DE COMPETITIE.
AJAX CLUBNIEUWS - PAG. 113
Nadat onze penningmeester uiteenzette, hoe het
met de Ajax?finantiën zou staan op het moment,
dat de plannen werkelijkheid zouden geworden
zijn, kwamen de leden aan het woord.
Algemeen bleek men voorstander van plan „A".
Egeman en Grootmeyer steunden het bestuurs
voorstel, dat tenslotte met haast algemeene stem?
men aangenomen werd. Toch kunnen we ook
waardeering hebben voor den tegenstemmer
Hemmen, die zijn eenmaal ingenomen standpunt
niet prijs wilde geven. Dat was zooiets van: „De
garde sterft, maar geeft zich niet over". We
willen hier bekennen nog tot voor kort volkomen
Hemmen's standpunt, dat een voetbalclub nooit en
nooit mag leenen, gedeeld te hebben. Dat we ten?
slotte van dit standpunt teruggekomen zijn, is,
omdat goedkooper bouwen zou beteekenen: meer
onderhoudskosten en bovendien hadden en
hebben we nog de lichte hoop, dat als aanbe?
steding en ontwikkeling der Ajax?finantiën in de
naaste toekomst gunstig verloopen, leenen toch
niet noodig zal zijn.
Laten we hopen, dat deze optimistische gedach?
tengang later zal blijken de juiste te zijn geweest.
Ons eerste heeft het nieuwe jaar op voortreffe?
lijke wijze ingezet. Feyenoord's ploeg moge min?
der sterk zijn dan voorheen, met 41 aan den
Dordtschen straatweg te winnen is niettemin een
prestatie, die niet velen ons team na zullen doen.
We waren niet persoonlijk bij dezen wedstrijd
aanwezig, doch vonden Jan Schoevaart bereid het
verslag voor ons blad te verzorgen.
Intusschen zijn we op Feyenoord 9 punten uitge?
loopen en dat is iets waar we ons, steeds als we het
ranglijstje bekijken, over verbazen.
Inderdaad is, zooals we van verschillende onzer
menschen hoorden, Feyenoord niet meer de sterke
ploeg van weleer en gaven de cijfers 41 feitelijk
nog onvolkomen de Ajax?meerderheid weer. Nu
kan men zich eensdeels over de Ajax?superioriteit
verheugen, aan den anderen kant is de teruggang
van Feyenoord voor ons één der symptonen van
den achteruitgang van het Nederlandsche voetbal
in het algemeen en nu moge het prettig zijn
op volkomen onbedreigde wijze kampioen te
worden, op den duur zal het ontbreken van gelijk
of bijna gelijkwaardige tegenstanders ook voor ons
eigen spelpeil niet bevorderlijk blijken. Oorzaak?
Valkema!
Intusschen ligt voor ons elftal een nieuw record
voor het grijpen: In Januari kampioen worden.
Gezien het feit, dat onze menschen reeds zoo?
veel zware karweitjes als 't ware in 'n handom?
draaien verricht hebben, kan het.
Vooruit lui, als we toch kampioen moeten
worden, dan maar zoo gauw mogelijk!
Ajax 2 zette het seizoen slecht in, met een 23
nederlaag op eigen veld tegen Zeeburgia 2.
Wat we er van vernamen was niet veel moois,
een zonder animo spelend elftal, dat denzelfden
samenhang als droog zand vertoonde. Invaller
Reiss was de eenige, wiens spel ik hoorde prijzen.
Zeeburgia nam de leiding en vóór de rust scoorde
Heins den gelijkmaker. In de tweede helft ver?
overde Zeeburgia opnieuw een goal voorsprong,
waarna de stand weer gelijk werd door een
penalty, door Blomvliet ingezet. Vlak voor het
einde kopte Vunderink in verkeerde richting en
een Zeeburgiaan joeg den voor z'n voeten neer?
komenden bal in ons net en bezorgde daarmee z'n
elftal een 32 overwinning.
Ajax 3 won in een aardigen en prettig gespeelden
wedstrijd met 53 van Velox 2. Onze nogal ge?
havende ploeg vertoonde vooral in de eerste helft
een vlot samenspel, waarin onze rechterwing zich
onderscheidde. Knijn gaf diverse uitstekende pas?
ses en schoten en Kant liet tal van mooie boog?
ballen voor het Velox doel neerdalen, waar de
Utrechtsche doelman handen vol werk aan kreeg.
Behalve een snellen uitval van den Utrechtschen
centervoor, waarbij deze den bal over het doel
joeg, dreigde er vóór de rust weinig gevaar voor
onzen goal. Slechts enkele tamme schoten ver?
eischten Happel's werkzaamheid en het meeren?
deel der aanvallen werden door onze goed
spelende verdediging in den kiem gesmoord.
Vrij spoedig hadden onze jongens een 20
voorsprong door twee kopballen van Ypma, uit
even vele voorzetten van Kant. Knijn, die reeds
verschillende goede schoten had gelost, kreeg na
een slecht weggeslagen voorzet van Arema het
leder voor z'n voeten en joeg het op onberispelijke
wijze ineens in het doel.