PAG. 164 - AJAX CLUBNIEUWS
Dash bezieling, geestkracht, élan.
VAN „HET VEEEDE".
W.F.C. Ill met 43 geslagen.
Doordat vorige week het terrein van Hollandia II was
afgekeurd, zult U van Sunit in dit nummer slechts één wed
strijd-verslag vinden, nl. dat van onze partij tegen W.F.C. III,
waarin we, na met 20 te hebben achter gestaan, tenslotte
nog met 4—3 wisten te zegevieren. Van de drie goals die tegen
ons gescoord werden, waren twee strafschoppen. Eén, ons
eerste doelpunt, doordat de Ruijter een zeker doelpunt uit het
doel sloeg, dat tenslotte tóch een doelpunt werdmaar je
kunt nooit weten. De tweede, na de rust gescoord, een hands
binnen de beruchte lijnen, waaruit W.F.C. eveneens doelpuntte.
Zooals ik reeds zeide stonden we eerst met 20 achter, doch
al spoedig fabriceerde Hetebry ons eerste tegenpuntje, terwijl
kort hierop onze voorhoede bij een goed opgezetten aanval
den gelijkmaker in het W.F.C.-doel deponeerde 22.
In de tweede helft was een der W.F.C.'ers zoo vriendelijk
een lage voorzet van Joop Schelvis in eigen doel te schieten,
zoodat we met 32 de leiding hadden. Lang pleizier hadden
we van dezen voorsprong niet, want door den reeds genoem
den strafschop maakten onze tegenstanders weer gelijk 33.
Ajax zette hierna nog eens flink de tanden op elkaar, met als
resultaat een goal, welke ons opnieuw de leiding gaf, die we
echter niet meer afstonden 43.
Enkele waarschuwingen van den scheidsrechter aan het
adres van verschillende W.F.C.'ers, zullen U wel doen be
grijpen, dat ik over de tegenpartij maar liever zwijg. Alleen dit,
jongens, er wordt in zulke gevallen door enkelen van ons wel
eens wat te veel gezegd. Laten we dit aan anderen overlaten,
't is slechts in je eigen nadeel en de naam „Ajax" wordt er
zeker niet beter op. Afgesproken?
SUNIT.
Was Rothschild Ajaxied, hij stuurde een millioen
U kunt het echter heusch, wel met iets minder doen.
Com. Huldeblijk
DASH
De wedstrijd tegen H.F.C. heeft ons weer veel
geleerd.
De sport in het algemeen draagt veel bij tot het
ontwikkelen onzer persoonlijkheid. Men leert op
het sportveld verdraagzaamheid (de excessen zijn
er om dit te bewijzen), concentratie, volharding,
dash, etc. Eigenschappen, die in het maatschap?
pelijk leven den spelers danig te pas kunnen
komen. Hoe dikwijls is het niet reeds voorgekomen,
dat voetballers een of meerdere trappen hooger op
den maatschappelijken ladder geklommen zijn. Op?
pervlakkigen meenen dit te kunnen toeschrijven
aan populariteit. Maar het is toch iets meer dan
dat. Zou populariteit alleen voldoende zijn om te
slagen in het leven? Het antwoord hierop is ge?
lukkig: „Neen", driemaal „neen"!. Wanneer men al
eens de klacht hoort, dat ons leven tegenwoordig
Zonder U kan het niets worden
Spreek met ons en 't komt in orde.
Com. Huldeblijk
zoo oppervlakkig, zoo geestelijk leeg is, dan is het
toch niet zóó, dat men met de vooze „populariteit"
alleen, kan slagen. Neen, daarvoor is meer noodig
en wel de reeds genoemde eigenschappen, n.l. ver?
draagzaamheid, concentratie, volharding en dash.
In den wedstrijd tegen H.F.C. is dat weer zoo mooi
aan den dag getreden. Ajax begon met veel geest?
drift en verkreeg spoedig na het begin een voor?
sprong. Het elftal, d.w.z. de spelers, dachten: „Wij
zijn er" en het was te verklaren, dat zij zoo dachten.
Het terrein is reeds in ons voordeel, de tegen?
stander is zwak, wij hebben reeds nu een voor?
sprong, wij behoeven ons niet meer in te spannen,
wij zijn er. Maar niets was minder waar. En wij
hebben gezien, hoe de tegenpartij, door deze
geestelijke factoren, in staat werd gesteld ons
voorbij te stevenen.
Maar de spelers werden daardoor weer uit hun
„tijdelijke" narcose wakker geschud en wat zij
daarvoor gemist hadden, hun dash, werd nu weer
in den strijd geworpen en de overwinning was het
resultaat.
Zoo is het ook in ons persoonlijk leven. Niets is
verderfelijker dan te denken „wij zijn er". Neen
steeds volharden, steeds op je qui?vive zijn, anders
komt men er niet. En dat leert en ziet men ook op
het sportveld. En het zijn deze eigenschappen, die
de spelers naar boven laten klimmen op den maat?
schappelijken ladder. Niet de populariteit, neen, de
„dash" doet het. Ajax won Zondag niet door hare
populariteit.
Het leek mij goed hier nog eens de aandacht op
te vestigen. Mij stemt het immer wrevelig, wanneer
men van een speler zegt, dat hij door zijn be?
kendheid geslaagd is. Men doet aan de eigen?
schappen van die spelers tekort, wanneer men zoo
spreekt, want het zijn inderdaad de meergenoemde
eigenschappen van een mensch, die hem doen
slagen.
„Inslapen" geeft den tegenstander gelegenheid
zijn kans waar te nemen. Dat is de les, die niet
alleen ons elftal dien Zondag gekregen heeft.
Nu zijn wij weer kampioen. Dat hebben wij te
danken aan de bezieling, geestkracht en élan van
ons elftal en ons bestuur.
BUK.
