A J A X CLUBNIEUWS
PAG. 77
ET was in den ouden tijd, geachte lezer, maar niet
in den goeden ouden tijd, althans niet voor ons.
We schreven 1914 en Ajax bengelde hopeloos
onderaan.
Bovenaan stond Sparta, de trotsche Rotterdamsche
Kampioensploeg. De Korvers' club was al 3 jaar
achtereen de primus inter paris en stond ook in den
tijd, waarin onderstaande historie speelt, op de eerste plaats. Ajax
moest naar Rotterdam om de kampioenen op eigen veld te be
kampen.
Nr. één tegen nr. laatst, een strijd, die bij voorbaat reeds beslist
scheen, doch het bruine monster was toen reeds even wispelturig
als thans.
We laten hier het verslag van den wedstrijd volgen, overge
nomen uit het „Amsterdamsche Sportblad" van dien tijd.
VAN DE PRINSENLAAN.
SPARTA—AJAX 0—5.
Luctor et emergo!
O, waarde lezers, dat dit weerzien nu zoo moet zijn! Ik kom tot
u met wankelende schreden en de hand, die deze pen bestiert, beeft
en siddert. Telkens moet ik op dit papier een omweg maken voor
een Zilte traan, die aan m'n oogen is ontsnapt. Ik voel me beroerd
en ellendig en ik begrijp eigenlijk niet, dat ik de kracht en den
moed heb kunnen vinden om u toe te spreken. Ziedaar dan weer
in mij een voorbeeld van trouw en plichtsbetrachting
Ik had u zoo gaarne op monteren toon onderhouden over de
geneuchten des winters, die ik gedurende zoovele dagen heb mogen
smaken. Het is een groot festijn geweest op mijn voorvaderlijke
heerlijkheid, een feest vol van het puurste sportgenot.
Ik heb genoten als in geen tijden!
Toen is de dooi gekomen.
En met den dooi gingen we weer aan andere dingen denken.
Ook aan voetbal.
Nu komt die sombere wolk weer opzetten, die ik een oogenblik
heb weten te verjagen
SpartaAjax werd geannonceerd. Liet je koud. Al was dan de
temperatuur buiten aanmerkelijk hooger.
,,'t Wordt immers toch afgekeurd", dacht je. Geen veld zal be
speelbaar zijn.
Voor alle zekerheid even opgebeld, Zondag tegen den middag.
,,Het veld is goedgekeurd, meneer", hoorde ik Jan's stem door
de telefoon weerklinken. Met een lichte ironie.
„Goedgekeurd, hoe is 't mogelijk", prevelde ik, maar ik aarzelde
toch niet om subiet bevel te geven binnen 5 minuten met den snel-
sten wagen voor de poort te staan.
Ik vond aan de Prinsenlaan een veld, zoo slecht en onbespeelbaar
als 't maar wezen kan. De consul, die dit veld goedkeurde, noem
ik zonder aarzelen een voetbal-maniak. Geen achterstand in de com
petitie of welk andere omstandigheid dan ook, had het doorgaan
van een wedstrijd op zulk een veld, een modderpoel gelijk, mogen
billijken. Het spelen op dit moeras was kortweg gekkenwerk. Deze
wedstrijd was een averechtsche propaganda en het is waarlijk een
schande, dat de spelers amateurs en geen beroepsmenschen
op dit terrein werden losgelaten. Voetbal is we hebben het
meer gezegd geen spel voor naaimeisjes en een stevig voetballer
moet moeilijkheden weten te overwinnen, maar aan alles is dan
toch een grens en hier was die grens 'n heel stuk overschreden.
We schrijven dit niet achter af, omdat de Spartanen dezen wed
strijd zoo smadelijk verloren hebben, we gunnen Ajax deze alles
zins verdiende overwinning volkomen; we hebben in de allereerste
minuten van den strijd, toen we den deplorabelen toestand van het
veld waarnamen, de zelfde bewering geuit, die we, volkomen ob
jectief, hier dan nog eens hebben willen herhalen.
Dat moest me eerst van het hart, alvorens aan het eigenlijke ver
slag te beginnen.
De Spartanen leden weer aan onvolledigheid, de groote oorzaak
van hun falen in deze competitie. Dulfer in verre zeeën met H.M.'s
Zeemacht en Dassen en de Korver nog niet hersteld van hunne
blessuren. Dassen sukkelt nog altijd met een pijnlijke arm, die hij
al in het begin van het seizoen heeft opgeloopen en de Korver?
Mogen in het belang van ons Neêrlands Voetbal de sombere praat
jes, die betreffende z'n knie de ronde doen, op verkeerde ge
gevens berusten! Feit is het, dat de tegen D.F.C. opgeloopen
verwonding van ernstiger aard is, dan men eerst dacht,
In het allereerste begin van den strijd was Sparta iets sterker
en kort na den aanvang doorstond de Amsterdamsche doelman een
heel gevaarlijk oogenblik.
Het spel gaat dan 'n poosje verdeeld op en we zien al gauw, dat
de spelers de grootste moeite hebben zich op de natte boerenkool,
waaruit het veld bestaat, te handhaven. Speel eens een bal naar
behooren, als je tot aan je knie in den kledder wegzakt! De
Ajacieden beginnen het eerst aan de zonderlinge situatie te
gewennen en Prins vooral is heel actief. Het schieten is echter
zoo gemakkelijk niet en verschillende ballen gaan naast.
De Amsterdamsche verdediging is op de hoogte van haar taak
en Gilissen en Swarttouw geven den Sparta aanval niet veel kans.
Van der Wolk probeert het een paar maal tevergeefs, terwijl de
Groot zich telkens verdiept in hopelooze worstelingen met den
modder en twee of drie Ajacieden. Hij heeft natuurlijk niet de
minste kans op slaen. Poortman, wiens 'been ook niet in orde
is, renteniert zoo'n beetje op 't lijntje en krijgt zoo nu en dan
maar eens wat te doen.
De Amsterdammers spelen vlug en de rechter vleugel combineert
