele missers, die er ook waren, van
een goed gehalte waren. Kom aan lui, laten we eens probeeren
het een flink stuk te brengen in deze (klein-^Rome) competitie
der A.V.B.
OPTIMIST.
Door ieder geweld van 'buiten af en ook door overbelasting
(te groot lichaamsgewicht) en te veel gebruik kan een „knietje"
ontstaan.
De symptomen zijn meestal pijn, zwelling, lichte roodheid,
warm aanvoelen en bewegingsbeperking.
Een knietje is een ontstekingsachtige reactie van het lichaam
op de oorzaak, die haar doet ontstaan. Niet altijd is het
duidelijk wat precies de oorzaak voor haar ontstaan is. De
aandoening glijdt soms het lichaam binnen zonder dat men
precies kan aangeven wanneer en hoe ze ontstaan is. Dat komt
daardoor. Het lichaam ondergaat wel haast altijd schadelijke
werkingen, ook al zijn die nog zoo klein. Een voortdurende
opeenvolging van die schadelijkheden heeft ongeveer hetzelfde
resultaat als een plotseling ruw inwerkend geweld. Dat na
een ongelukkigen trap of stoot een knietje ontstaan kan weet
wel iedere voetballer.
Het vocht, dat er in de knie ontstaat wordt door bepaalde
deelen van het kniegewricht zelf gevormd. Ook in normale
toestand is er vocht in de knie aanwezig.'Dan dient dit vocht
voor de smeering van het gewricht. De behandeling van een
knietje zal afhangen van verschillende dingen, die niet iedere
leek zelf kan beoordeelen. In het algemeen komt deze neer
op het geven van warmte in haar verschillende vormen, druk
verbanden, massage of ook wel rust, ja zelfs bedrust. Met al
deze middelen kan de genezing zeer bespoedigd, maar zooals
vanzelf spreekt bij verkeerde toepassing ook ernstig belem
merd worden.
Niettegenstaande een goede behandeling neigt het knietje tot
recidiveeren (terugkomen). Dit vindt zijn verklaring hierin,
dat in een kniegewricht waarin „iets gebeurd is" dikwijls zoo
moeilijk de normale toestand is terug te krijgen.
De nieuwe en lichte vormen van knietjes zijn voor voet
baller en masseur het dankbaarste, mits spoedig en accuraat
behandeld en onmiddellijk ingegrepen.
De oude gevallen daarentegen zijn in de behandeling meest
zeer moeilijk. Hopeloos zijn ze niet, maar wel worden beide
partijen wat hun geduld betreft op de uiterste proef gesteld.
Ieder :zorge maar, dat het bij hem niet zoo ver komt!
ALBERT E. FRANSMAN.