PAG. 110 A J A X CLUBNIEUWS
AJAX—WEST FRISIA.
Ajax komt in het veld.
Volkers drukt het bruine monster aan z'n hart.
Geachte lezers, verlang van mij geen verslag van
dezen wedstrijd.
Het geheele seizoen door heb ik met m'n schrijfblok
in de hand de wedstrijden van ons eerste kalm en
nuchter gevolgd. Als m'n roodwitte hart jubelde, heb
ik 't het zwijgen opgelegd en zakelijk genoteerd, dat na
een goed staaltje driehoekspel via X de bal fraai voor
doel kwam en Y onberispelijk inschoot. Ik heb goed
keurend geknikt bij goede doelpunten van de tegen
partij, ik heb me het geheele seizoen voor oogen ge
houden, dat ik als verslaggever bovenal objectief moest
zijn. Doch j.l. Zondag heb ik potlood en papier thuis
gelaten. Niet vergeten, maar met moedwil.
Prof. Arthur Keith heeft beweerd, dat clubgeest 'n ge-
evolueerden vorm van den ouden stamgeest is. Welnu,
de geesten van m'n voorvaderen uit het ijs-, brons- en
ik weet niet wat tijdperk, zijn den laatsten Zondag van
Januari in mij ontwaakt. Ik wilde den wedstrijd niet
volgen, doch ondergaan. Schreeuwen en juichen bij
eiken goeden Ajax-aanval, dansen als onze roodwitten
den bal in het Enkhuizer net knalden! Nu, ik moet
zeggen, onze roodwitte mannetjesputters hebben me den
kans gegeven m'n oerinstincten uit te leven. Ik kan er
nu weer 'n poosje tegen!
Bij m'n eerste krijgsgehuil keek m'n buurman Jan
Schoevaart me wat schichtig aan, doch 't scheen, dat er
iets meesleepends in m'n stem zat.
Weldra vormden we 'n schoon duo en toen de match
afgeloopen was, maakte Tric-Trac 'n prachtkans voor
wisphering bariton.
Was me dat anders even 'n wedstrijd! Toen Jur-
riaans voor het eerst het bruine vod langs v. d. Zeil
knalde, riep Jan dansende: ,,Ik zag het aankomen" en
gaf me ter onderstreeping 'n klap op m'n linkerschou
der, die ik nu nog voel.
En toen Mulders mooie hoekschop over v. d. Zell's
handen gleed en ten Have hard en zuiver nr. 2 in het
Enkhuizer net deponeerde, ben ik m'n hoed kwijt ge
raakt, dien ik bij ons derde doelpunt pas terugvond,
toen het bleek, dat m'n hoofddeksel in de tusschen-
liggende periode tot zitplaatsverzachting gediend had.
M'n hoofdindruk van den wedstrijd was Vaart".
Jonge, wat zat er 'n gang in het spel.
Wat 'n felheid zat er aan weerskanten in de aan
vallen.
De heer Casteleyn had het vast niet gemakkelijk
met de leiding van dezen uiterst snellen wedstrijd.
Hij volgde het spel nauwkeurig. De beide penalty's
leken ons nogal zwaar. De arbiter stond echter in beide
gevallen vlak bij de plaats waar ze veroorzaakt werden
en zal het beter hebben kunnen zien dan wij.
Toen na de rust Mulders den stand op 41 bracht
en Ajax' kampioensschuit in veilige haven, zijn we uit
onzen supportersdroom ontwaakt. Geleidelijk rees de
score en kreeg de nederlaag voor de Enkhuizenaren 'n
catastrofaal karakter.
En dat ondanks de kranige wijze, waarop de West-
Friezen tot het bittere einde volhielden.
Ten slotte blies Casteleyn voor het laatst op z'n fluit
en konden de zetters in de diverse drukkerijen den
competitiekop van Afd. I met vette letters zetten en
een uur later liet Guus Weitzel den Ajax-marsch voor
het eerst sinds zijn bestaan langs de velden en door
den ether dav'ren.
Onder ons gezegd, we waren voor den wedstrijd
tegen WLst Frisia niet in 't minst benauwd. Niet alleen
omdat deze kamp op eigen veld gespeeld werd, doch
voornamelijk omdat deze tegenpartij van ons moest
winnen, wilde zij 'n effectief resultaat hebben.
Zij konden dus niet zooals H.B.S. en H.V.V. gedaan
hebben van de aftrap af hun zwaartepunt in de de
fensie leggen, doch moesten naar voren komen en
trachten te winnen.
De Enkhuizenaren kunnen op 'n fraai debuut in de
eerste klasse terugzien, vooral als zij er in slagen hun
positie als nr. 2 te handhaven. West Frisia's voorzitter
wenschte direct na afloop onze menschen namens zijn
vereeniging geluk met het behaalde kampioenschap,
welke wensch vergezeld ging van 'n fraaien bloemen
mand. Dat was de inzet van de feestelijkheden, die
's avonds voortgezet werden in het American Hotel,
waar spelers, bestuur en commissieleden aan een feest-
disch verzameld waren.